Tag Archives: N8-run

N8-run 2025

Het valt niet mee, elke keer weer een compleet nieuwe race verzinnen, maar als jullie dan na afloop vertellen wat er zo leuk aan was, dan blijken we daar toch weer in geslaagd, en dan weten we weer waar we het voor doen. En eigenlijk is dit ook wel waar al onze hobby’s in samenkomen -als ik ook voor Patrick mag spreken-. Oriënteren, knutselen met staal, hout, en elektronica, hardlopen, 3D-printen, kaartlezen, puzzelen, kaarten tekenen, grafische werk, programmeren, leuke onzin bedenken. Het is alleen maar leuk. Behalve wat stress, want toen we de site met de inschrijvingen open zetten (na wat programmeerwerk), was er nog niets concreets voor de N8-run zelf. Maar wel in no-time een volle deelnemerslijst. En dus geen weg meer terug voor ons.

Behalve de locatie. We hadden geheim gehouden dat het weer in de Bestse Bossen en op de Sonse Heide zou zijn. Maar dat was zé’n leuke locatie, met het tentenkamp met houtvuur. En de beschikbaarheid van het Museum Bevrijdende Vleugels was de vorige keer nog niet tot in alle details benut. Daarnaast waren er nog allerhande ideeën over van vorig jaar die we konden gebruiken.

Maar… we wilden meer veranderen dan alleen een paar andere opdrachten. Het moest een andere race worden. Zodat onze trouwe fans behalve bij het oprijden van de parkeerplaats geen déjà vu zouden krijgen. Daarom dit keer geen lineaire loop, maar een echte scoreloop zonder voor de hand liggende routekeuze. Dus weer heel wat anders qua opzet. Een paar dingen bleven: géén coördinaten intekenen, geen rekenwerk – alleen 1:10.000 kaarten -, wel een broodje knakworst tussendoor, wel een warm vuur na afloop, geen toestemming, wel minimale hoofdlampjes. Een groot verschil was echter dit keer: geen volle maan. Omdat de week er voor de Goldrush adventure race werd gehouden vonden we dat weekend geen optie. En de week daar voor zat ik zelf met een liesbreukoperatie (die zoals jullie hebben gemerkt prima resultaat had want ik huppelde weer vrolijk rond). Nog een nieuw dingetje: digitale antwoordenbladen; daar over later meer.

2 × N8 = N16 ?

De inschrijving alleen al bleek een race. We hadden al aangekondigd dat over een week de inschrijving open zou gaan. Konden mensen alvast nadenken over een team en de kalender leeg maken. Maar we hadden niet bedacht wat eigenlijk wel te voorzien was geweest: dat dit de verwachting zou scheppen dat de race snel uitverkocht zou zijn. En dat was dan ook een self fulfilling prophecy, binnen een paar uur waren alle 40 beschikbare teamnamen ingevuld, en in de loop van de volgende dag was er al een wachtlijst van bijna 10. Na een week nog meer. Even informeren, en het bleek mogelijk de locatie voor een extra nacht af te huren, en hoewel het voor ons wel een marathon-sessie zou worden -twee keer achter elkaar een dag en een nacht alles uit de kast halen voor de race- was het maar één keer dingen voorbereiden en uitvoeren. Dus kwam er een 2e N8-run de avond er na, 22 november. We zouden alleen wat CP’s moeten verwisselen tussendoor zodat klikken en spioneren bij de andere avond niet zou lonen.

Nah, dat doet toch niemand. Iedereen doet mee voor de lol, en wat is nou de eer van winnen door vals te spelen? Ik zou daar zelf nooit een goed gevoel bij hebben, en volgens mij lijken wij en onze deelnemers enorm op elkaar, dus zij zouden dat ook nooit doen. Toch een paar verschilletjes ingebouwd tussen de avonden, die alleen maar het bovengenoemde vertrouwen bevestigden; niemand noteerde een antwoord van avond 1. Wat zijn jullie allemaal leuke eerlijke mensen!

Maar goed, toen de tweede N8 er eenmaal was liep die inschrijving ook lekker, en zijn er op zaterdag uiteindelijk 22 teams van start gegaan. Kennelijk is er genoeg animo om 2 nachten te vullen. Weten we dat ook vast voor een volgende keer.

Tussen de woorden Beste Bossen en Sonse Heide staan wat tekentjes. Niet te ontcijferen vóór de start. Ná de start kon dat wel, met het Codeboek. En dan blijkt dat er stond … “Beste Bossen en Sonse Heide”.

Enigma

Een thema? Twee jaar terug hadden we het heelal, met planeten, sterrenbeelden, maankraters, en andere thematische lolligheden. De sfeer van het legermuseum inspireerde tot iets met geheime boodschappen, codes, versleutelde berichten. We zouden altijd nog eens iets met een spel element willen inbouwen, waarbij teams elkaar beïnvloeden, er een strategische en tactisch element bij komt. Maar dat is lastig zonder dat je vervolgens tegen elkaar gaat spelen. Het moet ook wel weer eerlijk blijven, zonder een geluksfactor. En zo kwamen we op de opzet met versleutelde boodschappen in etappe 1, die met aanwijzingen die je onderweg vindt, nieuwe locaties ‘ontgrendelen’ in etappe 2: het Codeboek. In combinatie met sleutels die op CP’s in het veld te vinden zijn kan je daar iets zinnigs van maken, en daarmee extra punten in de volgende etappe scoren.

Temperatuur

De voorbereiding ging goed, leuke punten in het bos gevonden, globale routes gemaakt die uitkwamen op de door ons beoogde afstand. Maar toen het dichterbij kwam werd de weersvoorspelling kouder en kouder. Ik zag op een gegeven moment op één van de weerberichten zelfs -6 °C voorbij komen. Gevolg: de opzet zo aanpassen dat intekenen binnen kan, in het museum, en je daar nog wat langer (of korter) kan verblijven en toch punten scoren. Het is toch de bedoeling dat iedereen het leuk blijft vinden en gezond finisht. Vandaar ook wat extra nadruk op het verplichte thermodekentje in de runners-uitzet.

Achteraf viel het allemaal reuze mee met de kou.

Race schema

Omdat elke race weer anders is, hebben we een race schema opgesteld en gedeeld. Dat zie je ook vaak bij Adventure races, en is erg fijn voor de visueel ingestelden onder ons. Zo is duidelijk dat etappe 1 begint voor het intermezzo en doorloopt tot en met er na. Dus je moet, en kan, de punten verdelen. En daarna volgt etappe 2, die niet eindigt bij de start maar elders. Etappe 1, het startpunt er van, en het intermezzo zijn wel op 1 locatie. Dat alles wordt weergegeven met een overzichtelijk diagrammetje.

Stress

Een paar dingen vergen wel last-minute voorbereiding. Wat niet heel handig is, maar het is niet anders. Zo gaan de glow-in-the-dark sticks van CP27 maar beperkt mee, denken we, dus moeten we ze niet te vroeg “aansteken”. Vlak voor de start dus (vrijdag), of vlak er na (zaterdag) voordat de eerste lopers er zijn. Verder zijn er wat CP’s met batterijen, die niet uitgezet kunnen worden. Ook die moeten geplaatst worden vóór de eerste, en voor de zekerheid vervangen worden voor de tweede race. Dingen als broodjes achteraf, en warme soep waar je de halve avond in moet roeren houden ons ook de halve dag bezig. Wat betreft de glowsticks ben ik verbaasd dat een aantal, met name de groene, de volgende avond nog steeds licht geven. Vermoedelijk omdat het een stuk kouder is dan toen ik ze testte een paar weken terug. Maar ook een tricky punt zijn de tijd-CP’s. Die had ik nog wel gekalibreerd bij verschillende temperaturen, en dat leek toen allemaal niet zo veel uit te maken, maar nu het bijna vriest gaan de interne klokken kennelijk te snel, en ze blijken na 10 uur ongeveer 5 minuten vóór te lopen. Op dag 2 is dat probleem er niet meer, want ik heb de klokjes ze gemaakt dat ze in het veld gekalibreerd kunnen worden, wat we dan ook doen zaterdagmiddag.

CP’s

Het is nu tijd voor een beschrijving van de verschillende CP’s, want daar zijn jullie vast allemaal benieuwd naar. Laat ik er gewoon op een onlogische volgorde doorheen gaan: op etappe en op CP nummer. Want de plaatsing op de kaart heeft weinig met de nummers te maken; die laatste is min of meer de volgorde van onze eerste verkenningsrondjes, en dat hebben we maar zo gelaten. De telling voor etappe 1 begint bij 27.

CP27 was een punt met veel werk maar helaas weinig bezoekers. Daar was vroeger een kerstbomenkwekerij, de helft van de sparren is gerooid, het restant vormt een doolhof van groen en open plekken, bovendien heel herkenbaar op de luchtfoto. Daar móést iets mee gedaan worden. Het idee was simpel: er staan 5 cirkels op de kaart, met letters A t/m E, in elke hangt een glow-stick (en een gekleurd kaartje als back-up) in rood, geel, groen of blauw. Op een 6e punt op de kaart hangt aan een boom een kastje met 4 gekleurde knoppen, en bij elke combinatie van kleuren in een bepaalde volgorde verschijnt een min of meer uniek getal. Dat is de CP code. De moeilijkheid zit hem in de misschien iets te overtallige valse glow-sticks. Het idee was dat die een spoor van de eerste tot de laatste vormen, maar ze leiden ook weer af en maken het lastiger om de juiste te vinden. 8% (dat zijn 4 teams) doen dit CP. Ze hebben dan wel weer alles goed. Overigens is elke combinatie van 4 van de 5 geldig, als de kleuren en de alfabetische volgorde maar goed zijn. Het ophangen van de glowsticks was nog wel een dingetje. Dat deed ik zaterdag ná de start, en toen ik klaar was kwam het eerste team al aanlopen. Net op tijd was ik.

Bij CP28 start de reflectortrail. Gewoon in het rond kijken, en je ziet de eerste een paar meter verderop. Dan de volgende boom met een witte oplichtende stip zoeken, en omdat iedereen een hoofdlampje heeft, dus een lichtbron vlak bij je ogen, zijn ze heel goed te zien. Bij elke boom met 2 reflectoren is iets: bij de eerste hangt CP28, bij de tweede hangt een drukknop die een laser in een vogelhuisje laat schijnen op een boom waar de trail zich vervolgt, en bij de laatste boom met 2 stippen is CP29 te vinden. 79% van de lopers vindt het eerste punt, 60% vindt ook het laatste. Maar daarvan zijn er 4 teams die het nummer van het laatste punt bij het eerste noteren. Dat is fout. Verwarrend is wel dat door een foutje van ons ook een cirkel met CP29 op de kaart is gezet, dat was niet de bedoeling. Kennelijk laten enkele teams zich daar door uit het veld slaan. Want waarom zou niet iedereen de hele trail afmaken? Één team schrijft twee keer het zelfde nummer op. Als je een afslag mist kom je weer op het eerste stuk van de trail uit, en ben je gevangen in een eindeloze lus. Hoeveel rondjes zouden ze hebben gemaakt?

De trail startte bij 28. Bij 28i zaten twee punaises in een boom en hing het kaartje van cp28. Bij 29i hing het tweede kaartje, van CP29.

CP32 staat op een oude kaart. Zo was het hier in 1928 (met dank aan Topotijdreis.nl). Iedereen had dit punt overigens goed, die er was. Al kwam er maar 28% van de deelnemers. Er hing een vals CP, een kruispunt noordelijker, een punt dat tegenwoordig heel goed herkenbaar is vanwege het oost-west fietspad. Andere punten op deze kaart, CP74 en CP98, waren niet zo moeilijk.

Maar nu we het er toch over hebben, CP99 stond ook op deze oude kaart, en daar noteerde 33% van de teams het nummer van het valse CP, waar alleen een oost-west pad was en geen noord-zuid pad. Maar goed, in het donker is het altijd lastiger.

Verder was daar CP91, dat midden in een toenmalig stuk heide lag. Of was het meer weide toen? Nu loopt daar een landweg, wat net te zien was op het stukje van de moderne topo kaart die nog zichtbaar is. En ook met de omschrijving in het roadbook “hoek perceel” kan je wel nagaan dat er iets moet zijn om er te komen.

Bij CP96 was het iets lastiger. Op de oude kaart lijkt het halverwege een pad, zonder verdere referentie, maar in het echt is daar een hoek van een akkertje. Er staat ook een ‘biels’ in de grond, volgens het roadbook; als je er bent zie je die. Maar goed, rondom het akkertje staan op alle hoeken oude spoorbielzen. Soms komen we iets tegen waar we wel een CP van móéten maken. Het belangrijkste om niet het valse CP te noteren is dat je ziet dat het niet in het verlengde ligt van de weg naar het zuidwesten. 33% van de teams zag dat niet. Wat des te opvallender is, want op het CP zelf hing een moderne topo kaart waar dat nog duidelijker op te zien was.

Die hing er overigens om CP97 te lokaliseren. Op de oude kaart aan een afscheiding van een weiland; tegenwoordig een hoek van een pad met een sloot, aan de rand van een bossage. Zowel op CP98 als CP96 kon je die moderne kaart vinden. Op CP98 stond ook een verkeersbord. Omdat we in het roadbook schreven “noteer jaar vervanging” en dat eigenlijk geïnterpreteerd kon worden als het jaartal dat het bord voor het laatst vervangen was, als wanneer het moet gebeuren, rekenden we 2024 en 2044 beide goed.

CP34 was een betrekkelijk eenvoudige vraag bij een monument van de 2e wereldoorlog. Het antwoord stond letterlijk op een informatiebord daar. Maar toch had 26% het fout. Verbazingwekkend.

Wie van de drie: CP36 was moeilijker dan we verwacht hadden. Daar lagen 3 heuvels. Het CP hing op de middelste, maar op de oostelijker en westelijker heuvel hing ook een blauw kaartje. De drie heuvels stonden nog wel op de IOF kaart, dus je kon zien dat de juiste heuvel niet per se de eerste de beste bult was. De uitkomst is in die zin verrassend dat bijna tweederde het verkeerde nummer noteerde, klaarblijkelijk liep men op goed geluk naar 1 van de heuveltjes.

Bij een officiële oriëntatieloop, overigens, zou er in de postomschrijving staan bij welk object van de gelijke objecten binnen de cirkel de post te vinden is.

CP37 was zo’n instinker, waarvan er altijd een paar in de N8-run zitten. In de omschrijving stond dat code op 2 m boven het maaiveld hing. Op de grond zat een blauw kaartje, en op 2 meter een punaise. Op de punaise, zo groot als er mogelijk op paste, stond een “3”. We kregen klachten dat het kaartje weg was, er alleen nog de punaise hing. Tja, niet elke CP was een blauw kaartje, aldus de briefing, en 2 m was toch redelijk specifiek. Als je deze fout had moet je maar denken: volgende keer beter, je kan niet alles goed hebben. Slechts 7% noteerde het valse CP.

CP39 was gewoon een kuil. Redelijk te vinden, al lag hij een stukje van het pad af. Maar daar was een aanwijzing voor etappe 2 te vinden, en daarom was dit punt des te meer de moeite waard. De aanwijzing daar legde uit dat je de gegevens voor CP9 kon vinden in het Codeboek, met behulp van een zogenaamde σκυτάλη of scytale. Dat is een cilindervormig voorwerp, in dit geval het nutteloze -want ongeslepen- potlood in de kaarten-envelop. Knip strook 3 op pagina 3 van het Codeboek uit en rol die rond het potlood. Daar staat vervolgens: CP13 op 273gr en 287m van CP16. Een peiling dus. Maar straks pas, in Etappe 2, want CP13 (en CP16) staan nog niet op de kaart van etappe 1.

CP47 en CP48 waren een idee uit de N8-run van 2022, dat we niet meer hebben uitgevoerd toen. Een wirwar van paadjes, maar dan schematisch weergegeven als een metroplattegrond. En de verengelste stationsnamen zijn dan weer een beetje hierop geïnspireerd. Het is maar een pietepeuterig stukje bos, met een trimparcours. Paaltjes, rekstokken, evenwichtsbalk, etc. Hoe maak je daar wat leuks van? Door het moeilijk te maken.

Zo ziet het parcours er ongeveer uit in het echt, noorden boven. Maar als je daar dit van maakt is het ineens een uitdaging:

De verbanden zijn het zelfde, het pad er omheen is weggelaten, en de namen van de stations zijn wat veranderd. Richting en afstand zijn uit hun verband gerukt, net als op een typische metrokaart in een grote stad.

Stap op de metro bij station Fencejumps.
Rijd via de kortste route (minste stations) naar halte Uppulling.
Stap over op de Groene lijn in oostelijke richting (kompas), en blijf 1 station zitten.
Pak dan de Gele lijn richting Clambering en stap over op de Groene lijn, waar je in kan blijven zitten tot het eindstation.
Op elk station dat je passeert (dus ook waar je niet uitstapt) kan een CP hangen achter het “Stationsbord”. Noteer de eerste 2 waar je langs komt (in die volgorde) als CP47 en CP48.

Blijkt achteraf dat CP47 en CP48 op dezelfde plek uitkomen, station Goatjumps. Kennelijk was deze opdracht moeilijker dan gedacht, met slechts 55% foutloze antwoorden. En daarmee geslaagd voor de N8-run.

CP57 en CP89 waren zogenaamde Tijd-CP’s: stukjes elektronica met een klok en een display (en WiFi en Bluetooth, maar dat bleeft ongebruikt) die alleen op gezette tijden een CP code lieten zien, en de rest van de tijd “Zzzzz” toonden. De bedoeling is duidelijk: verwarring zaaien, extra complexiteit toevoegen, de factor tijd introduceren naast alle deadlines en verplichte tijdslots. Helaas liepen de klokjes wat voor door het koude weer, iets wat er de tweede avond uit was gekalibreerd.

Bij CP55 waren nogal wat CP kaartjes opgehangen. Daardoor was vast wel duidelijk dat er één de juiste was, en de rest vals. Het roadbook gaf duidelijkheid: er was er maar eentje die in een zuidwest hoek hing. Lastig voor 32% van de teams. Echt even een punt waar je je kompas bij moest pakken.

Op CP58 was weer info voor de volgende etappe te vinden, in dit geval voor CP9. De aanwijzing was dat je het codewiel in het codeboek op “N” moest zetten, en dan regel 8) uit dat zelfde codeboek vertalen. Dat leverde dan de locatie van CP9 op, waar over later meer.

Vervolgens weer een leuke: CP59. Een wit vlekje op de kaart, maar gelukkig was de benodigde informatie al ruim tevoren per email naar alle teams gestuurd. Dat leverde zelfs hele speurtochten online op waardoor ze zich bij arcgisonline.nl hebben moeten afvragen waarom zoveel mensen ineens geïnteresseerd waren in drie kuilen in de Bestse Bossen. En waarom specifiek in die ene kleine kuil ten zuiden van die twee grotere. Behalve 2 teams dan, die meer interesse hadden in de grote twee, waar een vals CP kaartje hing…

CP64 bevatte ook weer informatie voor etappe 2. Hier hing een ouderwetse overheadsheet met zwarte vakjes. Als je dat over bladzijde 7 van het Codeboek legde bleef er een tekst over, die je een snijpunt liet tekenen van de lijnen door 4 andere CP’s. Ook weer niet op te lossen zonder de kaart van etappe 2, dus pas later uit te voeren.

De plaatsen van de aanwijzingen hebben we zo gekozen dat als je in etappe 2 nog niet de juiste gegevens had, maar wel genoeg tijd, het zonder al te ver omlopen doenlijk was om er alsnog langs te gaan. Het betreffende CP uit etappe 1 leverde dan wel niet de punten op, maar het leverde wel een extra punt op in de tweede etappe, zij het met wat meer moeite.

CP67 lag onder het fietspad. Dus niet onder de weg. Misschien dat onze foto in de email van de week tevoren al suggereerde dat hier twee opties waren om ergens onder te duiken?

Ook CP15 (etappe 2) was ergens onder. Niet graven, er was gewoon een fors bemeten wild-tunnel waar mensen ook prima doorheen passen. Ooit bij de Midwinterrun door een buis onder een treinspoor heen gekropen, en daar stond nog water in. Dit was comfortabeler.

CP76 en CP77 hadden we geplaatst om de oversteek van de snelweg nog een beetje leuk te maken. Een verlicht stuk fietspad en een autoweg verpesten anders alleen je nachtzicht, maar hiermee was het zaak weer even snel aan het donker te wennen aan beide zijden van de af/oprit.

CP69 noemden we bij het opbouwen van de run het kanon. Een contraptie met een draaibare buis waar je doorheen kon kijken, en waar naast een kastje met een drukknop zat. Alleen als de buis exact volgens de aanwijzing ingesteld was, zowel de juiste azimut als hellingshoek, liet de drukknop ergens verderop een lamp branden. Kijkend door de buis was ook duidelijk waar. Daar aangekomen was er echter nog een addertje onder het gras: in de boom waren twee sterren opgehangen die konden oplichten. Slechts eentje ging aan met de drukknop, de andere was het valse CP. 28% van de teams noteerde toch de ster waar achter geen lampje ging branden.

CP78, in het Bos bij Son, was niet zo heel moeilijk. Één team noteerde een getal dat nergens hing. Dat is dan weer jammer.

CP81 hing bij een waterput of drinkplaats voor vee. Het CP ws moeilijk te lezen vanaf het pad, dus je moest even een doorgang vinden de wei in. Makkelijker was het om een vals kaartje te lezen, 50 meter verderop. Maar dit hing niet echt bij een waterput, daar was gewoon het weiland onder gelopen. Behalve natte voeten bij het ophangen leverde dat ook 30 strafpunten op bij het noteren.

Bij CP82 hing aan twee kanten van de brug een CP kaartje. Niemand noteerde het valse CP. Ik heb altijd de indruk dat het onderscheid noord-zuid makkelijker te maken is dan oost-west.

Bij CP83 was de opdracht om het locatienummer van het elektriciteitskastje te noteren. Dat zorgde toch voor meer problemen. Misschien omdat een of andere vandaal het kastje had besmeurd met blauwe kaartjes.

CP85 lijkt opvallend druk bezocht, als je naar de statistiek onderaan deze pagina kijkt, maar we hadden de CP code als in de mail in de week tevoren gezet: -.. . -.-. .–. -.-. — -.. . …- .- -. -.-. .–. …- .. .— ..-. . -. – .- -.-. …. – .. –. .. … – .. . -. Dat was tevens een knipoog naar CP5, waar ook morse code nodig was. Maar toch ook weer niet…

CP88 was niet zo moeilijk, een picknicktafel met een opdracht, namelijk om onder de picknicktafel aan de andere kant van de weg te kijken. 14% deed dat niet en pakte de strafpunten mee. Verder kon je daar lezen dat je bij CP5 later de Moorse code moest gebruiken, niet de Morse code. Een klein dingetje voor etappe 2.

Bij CP93 was weer een opdracht te vinden. Ik weet niet hoe veel teams vroegen na het nemen van de teamfoto of ze het kaartje mochten weggooien. Er stond nog wel op dat het geluk bracht. Nou, dat was dus hier. Had je het kaartje nog (ook handig voor het invullen van de score), dan kon je het juiste getal vinden met een UV zaklamp. De ene dag was dat 14, de andere 41.

Bij CP95 was iets geks aan de hand. Teams die terug kwamen en de kikkers niet vonden versleten we vrijdagnacht nog voor gek. Gewoon het verkeerde pad genomen? Tot we zaterdag nog een keer gingen kijken.

Toen bleek er toch wat anders aan de hand, en hadden ze ons hele CP verwijderd. Het jonge boompje links achter stond er nog wel (zie pijl). Kortom, altijd eigen kaartjes ophangen voortaan, en nooit op de kaboutertjes vertrouwen.

Intermezzo

Halverwege etappe 1 was er een verplichte tussenstop bij de start, tussen 21:30 en 22:30. Een welkome afwisseling voor veel teams, even uit de kou, binnen, en uit de wind. Bovendien met een broodje knakworst. Wat wil je nog meer? Nou, dat was wel duidelijk: 90 punten verdienen. Een soort foto-speurtocht, maar om het makkelijker te maken met gegeven coördinaten. Die overigens niet iedereen meteen door had.

Het museum heeft 4 hallen, we nummerden ze A t/m D, aangegeven met plakkaten op de vloer. Wie goed oplette vóór de briefing had ze al zien liggen. We zijn nog, op weg naar de start, door de rest van de hallen heen gelopen. Iedereen had ze dus kunnen spotten, althans dat was onze opzet.

Ook stond er op een paar plekken op de vloer nog iets meer aangegeven. A4 en A5 bijvoorbeeld. Telkens een volgend nummer op elke volgende strook beton waar de vloer uit was opgebouwd. Hal B had geen betonstroken, maar klinkertjes. Ergens stond (0,0) en tien steentjes naar rechts “10”. En twintig naar voren “20”. Het kwam allemaal niet zo nauw, maar hiermee kon je wel ongeveer bepalen waar welke foto genomen was. De een had dat sneller door dan de ander.

Er stond bijvoorbeeld bij een foto ←24 ↑156. Wat neerkwam op 5 passen naar links, en 15 naar voren. Zo kwam je recht onder de cockpit van het grote vliegtuig waar in dan weer deze pop zat:

Het zou de N8-run niet zijn als er niet wat instinkers tussen de foto’s zaten. Zoals een krant met een jaartal en een jaargang er op. Een vogelhuisje met als je heel goed keek geen 5 maar 6 bloemetjes. Een doos sigaren waarbij je goed moest tellen. Maar de meeste fouten werden toch gemaakt bij de nummerplaat op de motorfiets en de staartvleugel van het vliegtuig: “tel alle cijfers bij elkaar op”, betekent ook echt alle cijfers, dus aan beide kanten. Gelukkig waren er teams die dat door hadden.

Wat ook opviel was at veel teams behoorlijk lang bleven zoeken tot ze alle foto’s hadden gespot. Terwijl ze toch maar 5 punten per juiste antwoord opleverden, tegen 30 voor een CP in het veld. Maar ja, het was tenslotte lekker warm binnen.

Een enkel team hield het bij 1 foto. 5 punten. Als je ziet dat er tussen de 4.2 en 0.7 punten per minuut werd verdiend tijdens de race, was dit nog niet zo’n schamele opdracht. We hebben de tijd bij het intermezzo niet bijgehouden, maar zo bezien was het voor het snelste team voordelig als ze minder dan 14 minuten gezocht hebben, maar vanaf halverwege het deelnemersveld was dat al een half uur aan punten waard, tot ongeveer 45 minuten in geval van scores van 1 punt per minuut voor de CP’s in het bos.

Etappe 2

Strategisch was het best uitdagend: Zou je zorgen dat er voldoende tijd is om alle verzamelde gegevens van etappe 1 ten volste te benutten en alle specials in etappe 2 te scoren? Dan moet je wel zorgen dat er voldoende tijd voor is. Maar als het nou meevalt is er tijd over en had je beter wat meer punten in etappe 1 kunnen pakken. Als je naar de uitslag kijkt zie je dat het gemiddelde aantal punten gescoord per minuut in etappe 2 minder was dan in etappe 1. Behalve voor het winnende team en de nummer 4. Dat was niet onze opzet, we wilden het aantrekkelijk maken om de extra informatie bij etappe 1 te verzamelen en die in etappe 2 te verzilveren. Maar omdat maar weinig teams de speciale opdrachten uitvoerden lagen de CP’s die overbleven in etappe 2 relatief ver uit elkaar, en was dus het aantal punten per minuut laag. En daarmee is dit misleidende statistiek. Een drogredenering. Juist als je wel de extra CP’s had gedaan in etappe 2 met de informatie uit etappe 1, was etappe 2 erg lucratief geweest. Dat laat ook het winnende team zien. Dus voor de volgende keer: extra punten geven voor de CP’s waarvan we graag willen dat ze ook daadwerkelijk gedaan worden. En de deelnemers informeren: dat de extra punten die je tijdens de race vindt een kortere afstand tussen de CP’s opleveren.

Veel teams begonnen etappe 2 met CP3 en CP4, op een gespiegelde kaart van het museumterrein. Door een foutje in de kompasroos op de kaart moesten ze er proefondervindelijk achter komen dat de kaart gespiegeld was, en 90 graden gedraaid. Dat leverde allereerst een moeilijkheid op om de locaties van CP3 en CP4 bij benadering te vinden, maar vervolgens moest je nog goed kijken wat west en wat oost was. Natuurlijk hielp een kompas, maar omdat het op de kaart andersom was was het toch verwarrend. 12% respectievelijk 23% noteerde het tegenoverliggende (valse) CP.

De windroos op de kaart is een grapje uit een oude geocache van mij, “Hoe Waaien de Wimpels”. Dat de N en Z als letters 90° gedraaid staan is natuurlijk niet handig voor symbolen die windstreken aangeven die 180° gedraaid zijn. Maar ja, dat krijg je in het Nederlands, met N en Z. En de E voor east en W voor west zijn ook niet zo practisch gekozen, als je een gedraaide kaart hebt. Nou ja, de kaart is niet gedraaid, kijk maar naar de schaal “100 m”, dat staat gewoon rechtop. En de N en de Z staan ook rechtop. Dus dan moeten de W en E ook rechtop staan? Klopt. Want west is de bovenkant van de kaart en east de onderkant. En dat betekent dat de kaart gespiegeld is. Klopt ook. Of van onderaf gezien, het is maar hoe je het bekijkt.

Op CP5 was iedereen al en beetje voorbereid: in de mail stonde een stukje Morse code. Maar dit was anders. Ooit naar de standaard Morse code tabel gekeken? Dan valt op dat de getallen steeds 5 piepjes zijn. Een rijtje korte gevolgd door lange, of omgekeerd. Dat was dan weer de grap. In het Codeboek stond een Morse tabel -korte O- en en Moorse tabel -lange O-. Lang en kort omgewisseld? Nee, gewoon achterstevoren. Achterstevoren zijn cijfers ook cijfers in het Morse alfabet, maar andere. Je hoeft niet moeilijk te doen, gewoon knopje indrukken bij CP5 en luisteren. En dan het juiste tabelletje in het Codeboek gebruiken. Bij CP88 hing welke dat was. 72% was hier, 9 teams noteerden een fout antwoord. Makkelijk was het niet. 3 daar van gebruikten Morse en niet Moorse, de rest vergiste zich in iets anders.

Bij CP7 sloeg de vermoeidheid toe. Er hing een blauw kaartje, maar de opdracht in het Roadbook was vrij stellig: noteer het nummer van de elektriciteitsmast. De mast was niet te missen. De aanwijzing kennelijk wel. 54% fout is veel. Gelukkig had iedereen CP6 wel goed.

CP8 was alleen te doen met de aanwijzing uit etappe 1: een snijpunt bepalen van de lijnen CP5-CP85 en CP63-CP80. Daar was een kuil, met een CP kaartje.

Ook voor CP9 was informatie uit etappe 1 nodig. Een aantal meters vanaf CP13 in de richting van CP88. Voor het gemak was de schaal van alle kaarten 1:10.000, dus het aantal hectometers in het echt was gelijk aan het aantal centimeters op de kaart.

Jammer dat slechts 8% van de teams de kompaskoersenroute van CP10 via CP11 naar CP12 heeft gedaan. De punten lagen niet zo ver uit elkaar, maar wellicht schrok de opdracht toch af. Die was als volgt: tijdens het intermezzo, in het museum, was een kompassimulator neergezet, een kistje waar je een kompas op kon leggen, en vervolgens ging de naald dezelfde standen aangeven die je zou zien als je de route vanaf CP10 via CP11 naar CP12 zou lopen. Dus als de naald met de noordkant naar voren wees, zou je naar het noorden moeten lopen. En wees de naald naar links, dan was het noorden links en liep je dus naar het oosten. Simpel? Toch niet helemaal, want veel kompassen hebben een ring met graden-waardes er op. Noteer je de graden die de simulator liet aanwijzen, dan is dat op zich prima. Maar als je vervolgens de graden-ring draait (wat op veel kompassen kan) naar datzelfde getal, draaien de noord-streepjes precies de andere kant op dan bij de simulator. Wijst de naald rechtsom, noteer je dan 90°, en draai je de ring naar dat zelfde getal, dan draai je de ring dus linksom, en wijst de noordkant naar links. Niet naar rechts. Met andere woorden: vergeet die getallen, dat werkt niet, dat gaat precies de verkeerde kant op. Maar toch is het verleidelijk.

Makkelijkst was gewoon pijltjes te tekenen, waar de naald heen wees. En dan tijdens het lopen van de route de naald achtereenvolgens die zelfde richtingen op te laten wijzen. Of de pijltjes te spiegelen, en dan te lezen als de te lopen koersen.

Eigenlijk, achteraf gezien, was het thema van etappe 2 “spiegelen”, bij CP3, 4, 5, 10, 11, 12 en 16.

We hadden een stukje op de kaart weggelaten, om er geen leunstoel-route van te maken. Er zaten vooral 90° in de paden, en het was bijna een perfect ruitjespatroon, maar toch nét niet en daarom wel leuk.

CP13 en CP14 stonden gewoon op de kaart. CP13 hadden we nodig om met de peilingen uit eerdere opdrachten leuk uit te komen. Het kaartje zat bovenop een groot bord. 32% klom er op. Maar ik weet niet hoeveel mensen er verder zijn geweest.

CP15 kwam je onderweg onder de weg tegen. Makkelijk? 58% kroop door de wildtunnel.

CP16 was een peiling. Klinkt eenvoudig. Je moest alleen even opletten dat het niet de peiling van CP13 náár CP16 was, maar ván CP13. Dus in tegengestelde richting. Maar zo moeilijk bleek het niet, 100% had het goed. Tja, er waren dan ook maar 2 teams die überhaupt dit punt vonden. De andere kant op hing een vals CP. Had niet gehoeven achteraf…

Digitaal papier

Nieuw! Van alles was nieuw deze N8-run, maar misschien wel het opvallendst was de digitale-antwoorden-invoer. Na gehannes de vorige keer (en ook de keren daar voor) met het overhaast invoeren van de antwoorden – het is 2:00 ‘s nachts en iedereen wil naar zijn mandje – en het onvermijdelijk verkeerd lezen van een paar ingevulde nummers, enen die zevens lijken en vieren die negens blijken, besloten we dat het anders moest. Diverse ideeën sneuvelden, van multiple choice, of punch cards, of iets elektronisch, tot gebruik maken van uit te rekenen checksums: alleen het zelf laten invoeren bleef over. We hadden al eens zelf met een telefoon op zak een race gelopen, waarbij onderweg QR-codes moeten worden gescand, maar dat was erg onhandig. Telefoon pakken, ontgrendelen, push-meldingen weg klikken, QR-scannen, verzenden, vergrendelen, opbergen, etc. Dus we besloten dat de telefoons “thuis” bleven en alleen voor het invoeren van de CP codes zouden worden gebruikt, na elke etappe. Patrick maakte een mooie kist met 42 vakjes, 1 per team, waar ze veilig in konden. Iedereen deed mee, al boden we ook de mogelijkheid ouderwets een papieren strookje in te leveren.

Elk team kreeg een blauw kaartje met z’n team nummer er op: ook handig voor de team-foto’s. Achterop een QR-code (en het antwoord van CP93) waarmee een unieke pagina opende als die gescand werd met ieders smartphone. Daarop stonden alle CP’s van de betreffende etappe, in de zelfde volgorde en lay-out als op het papieren antwoordenstrookje. Nummer intoetsen, groene knop (of volgend vakje) aantippen, en dóór. Onderaan een grote knop “inleveren”, waarna de antwoorden ook niet meer gewijzigd konden worden.

Zelf hadden we als organisatie een dashboard om te zien wie aan het invullen was, wie klaar was, en hoe lang het had geduurd.

Om iedereen te overtuigen om het digitaal in te vullen, trokken we de tijd van beginnen met invullen tot inleveren van de antwoorden, van de totale tijd af. Zo kostte digitaal inleveren niet méér dan op papier. Het invoeren, heb ik uitgerekend, kostte tussen de 3 seconden en 12 seconden per antwoord, met de ruime meerderheid tussen 5 en 7 seconde. Door teams tevoren bij inleveren van de telefoon alvast de QR-code te laten scannen stond de invoer-webpagina al open in de browser, en kon met invoeren sneller begonnen worden. De volgende keer kunnen we de links wellicht vast emailen. Om het kwijt raken van antwoorden bij uitval van de verbinding te voorkomen sloeg de web-app alles tijdelijk als cookie op, en ook werd elk antwoord, indien mogelijk, bij invoeren per CP direct al verstuurd.

Het grote voordeel kwam daarna: de antwoorden-check, en de score berekening ging in Excel (LibreOffice Calc), en we konden de antwoorden (en de tijden) direct daar in inlezen vanuit de server waar de teams ze op hadden ingevoerd. Geen fouten meer! Behalve fouten die teams zelf maakten. En bovendien veel sneller. Ideaal! De enige vertraging na afloop was wat discussie over bepaalde punten, en het wachten op teams die verdwaald waren.

Routekeuze en tactiek

Zoals gezegd was dit een tactische race. Allereerst om zelf de volgorde te bepalen langs de wolk CP’s, waarbij er geen voor de hand liggende connecting-the-dots-route was. En om daarbij in te schatten wat voor jouw team een haalbare lijn was, qua loopsnelheid. Maar ook om dat te verdelen over de tijd, met de twee delen van de eerste etappe, zijn verplichte Intermezzo tussen 21:30-22:30, en met een tweetal CP’s die alleen op de even kwartieren of juist de oneven kwartieren van elk uur te doen waren.

Daarbij was het ook nog de keuze om alleen makkelijke punten de bezoeken (hoewel je dat nooit echt weet tevoren), of om juist de extra aanwijzingen te verzamelen die bij etappe 2 vereist waren. Juist die locaties waren makkelijker te vinden, denken we.

En zo kon je, als je focuste op de aanwijzingen voor de volgende etappe, maar beter genoeg tijd over houden voor etappe 2 om die gegevens ook te verzilveren. Zonder die gegevens was de laatste etappe flink korter (of had minder punten), en dan hield je misschien tijd over die je beter in de eerste had kunnen besteden.

Kortom: lastig.

Hier onder zie je op de kaart aangegeven hoeveel teams elk punt bezochten, weergegeven als de diameter van de bolletjes. Ook zie je in rood/groen hoeveel teams het “foute” CP noteerden. Je kan hier niet helemaal de gelopen routes uit halen, maar duidelijk is wel dat de punten “dicht bij huis” het meest gevonden werden (niet verwonderlijk), en dat het rondje in het zuidoosten veelal CP70 oversloeg.

Het lijkt of er onwaarschijnlijk veel teams CP85 bezochten maar de rest van Son lieten liggen, maar dat was niet zo; CP85 was al in de email gegeven. Opvallend eigenlijk dat niet 100% van de teams dat antwoord noteerde.

Het hoekje in het noordwesten was duidelijk te ver weg voor de meeste teams, daar kwam maar 17%. En het zelfde geldt voor de meest zuidwestelijke punten. Jammer dat CP27 met de glow sticks, ondanks de dubbele punten die je daar kon verdienen, werd overgeslagen. Het was zo’n fascinerend gezicht in het donker. Maar ook de kompaskoersen route, met 3 CP’s dicht achter elkaar, werd vermoedelijk te moeilijk geacht.

Een paar CP’s valt op wat betreft veel gemaakte fouten:

  • CP36 (62%) met de drie naburige heuveltjes
  • CP7 (54%) waar het niet om het CP kaartje maar het nummer van de niet-te-missen 380kV electriciteitsmast ging
  • CP48 (45%) tweede “halte” van metro route; de route was lastig überhaupt
  • CP97 (43%) het punt in het noorden, op de memorisatie kaart, waar ook een vals CP hing
  • CP96 (33%) waar de memorisatie kaart hing, op de kaart uit 1928, ook daar een vals CP
  • CP99 (33%) nog een punt op de oude kaart, helemaal in het westen, met een vals CP
  • CP55 (32%) de juiste “ZW”hoek van een wirwar van slootjes/greppels, met valse uiteraard
  • CP69 (28%) het “kanon” met de twee sterren

Helaas zijn een aantal -naar onze mening- leuke CP’s nauwelijks bezocht (maar gelukkig zijn overal wel ten minste 2 teams geweest). Zoals de kompaskoersen uit de simulator, de luchtfoto met glow-in-the-dark-sticks, de punten op de oude kaart, en de punten in etappe 2 waarvoor je de gegevens uit etappe 1 nodig had.

Klik op de tabel om in te kunnen zoomen. Hier zie je de goede en foute antwoorden per team, en een statistiek per team en per CP.

Dat leren we er dan weer van: als je een overdaad aan punten plaatst, waarbij alle teams ten minste een paar moeten overslaan, zijn dat -niet ten onrechte- de punten die wat moeilijker lijken of waar je iets extra’s voor moet doen. Laten dat nou net de punten zijn waar veel werk in is gaan zitten vaak.

En dat brengt me op mijn laatste opmerking: de route pakte dit jaar flink langer uit dan gedacht. Waar we vorig jaar nog heel mooi uitkwamen, en de top-teams net aan alle CP’s konden bezoeken, hadden de winnende teams dit jaar een antwoord percentage van 65%. De totale route, realistisch gemeten, over paden, was ongeveer 13+15+6 km. Dat is bij elkaar 34 km. Tegen vorig jaar 33 km. Dus de lengte maakt niet het verschil. Ook toen was er Intermezzo dat best wat tijd kostte, en bovendien een Proloog. Maar het verschil zat hem waarschijnlijk in wat andere factoren:

  • Vorig jaar was het volle maan, dit keer was er geen maan aan de hemel.
  • Dit keer was het geen lineaire route, overeenkomstig het roadbook. Waardoor er meer tijd ging zitten in het plannen, en vast ook niet altijd de snelste route werd gekozen.
  • Er waren wat extra moeilijkheidsgraden, met tijd-CP’s, afhankelijkheden tussen etappes, etc.
  • Ik hoorde van de proeflopers dat het oriënteren op zich makkelijker leek dan vorig jaar, maar zij waren wel met volle maan het bos in.
  • Het bepalen van de locaties van de extra punten in etappe 2 kostte natuurlijk ook tijd.
  • Aan het Intermezzo besteedden veel teams toch behoorlijk veel tijd. Al rekende ik hier boven uit dat dat vaak een goede keuze was. Maar dat zit natuurlijk niet in de 34 km die ik net noemde.
  • De afstand was wel iets langer dan vorig jaar. Maar 1 km méér verklaart niet die 35% die minder bezocht werd.

Kortom, elke race is toch weer anders. Mijn inschatting van tijd per CP en per km uit 2024 is niet heilig.

De uitslagen kan je overigens in een vorige post vinden: N8-run 2025, de uitslag.

Help!

Ten slotte nog dank aan onze helpers! Zonder hulp van hen was het nooit gelukt om zoveel teams in korte tijd te ontvangen, te foerageren, te fotograferen, te ranken, te drinken te geven, en te laten verdwalen in een donker bos.

N8-Run 2024 Camp Edition

Editie 2024? Er was toch al een N8-Run 2024? Dat klopt, en het zou voor jaarlijkse winteractiviteiten in het algemeen veel handiger zijn als jaren van juli tot juni liepen (dan heb je ook niet dat je bij het telefonisch boeken van je zomervakantie er door een slechte lijn er een maand naast zit, maar zit je meteen een jaar verkeerd), maar het kwam nou eenmaal zou uit dat het ons de vorige winter het best in februari uitkwam en dit jaar in december (en komend jaar zou dat zomaar in november kunnen zijn). Maar wel alle twee in dus 2024.

Om het nou niet al te makkelijk te maken voor ons zelf en om het 3d-ontwerp van de prijzen toch te moeten aanpassen hebben we deze 2e editie van MMXXIV maar de “Camp Edition”, kortweg CE, genoemd. Naar de startlocatie en de mogelijkheid te overnachten ter plaatse. De uitvalsbasis was het kamp van de Survivalbaan Best achter museum Bevrijde Vleugels tussen Best en Son.

Het camp.

Walkthrough

Vroeger, in de jaren ’90, ging je naar de boekenafdeling van de V&D om op te zoeken hoe je verder moest komen als je vast zat in Leisure Suit Larry I door even door de Walkthrough te bladeren. Nu moet je het zelf doen en maar hopen dat je ongedeerd het donkere bos uit komt, tenminste, als je je in onze N8-run adventure hebt gestort. En voor iedereen die hem niet helemaal heeft uitgespeeld kan je hier dan achteraf lezen wat precies de bedoeling was.

Er waren natuurlijk meer teams, maar deze hier boven hebben hun GPS track op Strava gezet, zodat ik een animatie kon maken van de gevolgde route deze N8. Leuk om te zien dat het concept van twee etappes om te spreiden goed heeft gewerkt.

Behalve het vinden van de juiste route in het landschap, is zo’n N8-run ook navigeren in de tijd. Minstens zo belangrijk als weten waar je bent is het te weten wanneer je bent. Maar zoals je wel kan omkeren en even terugkeren op je schreden, kan je nooit terug in de tijd. Deadlines naderen onherroepelijk. Plaats en tijd raken op een uitdagende manier verweven in een nacht als deze. Maar door de keuzevrijheid van je route, is het, anders dan bij bijvoorbeeld een marathon waar plaats en tijd redelijk rechtlijnig samenhangen met een min of meer constant tempo, wel degelijk mogelijk om hier de tijd naar je hand te zetten, en de klok (of wat daarvan resteert tot de eindtijd) zo effectief mogelijk in te zetten.

Proloog

Direct na de briefing startte de Proloog, een korte oriëntatieopdracht op het museumterrein om de teams wat uit elkaar te trekken.

De briefing was trouwens geweldig gesitueerd, vonden we zelf. Patrick hield de intro staand op een vliegtuigtrap terwijl de teams half onder de vleugels van een glider uit de 2e wereldoorlog zaten, tussen nog meer antieke legergroene voertuigen.

Qua oriëntatie was de proloog niet lastig, ware het niet dat we van de kaart van het museumterrein een puzzeltje hadden gemaakt. Sommige teams trokken meteen hun schaar en plakband tevoorschijn en gingen vlijtig knippen en plakken, andere deden het schuifpuzzeltje uit het hoofd.

Hoe dan ook, een CP bij een baby dinosaurus verwacht je niet, maar was er wel. De benodigde tijd varieerde tussen 15 en 30 minuten (de deadline). We hadden iets sneller verwacht, maar dat puzzelen maakte het kennelijk significant lastiger dan gedacht.

Etappe A

Er was een etappe A en een etappe B. Nagenoeg even lang qua afstand en qua tijd, althans, dat was de opzet. Je zal zien dat het nooit exact gelijk is, qua moeilijkheid, en afstand in de praktijk. Maar omdat teams min of meer willekeurig begonnen met A dan wel B, was het belangrijk dat het geen voor- of nadeel was naar gelang welke je eerst deed. Zodat “halverwege de tijd” ook halverwege het te behalen aantal punten was. En dat is best aardig gelukt, want de nummers 1 en 2 bovenaan de ranking begonnen met verschillende etappes. Voor mijn verhaal begin ik met etappe A, maar de helft van de tweetallen startte dus met B.

Teams komen en gaan in ons camp.

CP11: Het eerste punt was de (verplichte) uitgang van het terrein. Om het toch wat interessanter te maken hing daar een puzzeltje. Precies dezelfde als in de email had gestaan eerder die week, dus iedereen had hem al thuis kunnen oplossen, maar ja, dan moet je je wel realiseren dat alles wat we vertellen er met een reden is. Was dit je eerste N8-run? Dan weet je het voor de volgende keer. Toen we zochten op “tenten & puzzeltje” kwam dit op het wereldwijde web bovendrijven. Hij is ook oplosbaar als niet bij alle rijen en kolommen cijfers staan, en de vraag bij het eerste punt, CP11, bij het hek was dan ook om een van de ontbrekende cijfers te noteren.

CP12-CP17: Hierna hadden we een aantal recht-toe-recht-aan CP’s geplaatst. Nou ja, wel opletten, want waar een hint “N-zijde” in het roadbook staat zal er wel een vals CP aan de “Z-zijde” hangen. En als er bij CP16 staat dat de koers vanaf het kaartje met de CP code naar hier 160 graden is en 60 meter lopen, dan moet je dus 340 graden aanhouden om de juiste code te vinden en niet de verkeerde kant op rennen. Of al na 40 meter iets noteren. Dat verschil is ook met passen tellen wel duidelijk. Uiteraard hingen daar valse CP’s, wat 65% van de teams kan beamen.

CP18: Een mooi stukje reliëf leende zich voor een LIDAR kaart bij CP18. Net op de rand van de cirkel hing een vals CP, maar driekwart noteerde het juiste. Niet te moeilijk.

CP19-CP20: Vanaf CP19 tot CP20 was het heel goed opletten. Je kon wel direct met de kaart naar CP20 lopen, maar daar hing een elektronische constructie die schijnbaar willekeuren getallen liet zien als je achtereenvolgens op gekleurde knoppen drukte. Maar bij de zelfde volgorde wel altijd het zelfde getal. Dus als je de juiste kleuren van de reflectors onderweg van 19 naar 20 had genoteerd, werd het juiste antwoord getoond. Ik weet niet of maar één derde van de teams de reflectortrail heeft gevolgd, of dat een aantal het niet aandurfde om een fout getal te noteren (een reflector is snel gemist, en een foute code kost je 30 strafminuten). Bijna de helft van de genoteerde getallen was niet juist, dus dit was wellicht een wat lastige opdracht. We hebben wel lekker geknutseld…

CP21-CP24: Een uitsnede uit een geleende oriëntatiekaart liet een viertal punten zien die nét even van de paden af lagen, maar aan de hand van het getoonde reliëf goed te vinden waren. Bijna geen fouten gemaakt. Maar het heeft waarschijnlijk wel wat tijd gekost.

Hierna kon je kiezen. Nou ja, je hebt altijd een keuze, maar de route was zo gemaakt dat het hiervandaan logisch was, als je in wilde korten, om af te snijden naar CP35. En 10 CP’s over te slaan. Wat 57% van de deelnemers dan ook deed.

De tussenliggende punten waren daarentegen niet heel moeilijk. Het waren meer de kilometers. Hoewel er wel een aantal valse CP’s hingen overigens. Dat hadden we niet hoeven doen, want bijna niemand heeft die gevonden.

CP25-CP30: Er hing een laserbundel aan een boom die aan de overkant van een sloot één van de 5 dennen met CP kaartjes aanwees. Een peiling naar een betonnen buis (waar dan weer een logische oversteek over een drukke weg was). Een CP aan een T-spliting die er op de kaart niet, maar in het echt en volgens de hint wel was. Een CP in lijn met een pad op de kaart, dat in werkelijkheid een slinger maakte en waar je dus even op moest letten.

CP31: En we dachten dat we net als vorig jaar een CP konden ophangen en dan een foto in de email tevoren stoppen die op een nét iets andere plek is genomen om verwarring te zaaien. Maar niemand trapte daar dit keer in.

CP32-CP35: Een rijtje met ‘standaard’ CP’s volgt. De grap is vooral dat je over de paden ongeveer 2x de afstand loopt ten opzichte van doorsnijden door het bos. Het echte oriëntatietalent komt hier als het goed is bovendrijven. CP35 ligt aan een hoek van een pad dat nog wel op een oude kaart stond, maar nu toch even zoeken was om te vinden om het kaartje op te hangen, en dus in het donker niet makkelijk ging zijn. Dachten we.

CP36: Het volgende kaartje hangt ongeveer waar we vorig jaar nog voor een leuke verwarring zorgden: een boom over een sloot. Toen was de grap dat het bovenop de stam hing terwijl we in de mailing van de week tevoren een foto hadden gezet van Patrick die onder de boom een kaartje ophing. Maar het was een beetje flauw om dat te herhalen dus hing het kaartje gewoon “aan de overkant”. Ik denk dat iedereen die hier kwam over de boom is geklommen. Wat toen nog kon, want nu ik dit twee weken later opschrijf blijkt de boom in zijn geheel verdwenen.

CP37: hangt bij een splitsing van natte greppels. Om de hint ‘sloten’ kracht bij te zetten (stel dat het waterpeil ineens enorm zakt) hebben we een krans van aan elkaar gelaste hangsloten gemaakt met een sleutel die maar op eentje past. Althans, zou moeten passen. Later na de race blijkt dat ongeveer alles sloten open kunnen met die ene sleutel, nadat het honderd keer geprobeerd is. Dan rekenen we maar alles goed.

CP38: is ook weer een heel verhaal. Er was een prachtige constructie gepland, maar we kwamen er achter dat deze nog iets meer geperfectioneerd moest worden, voor een volgende keer. Dus het werd een peiling, met opmerking in de briefing. Het was even opletten dat de afstand gemeten diende te worden vanaf het pad, niet vanaf de greppel waar de reflector hing op het CP te markeren, en waar het op de kaart stond getekend. het scheelt niet veel, maar genoeg als er 15 meter verderop nog twee (valse) CP’s hangen. En dan is die ene die bovenaan de jagersstoel heel aantrekkelijk om te noteren, maar helaas niet goed. Ongeveer de helft van de teams schreef een punt er achter op, waarvan één op de drie naar boven de ladder op is geklommen.

