Gielsbos

Tijdje terug was dit alweer, dus een kort verslagje. Wat ik nog weet is dat ik mijn kerstmannenmuts op had, om vast te oefenen voor de have marathon de week er op. En dat het weer erg mooi was, dus de muts was volkomen overbodig. Met een collega zijn we er heen gereden, voor hem de 2e O-loop, voor mij de 8e.

Lekker ging het. Voor mij betekent dat dat ik geen fouten heb gemaakt, althans, niet bewust. Achteraf kan altijd blijken dat jouw keuzes niet de snelste waren, maar als zo lang je onderweg bent je vindt dat je alles goed doet, dan ben je na afloop tevreden en voldaan. Ik wel.

Nou was alles ook goed te vinden. Niets verstop in kuilen, achter heuvels, en het terrein was ook redelijk macroscopisch, zeker vergeleken met de Oostelbeersche heide, laatst. Wel waren er enkele obstakels: een weg en rotonde die verboden terrein waren, een vakantieparkje met privé percelen, en nog wat kleinigheden. Verraderlijk was het prikkeldraad her en der. En er was op een aantal plaatsen veel onderbegroeiing, wat het lopen soms moeilijk maakte. Open bos was toch wat minder open, op die manier. Na een paar conflictjes met braamtakken dacht ik het te weten. Nog één keer, op het eind, ging ik vol onderuit omdat ik bleef hangen aan een stugge doornige tak.

Op het eind, na de één-na-laatste CP, wilde ik nog een sprintje in zetten. Aan mijn  veiligheidsbril lag het niet, want die had ik halverwege al af gezet omdat die volkomen beslagen was; dat doen we niet meer. Maar toch ging het behoorlijk fout. Te snel willen lopen, het overzicht verliezen, doorsteken waar het toch niet kan, dat is niet goed. Toch een goed gevoel over-all.

De Splitsbrowser resultaten staan uiteraard weer online, evenals mijn Quickroute kaart.

Wat ik volgens mij van deze loop kan leren is het beter inschatten van de verschillende terreinsoorten en de bijbehorende snelheden. Nog best vaak kies ik voor doorsteken, maar eenmaal van het pad af blijkt het toch tegen te vallen. Of op andere plaatsen zou het toch veel hebben gescheeld als ik was doorgestoken. Ik merk dat bij vermoeidheid het pad me sterker trekt, terwijl je verwacht dat dan de kortste route meer aantrekkingskracht uitoefent. Is dat terecht? En ik ga soms 20 meter voor een kruising doorsteken, het hoekje afsnijden: Olifantenpaadjes heten dat, of desire lines in het Engels. Dat is niet logisch! Of je steekt het hele perceel door, als dat minder dan 30% extra weerstand oplevert (bij een vierkant perceel), of je loopt over het pad, als het perceel te veel vertraagt, maar half-half is onzin. En toc…

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *