Vanwege het miezerweer was het uitgestorven op straat (en waren de verplichte fluoriserende hesjes misschien niet nodig), maar de toeristen vormden dan ook niet de obstakels die het NK in Naarden tot een sprint van niveau maakten. Het is ook niet altijd direct even duidelijk wat de vorm gaat zijn die je gaat aantreffen als je tijdens het rennen in de gauwigheid op de kaart probeert te zien of iets een berg of een dal, tussen alle lijntjes van hoogte, begroeiing, bebouwing, en routemarkeringen.
We waren hier 4 jaar geleden geweest bij een wedstrijd, en wisten wat te verwachten: vele korte hoogtemeters over steile stadswallen, en onoverzichtelijk begroeide labyrinten met listige hoekjes om posten te plaatsen. Maar goed, zoals altijd is het voor iedereen dezelfde uitdaging, en naarmate er meer fouten te maken zijn is het onderscheidend vermogen van de race ook groter, en komt het minder aan op ‘gewoon heel hard rennen’. Leuk dus.
Soms kwam het aan op de juiste routekeuze qua afstand, maar vaak genoeg ging het meer om beloopbaarheid en het gemak om de post snel te zien staan in het terrein. Dat eerste is dan weer makkelijker objectief na te meten, en daar laat ik hier daarom wat voorbeelden van zien.
Het begon al meteen bij de start. Twee opties, linksom en rechtsom. Er was een kort moment om op de kaart te kijken, want de start was gelegen aan het begin van een dijkje dat tussen de stadswallen door leidde. Mijn eerste indruk was dat rechtsom korter was. Maar toen ik het ‘tunneltje’ uit kwam leek links me misschien toch wel sneller, want dat oogde opener en meer in de richting van waar ik aankwam. Maar in een flits besloot ik toch bij het oorspronkelijke plan te blijven, en dat was maar goed ook, want rechtsom was ruim 10% korter. Op zich wel vreemd dat de route naar post 2 weer het zelfde stuk terug leidde, maar dat doet er niet toe.
Een volgende op het oog lastige keuze was van post 5 naar 6. Twee totaal verschillende routes. Ik liep rechtsom, wat een paar meter scheelde zo te zien, maar in dit geval denk ik dat de post sneller was gespot als ik linksom was gelopen. Bovendien zaten daar minder scherpe bochten in, en ontbraken de gladde trappetjes, waardoor dat wellicht iets sneller was.
Dan de keuze van 9 naar 10. Genoeg tijd om op de kaart te kijken en er over na te denken. Ik twijfelde tussen de rode route linksom en en blauwe rechtsom. Een route tussendoor, 25 meter korter, heb ik niet overwogen. Dat zou misschien 10 seconden hebben gescheeld, maar achteraf was de gekozen route veel makkelijker te lopen dan tussendoor door de (onbekende) begroeiing het talud op lopen. En dan is het verstandiger om voor zekerheid te kiezen. Goed gekozen dus, vind ik.
Van 12 naar 13 was een snelle beslissing. Ik wist dat het pad tussendoor, beneden, snel liep, en dat het kronkelpaadje over de wallen rechtsom niet heel snel was. Het bleek ook 40 meter langer. De listigheid zat toch wel in de post zelf die tussen veel groen stond. Het pakte goed uit. Maar er was niet veel tijd op het end om alvast te kijken wat de route van 13 naar 14 zou worden omdat ik vooral moest opletten waar ik liep door het hoge gras.
Een snelle keuze, die gelukkig niet heel veel uitmaakte. Alhoewel… Ik besloot linksom te lopen, en hoewel het ‘maar’ 12 meter langer was, was het vooral de beloopbaarheid die van belang was. Ik had besloten de helling af te glijden naar het gebouw (op het kaartje links van post 13), maar dat ging minder snel dan gedacht. En vervolgens miste ik net de doorgang in het heggetje bij post 14 waardoor ik daar een stukje omheen moest lopen. Dat was niet gebeurd bij de benadering rechtsom, dus zowel korter, als sneller was, want dan had ik direct na een klimmetje van hooguit een meter of 2 van post 13 weg kunnen lopen over een pad.