CP39: is niks uitdagends, maar wel noodzakelijk als je CP42 wilt vinden. Dat punt staat namelijk niet op de kaart, maar ligt op het snijpunt van CP48-CP40 en CP33-CP44, precies onder een hoogspanningsmast. Ook als je niet zo nauwkeurig tekent is dat, als je er eenmaal staat, exact te lokaliseren. CP48 was trouwens vervallen, want het ‘station’ bleek opgeheven. Misschien ook omdat het spoor er langs nooit is afgekomen, maar het was wel een handig punt op de kaart om met het snijpunt goed uit te komen…

CP40-CP43: CP40 heeft een valse buur op een heuveltje eerder, CP41 eentje aan een paal van het hek dat dan weer geen hoek is, en CP43 ligt aan de rand van een vennetje, waar de werkelijkheid wat afwijkt van de kaart omdat het water in het bos dit jaar zo hoog staat.

CP44: Bij CP44 hangt een UV lamp, waarmee je op de kaart van het museum terrein “Start-finish” een bonus CP (CP98) ziet oplichten. En achterop de sleutelhanger licht één van de nummers op, om dat als code voor CP44 te noteren. Omdat we last-minute wat in de routes hadden lopen roeren krijgt de helft van de teams de sleutelhanger pas bij de andere route. Maar we hebben een alternatieve oplossing gevonden waar door iedereen die hier was geweest toch zijn punten krijgt.

CP45: vind je met behulp van een foto. Twee vergelijkbare klimbomen, goed kijken welke de juiste is. De foto in spiegelbeeld (“selfie”) hebben we uiteindelijke toch maar niet opgehangen, het leek ons in het donker al moeilijk genoeg om de bomen überhaupt te onderscheiden. Maar met slechts 13% fout valt dat wel mee.

CP46: Daar zou eerst de UV-lamp hangen, maar we moesten wat tweaken met de lengte van etappe A en etappe B om ze gelijk te trekken, en dus werd CP44 ingevoegd. CP46 is gewoon een grappig punt op een open plek.

CP47: De wildtunnel, eerst als kruipweg bedoeld, bleek de week voor de N8-run onder water te zijn gelopen, en dus werd het CP een drijver die vanaf de ingangen van de tunnel te zien was. Maar wel te noteren vanaf de juiste; het roadbook geeft aan welke ingang, anders zie je een vals nummer staan.

Intermezzo

Dit keer wat anders dan vorige jaren: een kleine actieve (voor zover de rest van de run niet actief zou zijn?) exercitie. Optioneel: je kon ook een blanco antwoordenblad inleveren en meteen doorgaan met de volgende etappe. Maar op zich waren er in een minuut of 15 voor een waarde van twee CP’s aan punten te verdienen door op de survivalbaan rond het kamp nummertjes te zoeken op de diverse hindernissen. Niet op willekeurige plekken: op één centraal punt hing een kaartje waarop de juiste posities waren aangegeven.

De kaart zat vast, je moest dus onthouden wat er op stond. Of overtekenen, of wat dan ook. Bovendien, voor zover er verschillende hoeken op één hindernis mogelijk waren en het onderscheid duidelijk op de kaart te maken was, hingen er ook valse CP’s. Goed opletten, beetje klimmen, tactisch te werk gaan, allerlei aspecten. Daarnaast biedt zo’n intermezzo de mogelijkheid iets zonder loze kilometers te hoeven lopen over te slaan voor de minder snelle teams, of juist extra punten zonder veel afstand als de vermoeidheid toeslaat. En wil je de race winnen, dan moet je nog steeds zoveel mogelijk punten verzamelen, en deze dus niet laten liggen.

Overigens was er maar 1 team dat met minimale inspanning maximale punten scoorde. Je kon max. 60 punten verdienen, terwijl er 8 plekken waren waar je 10 punten elk voor kreeg. 6 was dus voldoende, maar vrijwel alle teams gingen ofwel alle 8 locaties af, of sloegen (bijna) alle punten over. Kan ook bewust zijn geweest, want er zijn ook vrij veel foute nummers genoteerd, en dan waren die “2 teveel” er “2 voor de zekerheid”.

Etappe B

Dan de andere etappe. Of de eerste, afhankelijk welk team-nummer je geloot hebt. Één opmerking bij de briefing was wel van belang: de boot vaart maar één kant op. Dat sloeg op de oversteek bij CP63. Als je geluk had was er net iemand naar de overkant gepeddeld, maar de bootjes zaten vast aan de noord-oever met een touw, zodat je vandaar altijd een bootje jouw kant op kon trekken. Vanaf het zuiden waren er alleen de opties zwemmen en omlopen. Bij niet iedereen viel dat kwartje, sommige teams probeerde het toch tegen de klok in.

CP 11: Dat leek dezelfde als bij Etappe A, maar de opdracht was toch anders. Noteer de het aantal tentjes in rij 3, en dat is anders dan dat in kolom 3. De meeste fouten (ongeveer 1/3e van de teams) noteerde de 2e etappe het antwoord van de eerste, en dat was helaas fout. De makkelijkste opdrachten zijn vaak het verraderlijkst.

CP52: Hoewel je niet direct een tuinkabouter in het bos verwacht, hing daar hier het CP op. Het verrassingseffect bleek groot, want 3 teams noteerden de CP code ondersteboven, 58 in plaats van 85.

CP53-CP56: Een code midden onder de weg. Die weg was. Maar gelukkig stond er wel een andere code, en die telde ook. Wie er was geweest kreeg de punten. Dit zelfde punt stond ook op de reliëf sleutelhanger: het gat waar het metalen ringetje doorheen ging. Dat, het CP nummer op de achterkant van de sleutelhanger, en de identieke witte vorm op de kaart waren de aanwijzingen waar in het veld de andere punten CP54-CP56 te vinden waren. De sleutelhanger was niet alleen een souvenir aan deze N8-run, maar hiermee waren eenvoudig -dachten we- de locaties van de bijbehorende CP’s te vinden. Er hingen overal ook valse, maar alleen CP55 bleek zo lastig in de praktijk dat de helft van de teams een code bij een hele andere kuil noteerden. Het hielp niet dat de bosbeheerders de afgelopen week uitgerekende hier waren komen kappen en overal losse takken en stammen hadden laten liggen.

CP57-CP58: Standaard punten op de kaart, maar wel heel nat. We hadden ze anders gepland, maar vanwege het hoge water op het laatste moment aangepast. De bedoeling was dat CP58 aan een 2e pad lag dat niet zo duidelijk was in het veld maar wel als enige pad op de kaart stond, maar omdat je dan tot je knieën door het water moest hebben we de kaart -nog net voor die afgedrukt werd- aangepast en het CP anders gehangen. Nog steeds een mooi plekje, ook in het donker.

CP59: Een wat curieuze vogelkijkhut. Als je (overdag) door de kijkluiken kijkt zie je vooral het industrieterrein van destructiebedrijf Rendac. De geur van verbrande dierlijke resten is soms niet te harden, en het water in de omgeving is merkwaardig bruin. Maar daar ging dit CP niet over. Met een blacklight zaklamp die achter de deur hing kon je pijlen op de wand volgen vanaf de Tafeleend op het infobord. Pijltje naar onder, pijltje naar rechts, de hoek om, pijltje naar rechts, omlaag, op de vloer naar rechts, dan weer omhoog, en dan? Wacht, er hangt een luikje omlaag van een kijk-opening, zou daar achter…? Ja, dan wijst de pijl naar links, en dan weer omlaag. En nou zit ik weer waar ik net ook zat. Dat kan niet kloppen. Zouden er dan ook pijlen achter andere luikjes zitten, die ik net gemist heb? Inderdaad, na de 3e pijl een luik met daar achter een gemiste pijl omhoog. Over het plafond, naar beneden, naar rechts, naar onder… en daar, onder het bankje, zit een CP kaartje. De andere pijltjesroute, die je volgde als je een pijl had overgeslagen, leidde naar een vals CP kaartje, eentje die door 1 op de 8 teams als juist werd beschouwd.

CP60-CP62: Na de hut een reflectortrail: reflecterende punaises op bomen, overdag amper te zien, maar ’s nachts prima te volgen op hoge snelheid. Alleen moet je niet die paar bomen met dubbele reflector en een CP code over het hoofd zien, en ook bijhouden waar je ongeveer bent voor het geval de route ophoudt. Al hadden we het dit keer makkelijk gemaakt, door vanaf het eind van de trail een peiling naar het volgende CP op te hangen.

CP63: Hier was een oversteek met een rubberboot te maken. Omlopen kon ook, maar kostte wel 1.5 km extra. De opdracht was het nummer aan de “overkant” te noteren. Met de CP cirkel aan de zuidkant van het water was dat dus het nummer aan de noord-oever. Een groot hectometerbord voor het scheepvaartverkeer. Het valse cijfer dat we aan de zuidkant plakten werd terecht door niemand opgeschreven. Maar er zijn wel 3 teams geweest die oevervoeren maar het nummer niet noteerden: gewoon vergeten, of dachten ze dat ze dat ze terug moesten om het nummer te vinden toen ze eenmaal waren overgestoken en de opdracht lazen? Uiteindelijk waren er ook 3 teams die helemaal niet overstaken maar wel -slim- het nummer op het bord opschreven vanaf de noordzijde.

CP64-CP69: Dit waren betrekkelijk eenvoudige oriëntatiepunten. Op een oude -zwart-wit- oriëntatieloopkaart. Behalve eentje waar inmiddels een paar nieuwe MTB routes waren ontstaan en waar 1 op 7 lopers de verkeerde afslag nam, werden hier weinig fouten gemaakt. Het was een lus in de route voor de snellere teams, dus niet meer dan 40% van de teams hier kwam was ook de opzet.

CP70: Op de zuidelijke pijler van de fietsbrug hing een kaartje van de noordelijke pijler, met de aanwijzing op welke buis daar van de CP code zou zitten. 2 teams noteerden die op een buis er naast.

CP71: Soms wil je dat mensen een bepaalde route volgen. In dit geval weg van de doorgaande weg. Daar hielp CP71 bij. Afsnijden langs de zuidoost kan van het ven, of 4 CP’s meepakken langs de noordwest kant? We wilden in elk geval dwars door het ven lopen ontmoedigen, behalve dan via het pad dat meteen naar CP77 ging.

CP72: Een stukje historie, een monument voor Joe Mann. 19 september werd hier als enige datum meerdere keren genoemd, en dat had ook iedereen door.

CP73-CP76: Overdag niet al te moeilijk, maar in het donker toch wat lastiger punten. Een vals CP (75) werd 1 keer genoteerd. Het pad er heen stond kniediep onder water, maar omlopen naar CP75 kon wel met droge voeten.

CP77: ’s Nachts viel hier de paal met de golden arches aan de andere kant van de snelweg enorm op. We hoopten althans dat het niet mistig zou zijn op 13 december. En dat kwam uit. Omdat niet elk kompas de juiste declinatie heeft ingesteld hebben we hier geen absolutie peiling van gemaakt. Als je vanaf de aanwijzing bij CP77 (infobordje) de hoek naar de gele M opmeet en daar 10 graden af haalt klopt het voor iedereen. Door het hek te volgen tot de berekende koers, kwam je bij een 2e infobordje met de CP code. Te makkelijk?

CP78: Dit CP was kennelijk wel moeilijk, want 2 teams vonden de verkeerde insnijding. En “oostelijke” stond nog wel in het roadbook en uitvergroot op de kaart…

CP79: Toen we nog vaak een oriëntatietraining op deze kaart liepen vond ik dit altijd een leuk plekje, een onverwacht stuk met fijn reliëf, en een ingesloten verlaging tussen de heuvels. Het is verbazingwekkend dat die nu niet vol water stond.

CP80: Het is opmerkelijk dat hier een aantal fouten werden gemaakt. Maar wat me opvalt is dat het wel bestaande nummers waren die werden genoteerd, maar dat ze alleen niet bij CP80 hoorden. Waarom juist dit CP tot administratieve dwalingen leidde weet ik niet, maar opmerkelijk is het wel.

CP82-CP83: Deze twee CPs waren vervallen (zie briefing) omwille van gelijke lengte van de etappes A en B. Wel opmerkelijk dat ze door meerdere teams werden genoteerd. Er hing ook wel een kaartje… Maar dat is fout noch goed gerekend. Extra kilometers lopen zijn al een straf op zich…

CP84: Meerdere kaartjes op sparren. Qua locatie en omschrijving was er maar 1 de juiste. Maar wel scherp opgemerkt van één team dat het allemaal geen dennen waren. Ik dacht het te weten, maar moet helaas toch achter aan de rij aansluiten bij half Nederland dat elk jaar weer volkomen misplaatst ♪ O, denneboom, ♬ O, denneboom ♫ zingt.

CP86: Het leek ons zo’n leuk plan, maar ze konden niet, en dus is de snackbar bij CP86 ook komen te vervallen. En het was nog wel zo’n mooie locatie om te gebruiken in een kruispeiling met 3 andere punten om tot een 5e punt te komen dat nog moest worden ingetekend.

CP87: Hier waren twee zijpaadjes vlak bij elkaar. Gemakkelijk om de mist mee in te gaan. Een juist en een vals CP (1 x genoteerd). Bij beide bomen hing een overhead transparent, dat, over de start-finish kaart gelegd, de locatie van CP87 onthulde.

CP88: Dit punt stond gewoon op de kaart. Met plan met het maken van een kruispeiling was samen met de snackbar van CP86 komen te vervallen.

CP89: Dat rekenen en rennen niet altijd goed samengaan (zie ook https://jgeo.nl/o/tag/pi/) bewijst CP89. Maar liefst 1/3e van de teams had er moeite mee aan het eind van deze nachtelijke etappe. Vier getallen bij elkaar optellen levert een interessante verdeling van antwoorden op.