Van 15 naar 16 was vooral vaart maken. Het zou evenveel klimmen zijn, linksom en rechtsom, met rechtsom misschien een glooiender stijging de stadswallen op, maar linksom weer 20 meter terreinwinst. Ik denk dat het grootste verschil zat in de benadering van de post zelf. Ik zag gelukkig toen ik aan kwam lopen (via de route linksom) dat de kuil waar de post onderin stond alleen vanuit de van mij uit gezien verre kant te benaderen was, dus rende ik er al direct omheen. Maar dat was niet te zien op de kaart. En ook hier was het verschil tussen de routes hooguit 5%. Twijfelen kost meer tijd.
Om vervolgens van17 naar 18 te lopen zag ik twee mogelijkheden, en om de een of andere reden de derde over het hoofd. Ik koos de minst slechte, ik denk vooral omdat het paadje aan het eind van de route linksom dat de stadswal af leidde wat voorbij de post uitkwam. Waardoor het langer leek. Achteraf, toen ik weer omhoog de wal op moest naar 19, bleek afsnijden daar voor de hand liggender dan gedacht, en dan zie je dat de groen route middendoor bijna 20 meter korter is dan de rode rechtsom, die ik had gekozen. Daarentegen liep het wel lekker door over de paden.
Ten slotte het laatste sprintje naar de finish, vanaf post 20. Gelijk spel, maar rechtsom was minder bochtig.
Als je dan alles bij elkaar neemt zat het grote verschil niet in de keuze van de kortste routes, want doorgaans waren die min of meer gelijk, maar eerder in de beloopbaarheid (een steil talud met begroeiing kost relatief veel tijd), en de zekerheid om de post direct te vinden. En vooral dat laatste heb ik mijn tijd op verloren, denk ik.
En dan met name van 10 naar 11: waar de snelste het net onder de 40 seconden liep, had ik 2:15 nodig met het uitkammen van de omgeving, omdat ik hem in eerste instantie, terwijl ik vlakbij was, niet zag staan, en er omheen omhoog liep, weer omlaag, toch weer omhoog, en alsnog aan de andere kant omlaag. Zonde van de tijd, en een aanzienlijk deel van de 3 1/2 minuut die ik achter de nummer 1 eindigde.
En verder waren er nog een paar posten die ik qua uitvoering wat sneller had kunnen doen, zoals omhoog naar 2 (door het gras tot het pad), omlaag naar 3 (ook door het gras de helling af glijden), en op het eind waar ik de post net niet zag staan aan de verkeerde kant van een boom (postomschrijving!).
Een handige voorbereiding, heb ik geleerd, is alvast snel naar de postomschrijving te kijken in de 2 minuten voor de start die je daar voor hebt, en vaststellen dat alle posten bij hoeken van muurtjes in binnenhoeken staan. En dat betekent bij een vesting: aan de lage kant, onderin. Dan had ik sneller kunnen bedenken aan welke kant ik had moeten zoeken.
Al met al voor de volgende keer: met iets beter op de kaart kijken en de postomschrijving kan ik veel tijd winnen bij het sneller vinden van de post, en als een post lastig lijkt op de kaart (5, 7 en 11) dan is dat in het echt ook meestal zo, en kunnen een paar seconden voorbereiding (lees: kaartlezen) er een paar tiental schelen in het resultaat.
Mocht je WinSplits (de tabel met tussentijden) niet overzichtelijk vinden -zoals ik-, dan kan je nu via https://jgeo.nl/splitsbrowser/splitsbrowser.php?winsplits= een SplitsBrowser grafiek van deze (en andere) uitslagen maken.