CP97: In tegenstelling tot CP11 had CP97 wel hetzelfde antwoord in de eerste als in de 2e etappe.

CP99: De aanwijzing bij CP87 gaf aan waar CP99 te vinden was. Met de hint ‘rechter achterband’ leek het ons een inkopper. Dat de voorwielen van de combinatie rupsbanden waren leek het nog eenvoudiger te maken. Maar misschien, omdat de loop van de Howitzer op de aanhanger gedraaid stond, was voor en achter in het donker lastig. Of teams zochten bij een van de vele andere voertuig op het terrein. Dat kan ook. 11 van de 27 teams die langs CP87 kwam noteerde ook CP99, terwijl dat punt wel nagenoeg terug op de route naar het kamp lag.

Het maakt natuurlijk uit of je deze etappe als eerste of als tweede deed. Maar dat geldt ook voor de teams die etappe A als 2e hadden. Toch was men gemiddeld 3 minuten sneller terug van etappe B dan van etappe A. En over de laatste etappe deed iedereen gemiddeld 7 minuten langer dan over de eerste. Dus al met al valt hij verschil vrijwel te verwaarlozen. Wat wel opmerkelijk is is dat de beste teams gemiddeld meer punten per minuut scoorden in etappe B dan in etappe A, maar dat de teams onderaan de ranking er juist weer minder lang over deden per gescoorde punt in etappe A dan in B. Om de een of andere reden maakte etappe B meer verschil dan A. Interessant, maar ik heb er geen verklaring voor. Het lijkt er in elk geval niet toe te doen welke van de etappes eerst werd gelopen. Het kan natuurlijk ook gewoon toeval zijn.

Finished!

Bijna alle teams kwamen tussen een kwartier vóór, en een paar minuten ná de deadline van 01:35 binnen. Dus in 15 minuten kregen we een stortvloed van antwoordenbladen te verwerken. Gelukkig waren alle voorafgaande etappes toen al ingevoerd. Een half uurtje flink doorwerken, en de scores waren bekend.

Ondertussen konden alle teams bijkomen met hete koffie, glühwhein en hotdogs. En napraten. Gebroederlijk zaten de lopers die zojuist nog om de winst gestreden hadden in het donker rond het warme kampvuur in het licht onder de grote parachute. Je merkte niet meer dat het eigenlijk licht vroor.

Een spannend moment was het nog even toen de eerste twee herenteams naar voren kwamen. Wie was eerste en wie 2e? Simpel: allebei. Precies evenveel punten behaald, en bovendien op de minuut gelijk binnen gekomen.

Camperen

Dit keer nieuw: blijven slapen op locatie. Koud maar sfeervol, zo in de legertenten rond het kampvuur. Voordeel is ook dat je geen (lange) rit meer naar huis hoeft te maken na afloop. En de volgende morgen werd er bij het ontbijt nog steeds nagepraat over de afgelopen nacht.

Uitslag

De uitslag vind je hier onder. Per categorie. En ook gedetailleerd per CP zodat je kan zien waar je goed en waar fout zat.


De winnaars bij elkaar. V.l.n.r.: DutchDirection, Ar Team Kievit Sport, Dutchabels mix, Team 0 Kabouter Terminators, Dutchables mixed 2, en Drie keer links is ook rechts.

Uitslag categorie Heren:

Uitslag categorie Mixed:

Uitslag buiten categorie:

Statistiek

Teams (kolommen) op volgorde van ranking. De rijen zijn de CP’s per etappe.

Je ziet dat het aantal foute en valse CP’s over de hele linie ongeveer gelijk is. Dat is natuurlijk wel opvallend, want meer rechts in de tabel hebben de teams sowieso minder punten gevonden. En dus relatief meer fout. Maar het grootste onderscheid wordt gemaakt door hoeveel CP’s de teams bezocht hebben. Want ook de totale tijd (blauw, onderaan) ontloopt elkaar niet veel. In het onderste stoplichtkleurige balkje zie je het aantal punten per minuut. Etappe B maakte kennelijk meer verschil dan etappe A, want de hoogste en de laagste score per minuut staan in de rij van etappe B, en het verschil links-rechts in de rij van etappe A is kleiner.

Een aantal teams dat uiteindelijk niet zo hoog scoorde liep wel de oostelijke lus in etappe A (CP25-CP34) maar moest daarna een aantal punten overslaan zo te zien om de deadline the halen. En ze misten ook een stuk van etappe B.

In etappe B is het consistenter, de snelste helft van de teams stak over naar Aquabest en deed de zuidelijke lus.

6 teams liepen (bijna) de complete route, en finishten precies binnen de tijd. Dus was de lengte weer behoorlijk goed uitgekiend. We hadden wel méér CP’s dan bij de vorige editie. Ik had verwacht dat dat een groter rol zou spelen, maar de afstand, op papier het zelfde als de vorige N8-Run, was gelijk gebleven. En de benodigde tijd kennelijk ook.

N8-run 2024

O-CREW, sponsor van de N8-run.

Midden in de nacht het ijskoude water van de Astense Aa oversteken om te ontdekken dat aan de overkant een metersgroot reflecterend cijfer tegen een boom hangt? Of vanaf een Zwart Gat midden in het volle maan-verlichte bos 5 peilingen maken om daar een 5×5 cm blauw kaartje te vinden? Of op het belknopje van een vogelhuis drukken waardoor een laserbundel door de duisternis een boom aanwijst waar een CP hangt? Of op een slangetje blazen waardoor een boogschutter komt bovendrijven in een ondergelopen weiland? En dat ondersteund door topografische-, oriëntatieloop- en LIDAR-hoogte kaarten. Dat is de N8-run. 7 uur lang.

Sterrenbeelden

Dit jaar was er een thema: Sterrenbeelden. En het fijne van een thema is dat je er enerzijds allerhande losse opdrachten mee aan elkaar kan praten, en anderzijds dat het een rijke bron van inspiratie kan zijn. Zodat we van de in onze ogen standaard oriëntatieopdrachten een consistent verhaal konden maken, maar ook nieuwe thema-gerelateerde uitdagingen verzonnen waar we anders vast niet op gekomen waren. Maar het hoofd-thema bleef natuurlijk: N8 … nacht … donker … en CP’s die juist gebruik maken van de duisternis, die overdag niet eens mogelijk zouden zijn. Dat is één van de dingen die de N8-run anders maakt dan een WOR of MWR of VHnH race. Én natuurlijk het feit dat over het algemeen oriënteren in het donker een stukje lastiger is dan overdag, en de loopsnelheid lager ligt. Niet voor niets is de Midwinterrun dikwijls een kilometer of 35-50, in 8-9 uur, en de N8-run (dit keer) 22 km in 7 maximaal uur.

Iedereen luistert aandachtig naar de briefing, waar alles wat essentieel is om te weten wordt verteld.

Dat was dan ook één van de wijzigingen ten opzichte van vorig jaar: de afstand. Ons doel is (en was) dat meerdere teams nét binnen de tijd de complete route, alle punten, kunnen doen, maar in 2022 kwam het snelste team niet verder dan 75% van de CP’s. We hadden de route onderschat. Daar komt bij dat we dit jaar de route lineair hebben gemaakt: met andere woorden, de CP’s staan in een min of meer logisch volgorde in het roadbook en op de kaart. Dat was de vorige keer wel anders, toen de nummering van noord naar zuid was en de punten ook veel meer een wolk vormden. De opzet was toen dat iedereen zijn eigen route zou kiezen omdat er niet direct één optimale route was, en er dus niet achter elkaar aan gelopen zou worden. Maar het gevolg was dat veel teams eindeloos (een half uur of zo) aan het plannen waren voordat ze op pad gingen. En dan hadden we nog niet eens intekenpunten (die niet op de kaart staan maar waarvan bijvoorbeeld coördinaten of koers en afstand gegeven zijn) in onze route opgenomen.

‘s Nachts is het kouder dan overdag, en in de winter kan het wel eens rond het vriespunt zijn. Als je rent krijg je het warm, maar dus niet als je stilstaat, om te puzzelen of te rekenen met kaartschalen en koersen en coördinaten, om die om te zetten in punten op de kaart. Dus, was onze gedachte, dat doen we niet. Er hoeft niet gerekend en ingetekend te worden. Alles staat op de kaart, of is op een of andere manier snel te bepalen. Bij de vorige editie bijvoorbeeld door een kruis te tekenen door vier CP’s, en een vijfde CP lag vervolgens op het snijpunt. Dit jaar een andere invulling, maar met dezelfde opzet. En dat is kennelijk beter gelukt dan de vorige keer, want een minuut of tien nadat de meeste team hun kaart hadden gekregen waren ze ook op pad. Opzet geslaagd. De varianten in de routes van de teams ontstonden vooral doordat de iets minder snelle teams noodzakelijkerwijs stukken moesten afsnijden en inkorten om binnen de deadlines te blijven.

Proloog

Dit is een voorbeeld van een eerste kaartje. Drie CP’s staan er op, maar het heeft alleen zin om naar B te gaan want van de overige weet je niet bij welk vakje ze horen.

We willen weer de teams uit elkaar trekken na de start, zodat het geen polonaise langs CP’s wordt, zeker als die in een min of meer vaste volgorde liggen. Dus, na de briefing (lekker warm binnen bij café-zaal Ons Jantje in Ommel) en het startschot, maken alle teams hun envelopje open, waar, naast twee minimale zaklampjes en batterijen, ook een kaartje van het centrum van Ommel in zit. Nou ja, Ommel is één en al centrum; buiten de 6 straten rond het pleintje houdt het op. Maar er zijn een paar kruip-door-sluip-door paadjes waardoor je op verschillende manieren rond kan gaan. En na lang puzzelen hadden we vier exact even lange routes langs 5 punten gevonden, waarbij de volgorde van de punten niet uitmaakte. Nou ja, we hadden vooral de punten in de vorm van lantaarnpalen gevonden die aan de eis van even lange routes voldeden. ▷ABCDE◎, ▷BACDE◎, ▷ABCED◎ en ▷BACED◎. En dan kan je ze natuurlijk ook in omgekeerde volgorde doen. Zo waren er 8 varianten, en elk team kreeg er daar willekeurig een van. Het gevolg: geplande chaos.

Bij B hangt die kaartje, dat je vertelt wat C en F zijn. En je wist nog van het het eerste kaartje dat er in het noorden ook nog een punt hang. Eerst naar F of eerst naar C?

Om te voorkomen dat je gewoon de kortste route op de kaart zou lopen, want de lussen ABC en CDE overlapten deels, stond op elk kaartje nog niet de volledige route aangegeven: in het veld (=dorp) hingen kaartjes met de overige punten. En om te voorkomen dat je het eerste en het tweede deel van de route kon combineren, was pas op het middelste, centrale punt C, aangegeven waar de overige punten te knippen op de controlekaart. Dan moet ik nog iets uitleggen, voor wie er niet bij was: iedereen kreeg een controlekaart met 10 vakjes, terwijl er maar vijf CP’s waren, en bij elk CP hing een kniptang die een specifiek patroon maakte. Alleen het juiste patroon in het juiste vakje telde goed, dus je moest zowel weten waar in het dorp je moest zijn, en waar op de kaart je dan moest knippen.

Vervolgens hangt bij C een kaartje dat vertelt wat de overige punten zijn, J en G. Maar waar dat is staat er niet op. Maar wacht: de locatie van J stond al op de eerste kaart.
En ten slotte hangt bij J een kaartje dat de locatie van G laat zien.

Beide stukjes informatie waren deels onderweg en deels tevoren te vinden. Het klinkt na lastiger dan het is, maar dat gold ook voor de deelnemers. Eenmaal op weg werd het snel duidelijk. Vanwege deze opzet was het wel zo dat een per ongeluk fout geknipt CP niet achteraf te corrigeren was, anders kon iedereen sjoemelen met de punten en prikken zonder te weten waar.

Na tien minuten meldt het eerste team zich weer. Gemiddeld deed men er 15 minuten over, en een enkel team had 22 minuten nodig. Daarmee heeft het uit-elkaar-trekken van het startveld gewerkt. Elk team krijgt een envelop met kaarten en andere attributen voor etappe 1, en sommigen gaan al na een snelle blik op pad, anderen hebben meer tijd nodig en bereiden de hele etappe voor.

Zelfgemaakte kniptang met zo veel gaatjes dat je elk gewenst patroon kan ‘programmeren’, zoals het Evoluon.

Etappe 1

Er zijn minder prettige plekken te bedenken om de eerste etappe te plannen. Het weer zat ook mee deze nacht.

CP2 Etappe 1 begint simpel qua route, maar iets minder simpel qua eerste opdracht. Op de bomen langs de weg zitten punaises met gekleurde reflectors, in een bepaalde volgorde. In eerste instantie lijkt het willekeurig, maar al gauw blijken het groepjes van vier, waarbij de eerste drie rood, groen en blauw in willekeurige volgordes voorbijkomen, maar elke vierde reflector is wit. En dus is dat het juiste antwoord als verderop, na 27 bomen, gevraagd wordt naar wat de volgende kleur zou hebben moeten zijn. Zo moeilijk is het nou ook weer niet, want 92% heeft het goed.

Bij de daarop volgende punten worden enkel wat schrijffouten gemaakt. Zonde. Waarmee ik niet wil zeggen dat dat mij nooit is overkomen.

De route voert al snel langs een kunstmatig meanderend beekje.

CP6 is leuk, zeker als we achteraf horen dat de helft van de teams de Astense Aa is overgestoken, een beekje dat weliswaar niet heel diep is, maar toch zeker voor natte schoenen en broek zorgt. Aan de overkant, op een meter of 40 afstand, hangen aan drie bomen drie metersgrote reflecterende cijfers, die ook van de droge-voeten kant te lezen waren. Twee teams peilen een andere boom, twee noteren de hint ‘rood’, en de rest heeft het goed.

Overigens was dit een van de eerste punten waar de ‘horoscoop’ uit de email van de afgelopen week van pas kwam. Daarin stonden naast heel veel onzinnige mededelingen een paar lievelingskleuren van sterrenbeelden, en wat plekken waar sterrenbeelden zich graag ophielden. De leeuw met symbool ♌︎ zou graag op de top van een heuvel staan (hint bij CP’s die op heuveltopjes hingen) en zo was de kleur van de stier ♉︎ bijvoorbeeld rood. De aanwijzing bij CP6, ♉︎, sloeg op de kleur van het reflecterende cijfer.

CP7 is wellicht nog leuker, zeker zo vlak na CP6. Iedereen kwam vanuit het westen aanlopen langs het beekje. Aan de boom op de kaart hangt een kaartje met een koers vanaf de code naar hier. Het lijkt zo logisch dat dat niet de koers van hier naar de te noteren code is, maar pal in het zicht met de looprichting mee hangt weer een levensgroot cijfer aan een boom aan de overkant. Dat is dus snel genoteerd. Té snel. Door 78% van de team. 5 teams noteren het correcte antwoord, een kleine 8 op een boom die pal de andere kant op staat. Dat soort CP’s maken het verschil: hard lopen en toch scherp blijven.

CP8 , ook een lastige peiling, maar zonder kwade opzet, wordt door 60% goed uitgevoerd. We wilden eerst op elke boom van het rijtje van 4 een kaartje hangen, maar met maar 4° verschil was dat bijna niet te doen, zeker niet voor wie niet de lokale magnetische declinatie, momenteel bijna +3°, op zijn kompas heeft ingesteld of hier rekening mee houdt.

CP9 is bedoeld om teams die de eerste etappe zouden inkorten toch met een extra punt te belonen, maar wordt door bijna iedereen bezocht. En als ik kijk naar wie de rest van de punten van deze etappe heeft gedaan heeft niemand iets ingekort. Hooguit dit punt, dat een beetje uit de richting ligt, wordt door een paar overgeslagen.

CP10 zorgt niet voor problemen. De hint “bomen” slaat op het straatnaambordje met het CP: de straat heet “Berken”. Verder geen boom te zien.

Een paar CP’s staan aangegeven op een stuk kaart dat met behulp van het AHN4 is gemaakt. Het is fantastisch hoeveel details van het terrein hierop te zien zijn.

CP12 is een huzarenstukje geweest om te maken. Tot aan z’n middel is Patrick meermaals het water in gegaan om het CP te perfectioneren. Via een buisje aan een boom, een ingegraven slang onder de grond en een leiding onder water, blaas je lucht in een fles en het water er uit, en komt deze boven drijven in een grote poel, een ondergelopen stuk bos.

Op de fles in reflecterend tape een symbool “boogschutter”, wat we een duidelijk te onderscheiden sterrenbeeld vonden. Hier is dus de “horoscoop” noodzakelijk, om te weten welk symbool dat is. Wie de email niet had bestudeerd kon hem na de start nog ophalen ergens in Ommel, tijdens de proloog. Maar iedereen had al een vermoeden dat dit belangrijk was, gelukkig. Hebben we als N8-run organisatie toevallig een reputatie opgebouwd?

Het CP werkte in elk geval perfect. Voor het idee gaan de credits naar GCYZB4, en ik heb het eerder toegepast bij GC3Z3PX. Misschien moet je voor een volgende N8-run maar eens GC7F6BT gaan zoeken, als voorbereiding? Je weet maar nooit…

CP13 is kennelijk gemeen, ook al vonden we nog dat we zo duidelijk waren geweest, door te schrijven dat het de oostelijke kuil betreft. Een vals CP-kaartje 10 meter er naast, in de westelijke kuil, blijkt voor 44% van de teams aantrekkelijker.

CP16 Soms kom je een punt tegen in het veld waar je iets mee móét doen. Een slootje staat op de topografische kaart. Met er schuin tegenover aan de andere kant van het pad nog een slootje. Dat is dus goed te lokaliseren. Er naast staat een opvallende tweestammige berk waar we een CP kaartje aan hangen. Maar wat blijkt? Vijftig meter terug staat óók een 2-stammige berk, óók naast een slootje. Niet op de kaart, maar lopers die speuren naar de boom met de hint komen die wel als eerste tegen, naast dus een slootje. Het is vrijwel onmogelijk om hier geen vals CP te hangen, als dit er zó voor gemaakt is. Vier teams bevestigen dat.

CP17 Vorig jaar, bij de vorige N8-run, hebben we een avond lang staan klooien om een laserbundel op te hangen en naar de overkant van een vennetje te richten op een boom. Niemand weet dat, want daar is vanwege de toen ietwat onderschatte lengte van de route en de uithoek van het ven in kwestie niemand geweest. Hergebruiken dus. Een verbeterde versie dit keer die heel precies af te stellen is. Dat blijkt overigens nog best een uitdaging om bij daglicht te doen. Haast niet te zien, die rode spot aan de overkant van de beek. Soms passeert er een wolk voor de zon en is er vaag iets te ontwaren op een omhoog gehouden wit papiertje. Het lukt uiteindelijk om de bundel op de geplande boom te mikken en de laser met een vogelhuisje te verhullen. De opdracht zelf blijkt ‘s nachts een stuk minder moeilijk uitvoerbaar, want slechts 2 teams noteren een CP code van een boom waar de laser níét op schijnt. Ik heb spijt dat ik niet zelf heb gezien hoe iedereen hier in de weer is geweest. Dat was vast heel leuk. Het vogelhuisje met de drukknop hing aan de ene kant van de -hier overigens behoorlijk diepe en brede- beek, en de bomen stonden aan de andere.

CP18 heeft een verhaal. Iedereen (op 1 team na) heeft hem genoteerd, niemand maakt een fout. Maar ook hier was ik graag ter plaatse geweest. De crux zit in de foto die in de email zat waar Patrick ondersteboven een CP onder de boom hangt. Van ten minste één team weet ik dat ze meteen in de beek zijn gesprongen om er onder te kijken. Misschien wel meer teams die ons voorpretje realiteit hebben gemaakt. Het CP kaartje hangt -weten jullie inmiddels allemaal- bovenop de boom. Midden boven de beek.

CP20-23 Op de route komen we een natuurbegraafplaats tegen, die eigenlijk de hele doorgang naar het bos (Galgenberg heet het gebied; best een onwelgevallig grapje) verspert. Maar anders zou de route over een kilometerslange weg langs megastallen te leiden. Die lucht willen we jullie niet aandoen. Om iedereen zonder ongepast gestruin tussen de paden door het begraafterrein te leiden hebben we een oleaat gemaakt: een lijntje in de vorm van de route, met alle details om precies te kunne navigeren, zoals bochtjes en splitsingen. Dit hoeft niet moeilijk te zijn. Onderweg nog 2 CP’s bij gekleurde reflecterende punaises om de tijd te doden.

De volgende punten zijn uitsnedes uit de IOF kaart van Galgenberg. Allemaal langs dezelfde MTB route, maar dat is niet te zien op de topografische kaart waar de cirkeltjes in staan. Best uitdagend om te lopen en toch bij te houden waar je bent, als je in het donker slingerend een route volgt die niet op de kaart staat. De crux is de gekruiste paden te tellen om kaartcontact te houden, en af en toe op je kompas te kijken.

Het was nog even spannend of de CP’s stand zouden houden de week tevoren, maar de houthakkers die met lompe machines bomen rooiden rukten gelukkig niet te snel op. Maar bij het ophalen van de kaartjes een paar dagen later zag het er al heen anders uit.

CP25 Onderweg bij de O-kaartje is er één vals CP, in een kuil ten noorden van het pad, terwijl de hint toch echt van westzijde en op heuvel rept. Maar ja, je weet natuurlijk nooit waar je een vals CP kan verwachten, en om overal heel kritisch te zijn, daar is geen tijd voor. Ik ken het dilemma… Dit valse CP wordt dus ook soms genoteerd.

CP29 was superleuk om op te hangen. En spannend. Want terwijl ik de laatste van de 90 glow-in-the-dark sticks aan een tak hang komt het eerste team al aanzetten. Een kwartier of zo eerder dan verwacht. Ik ben net op de valreep klaar. Dat hadden we niet verwacht.

Dit is niet op een foto te vatten, maar als je ogen aan het donker zijn gewend hangt het bos vol met een overweldigend aan tal gekleurde lichtgevende ringen.

Dit CP is vooral als leuk bedoeld, maar tijdens het ophangen zit er een duiveltje op mijn schouder die influistert behalve 16 blauwe lichtgevende rondjes (tussen de 72 rode, oranje, gele en groene) er ééntje aan een doodlopend paadje verderop te hangen. In de opdracht staat namelijk “tel de blauwe rondjes in de lus“. En jawel, 7 teams denken dat deze appendix bij de lus hoort. En zo maakt ook dit CP onderscheid.

CP30 Dit is een klassieke instinker. Een peiling naar het volgende CP, niet eens zo heel ver. Maar het pad dat aanvankelijk de opgegeven koers volgt buigt af. Wat ook op de kaart te zien is. Het juiste CP kaartje hangt op de koers van de peiling, terwijl een valse aan het afgebogen pad hangt. Een foutscore van 76% is het gevolg. Wie dit niet goed deed hoeft zich dus niet te schamen.

CP31 Wat ten slotte bedoeld was als een simpele opdracht blijkt ook maar voor 60% van de teams zo eenvoudig te zijn: het hek van het waterwinstation maakt een paar scherpe en flauwe knikken. Pas bij de derde knik blijkt dat zo’n flauwe knik als in het begin voorbij kwam ook mee te tellen, want daar hangt een CP kaartje. En ik denk dat veel deelnemers zich dat daar pas realiseren. Of niet. Bij het vierde knikje, minder scherp nog dan de eerste 3, hangt een vals CP, dat 8 keer wordt genoteerd. 6 teams slaan de hele opdracht over, zo vlak voor het kaartwisselpunt waar een pan warme worsten voor hotdogs staat te pruttelen. Geen tijd meer.

Etappe 1.

Wat opvalt is dat vrijwel iedereen de hele etappe heeft gedaan. Hooguit zijn een stuk of 10 teams een aantal punten op het eind voorbijgelopen omdat ze de deadline moesten halen. Dat wil niet zeggen dat deze etappe geen onderscheid heeft gemaakt voor de uitslag. Het verschil in score zit in deze etappe vooral in de tijd: tussen zo’n 2 uur en 3½ uur. Dat heeft enkele strafpunten opgeleverd voor een paar teams vanwege de deadline, maar het grootste effect is dat er voor wie langer over de 1e deed, gewoon veel minder tijd over is voor de tweede etappe. Het aantal CP’s per minuut was overigens voor beide etappes min of meer gelijk, als ik de statistiek bekijk. Zo hoort het ook.

De grote micro-oriëntatie spelshow

Behalve de worstjes is er nog meer te halen bij het wisselpunt. Uiteraard de envelop met de materialen voor etappe 2, maar ook bonuspunten. Op de valreep -ik zal jullie de besognes besparen- hebben we een spel opgetuigd. Per ronde kan je 60 maximaal punten verdienen, maar elke seconde die je er over doet gaat er weer af. Aftrek is er niet, maar meedoen kost wel tijd. Binnen die tijd moet je met een zelfgeknutselde chip-reader een matrix van oranje pylonnen in de juiste volgorde af gaan. De juiste volgorde staat op een kaartje. De reader controleert de volgorde en de tijd. En elke ronde wordt moeilijker. De meeste teams verdienen rond de 30 punten in de eerste ronden, een paar tussen de 0 en 20 in de tweede, en in de derde ronde hooguit een paar. Het is in elk geval leuk om te doen. De beste tactiek blijkt de volgorde uit het hoofd te leren en dan heel snel te lopen; hiermee slaagt 1 team er in om de eerste ronde in 7 seconden te doen. Heel knap. En het doet een beroep op je richtingsgevoel, zeker in het donker. Er zijn teams die alle rondes bij elkaar 53 punten hebben verdiend. En dat in een paar minuten.

Etappe 2

Na de hotdog is het tijd voor etappe 2. Wat opvalt is dat vooral de latere teams best lang bezig zijn om de hele route voor etappe 2 voor te bereiden, terwijl ze bij lange na niet meer genoeg tijd hebben om alle punten te doen. Etappe 2 is ongeveer net zo lang als etappe 1 qua afstand, maar met iets meer CP’s onderweg. Maar als je bedenkt dat men aan etappe 1 rond 19:20 begon, en om 21:25 het eerste team deze etappe afrondde (na 2:03), met nog tot uiterlijk 2:00 te gaan (dus 4:35 uur), dan is het wel een stuk krapper voor de teams die pas om 1 minuut voor 23:00 (de deadline) binnenkomen en die dus nog maar 3:00 de tijd hebben. Dat is een keuze. Inkorten is bij etappe 2 trouwens nog makkelijker en voor de hand liggender gemaakt dan bij etappe 1, niet geheel onopzettelijk.

CP33 De route begint met een stukje tekst. Vooruitlezen helpt. Passen tellen van het verkeersbord tot aan de inmiddels bekende beek moet te doen zijn, en dan evenveel passen verderop hangt een CP. Driekwart neem de moeite (of de rest kan hem niet vinden in de haast). Eigenlijk zou het pas leuk worden bij CP33, waar je wéér dat aantal passen moet lopen, maar waar ook een vals CP hangt. Ware het niet dat beide CP’s verkeerd terecht zijn gekomen bij het uitzetten van de race, en bij een andere, volgende, bomenopstand hangen dan bedoeld. Niemand vindt natuurlijk het juiste punt. En we rekenen dit punt CP dan ook niet mee in de uitslag. Ook niet het per abuis genoteerde valse. Gelukkig was het geen locatie waar je eindeloos kon blijven zoeken, omdat het aan een weg was en het aantal bomen daar beperkt. We hopen maar dat de teams hier niet te veel tijd verloren hebben met zoeken. De hinder was voor iedereen gelijk, want het volgende stuk van de route is weer door iedereen bezocht.

CP34 Dit punt hangt aan een te missen (want het staat niet op de kaart) zijpaadje van de bolletje-pijltje route (bekend van auto-rally’s en de WOR), maar niemand mist dit en iedereen noteert het juiste CP. En het valse kaartje dat we bij CP35 op hebben gehangen, een weg verder dan het juiste pad, hadden we net zo goed weg kunnen laten, want niemand tuint er in. Ik neem voor een volgende N8-run dat een visgraat of strippenkaart ook bij iedereen bekend is.

CP37 Even verderop begint de reflectortrail, inmiddels een bekend onderdeel van de N8-run. De vorige keer heeft die voor nogal wat verdwalers gezorgd, omdat men weliswaar het kruimelspoor van oplichtende punaises prima kon volgen, maar men aan het eind bij god niet wist waar men uitgekomen was. Om niet in herhaling te vallen hebben we dit keer een wat kleiner en gedefinieerder gebied gekozen, met aan alle kanten wegen als opvanglijn. (Dat wil niet zeggen dat het de volgende N8-run weer zo makkelijk wordt.) Bijna iedereen vindt alle 3 de CP’s onderweg.

CP45 Vanaf CP40 (op de gewone kaart) tot CP45 loopt een corridor (of slang): een smalle strook kaart in een stuk dat op de grote kaart is uitgewist. En de slang volgt niet altijd de paden, dus soms zul je moeten doorsteken in de juiste richting, tot je weer iets van een pad tegenkomt. Of je moet gokken wat er in het weggelaten stuk kaart gebeurt. Nou was dat niet zo heel moeilijk, maar toch… Het laatste punt van de slang, daar hangt dit keer ook een vals CP. Niet op de plek aangegeven op de kaart, en ook niet op een punt dat met de hint overeenkomt, dus je kan weten dat het vals is. 33% noteert hier niet het juiste punt. Misschien omdat het kaartje meer in het zicht hangt? Of omdat het vóór het juiste punt komt? Gemiddeld zijn teams zo rond de 40 minuten bezig met de 6 punten van de corridor.

CP47-CP53 Hierna volgt een stuk memorisatie. Het is duidelijk dat hier minder dan de helft van de teams aan toe komt. De opdracht is eenvoudig: weer is een stuk bos uitgewist op de kaart die iedereen heeft meegekregen. Gebruik de kaart die hier aan een boom hangt. Die is opgehangen op het eerste punt van de serie van CP46 t/m CP53. Hierop staan CP47 t/m CP53 getekend. En ook CP54 en CP55, waar geen punten te verdienen zijn, maar waar nóg een kaart met de memorisatiepunten hangt, voor wie het even niet meer weet. Deze laatste twee locaties zijn makkelijk te vinden, een bankje in de zuidwest hoek van het bos, bij de weg en een weiland, resp. een hoek van een hek bij de weg in het zuidoosten. Dus daar kom je altijd wel. Zo groot is het gebied nu ook weer niet. De tussenliggende punten kan je onthouden, of aantekeningen maken, of een complete kaart overtrekken. Wat jij het snelste vindt. Gemiddeld duurt dit stukje van de route 40 minuten. Valse punten zijn er niet.

CP56 staat weer op de kaart. “Niet brommen” slaat op het bordje op een boom. In Ommel houden ze van motorcross. En waar het niet verboden, is ook dóór het bos. Overal eigenlijk. Bij het uitzetten van de route hangt continue het geronk van motoren in de lucht. Er ligt ergens een speciale motorcrossbaan (tegen de natuurbegraafplaats aan), maar om daar te komen moet je een stukje crossen…. door het bos. Er liggen her en der ook plastic vaten met dubieuze inhoud. Maar die hoor je dan weer niet. Anyway, hier ligt ook een Zwart Gat; in de vorm van een MTB routepaaltje, in het midden van het sterrenstelsel. Wel even zoeken, want de locatie van het paaltje staat niet op de kaart, alleen de peiling vanaf het midden van de ster naar CP56. Eenmaal het midden gevonden, zijn er vanaf daar 6 peilingen langs paden bij deze viersprong. (Bij een tweesprong kan je 3 kanten op; dus bij een viersprong 5. Of 6 in dit geval.) Ook geen valse CP’s, goed te doen, maar het kost wel 25 minuten gemiddeld. We hopen dat hier de teams elkaar een beetje tegenkomen, om de eenzaamheid in het donker te verdrijven.

CP65 en CP67 Dan volgen er nog een paar relatief standaard oriëntatieposten, die gewoon netjes op de kaart staan. Niet iedereen kon ze vinden, maar de volgende dag hingen ze er toch echt allemaal, op de juiste plek. Alleen CP65 en CP67 zijn iets lastiger te bepalen, en zijn dan ook maar door 15% resp. 8% van de teams bezocht. Maar het is dan vermoedelijk ook al laat in de nacht en de tijd dringt om op tijd voor de laatste deadline terug te zijn. Om deze twee extra punten te vinden moet je een transparant met sterrenbeelden, in de vorm van lijnen en cirkels, op de kaart leggen, waarbij de meeste cirkels overeenkomen met CP’s op de kaart. Ééntje niet, en dat is het gezochte extra punt, dat bij dat sterrenbeeld hoort. We hebben makkelijke punten gekozen: een hele grote heuvel, en een hele grote kuil. Niet iedereen heeft ze weten te vinden.

CP71 Vanaf CP69 passeert weer meer dan de helft van het deelnemersveld. Misschien hebben ze CP69 en CP70 al tijdens de reflectortrail bezocht? Geen idee. Maar CP71 is ietsjes lastiger, en er hangt ook een vals kaartje, dat door 1 team als juist wordt aangezien. Anders zou het er uiteraard voor niks hebben gehangen.

CP73 blijkt een stukbijtertje. Of deze is gewoon te moeilijk. Niemand noteert namelijk de juiste code. Er lijkt 188 te staan. De ietwat cryptische hint “Zwart gat, of niet?” mag niet baten. Het is zwart, en er zijn wel degelijk gaten. Maar niet allemaal. Niemand ziet aldus het licht.

Zonder tegenlicht staat er 188.
Maar dat zijn geen gaten, alleen kuiltjes. En zeg nou eerlijk, zo is het toch veel beter te lezen?

CP74 Gelukkig worden er bij CP74 meer punten gescoord. In een “kerstboom” hangen 3 sterretjes. Niets bijzonders. Maar geen CP? De aanwijzing “het staat IN de 3 sterren geschreven” wordt goed geïnterpreteerd.

Maar er blijkt inderdaad iets IN de sterren geschreven.
In daglicht is er niets te zien.

Een rekensommetje volgt, “-2”, “37”, en “11+”, daar kan je alleen maar 11+37-2 van maken, en dus is het juiste antwoord 46.

CP75 Het antwoord van CP75 heeft iedereen al de hele tijd bij zich, zonder het te weten. Maar vermoedelijk heeft niemand een UV-lamp op zak, en dus is het ook niet te lezen. Tot je bij CP75 aankomt en aan een paal een set blacklights vindt, en daarmee het roadbook afleest. Uiteraard werkt dit alleen ‘s nachts. Toch weer een andere invulling dan we hier vorig jaar aan gaven. Het moet niet voorspelbaar worden. Toch kan ik er geen 75 van maken, wat een van de teams wel lukte.

CP76 ten slotte is er nog CP76. In het dorp, vlak voor de finish, staat een kunstwerk waar we met de nodige fantasie 16 “sterren” in kunnen herkennen. In het donker is het iets lastiger tellen dan overdag.

Score

Het is goed te zien dat er in etappe 2 een groot verschil is tussen het aantal gevonden punten per team, en de score. Dat was ook wel te verwachten. Je ziet hier dan ook de snellere teams zowel meer punten per minuut scoorden (onderste rij in de tabel), als meer CP’s, waardoor het aantal punten (blauwe rij) wel heel sterk verschilt per team.

Etappe 2.

Het is leuk om de tijden per etappe te zien. We vroegen de deelnemers bij bepaalde CP’s in het roadbook de tijd te noteren. Soms, als ze een hele afwijkende volgorde aanhielden, konden we daar later geen kaas van maken, maar in een aantal gevallen geeft het een goed beeld. Opvallend is dat het eerste stuk best veel tijd lijkt te kosten, maar dat is wel inclusief het pylonnen-spel, route plannen, en hotdog eten. De reflectortrail duurde toch nog 25 minuten gemiddeld, maar kon zo te zien ook in recordtijden van 11 minuten. De slang en de memorisatie kosten pakweg 40 minuten, en de ster bijna 30. De sterrenbeelden en overige punten gingen best snel, terwijl ze niet altijd heel makkelijk waren, maar ik denk dat veel teams de sterrenbeelden al bij de kaartwissel hadden ingetekend. Ten slotte was het nog even lopen naar de finish, met toch nog wat onverwachte lastigheden met lampjes en speciale puzzels. Die hadden we trouwens met opzet aan het eind gehangen, zodat iedereen deze in onze ogen leuke punten mee zou maken.

Finished!

En dan zit het er op. Voor de deelnemers, en bijna voor ons. Als een gek voeren we de antwoordenbladen in om zo snel mogelijk een uitslag te hebben. Want het is 1:54 als het laatste team, Dutchables Mixed, binnenkomt, die tactisch alle tijd die er was benut hebben. Met gemiddeld 5:55 (in hun geval) hebben ze na de deadline toch 4 extra CP’s kunnen vinden, wat 120 punten oplevert en dus meer is dan de 72 strafpunten voor de tijd. Maar gelukkig staan de meeste teams net voor 1:30 bij de tafel, en kunnen we dus alvast de score uitwerken. Om 2:10 is hij er dan, de -voorlopige- uitslag, en kan de prijsuitreiking beginnen.

De teams hebben het fantastisch gedaan, dat valt direct op. Maar liefst 6 teams hebben nagenoeg alle punten gedaan. Dat was ook onze opzet. Maar het blijft enorm knap.

De uitslag kan je hier vinden.

Naast een -ook in het donker- door de afgrijselijke kleur niet-te-missen trofee is er een uitvoerig getest all-weather potlood voor de 1-2-3 winnaars, en voor de nummers 1 en 2 in beide categorieën ook een postomschrijvinghouder (handig bij oriëntatielopen) van onze sponsor.

Het was een lange nacht, en er is nog een lange rit naar huis voor veel teams. Dat is het grote voordeel van zelf organiseren. Maar we kijken uit naar de volgende oriëntatie-challenge. Wie organiseert hem?

En, misschien meer voor ons zelf, maar ook een beetje voor wie een soortgelijk event wil opzetten, kijk ik even naar de haalbare afstanden en tijden.

afstand (ideaal)afstand (gelopen)CP’sbezochttijd
N8-run 20241.3 + 11.7 + 13.6
= 26.6 km
31 km80100%06:15nacht
N8-run 202230.5 km35 km?9775%06:30nacht
N8-run 202018 km20.1 km49100%04:30nacht
N8-run 201425 km30.5 km45100%06:00nacht
MWR 202342 km ?46 km65100% 07:00dag
vHnH 202265 km ?50.5 km15370%08:30dag
MWR 201547 km59.2 km57100%09:30dag
WOR 201526 km29 km71100%06:30dag
WOR 201832 km35.3 km98100%06:30dag
Gegevens van ons zelf (MWR, vHnR, WOR, en N8-runs ’14 en ’20). De gegevens van onze eigen N8-runs zijn afgeleid van de schattingen van de winnende teams.

Over het algemeen wordt er 10-15% meer gelopen dan de ideale afstand, soms zelfs 30% meer. Er is vrij veel spreiding tussen het aantal CP’s per km: 1½ tot 3 (bij de laatste N8-run). De variatie in het aantal minuten per CP is nog veel groter: tussen 4 en 10 (waarbij ik realistisch te behalen aantal heb genomen). Als ik het gemiddelde neem, kom ik min of meer hier op uit:

  • ‘s Nachts moet je ongeveer 20 – 25% meer tijd rekenen dan bij een loop overdag, voor het zelfde aantal CP’s en kilometers.
  • De loopsnelheid ‘s nachts is ongeveer 8’30 – 11’30 per km (snelle tijden voor 20 km, langzamere voor >50 km).
  • Reken daar bovenop op ongeveer 1:15 – 1:40 minuut per CP.
  • Er zit vrij veel spreiding op, maar dat komt ook doordat sommige runs vrij veel tijd vergen om de CP’s in te tekenen kosten, vergeleken met andere.
  • Bij deze N8-run 2024 kom je aardig uit met 10’00/km en 0:01:30 per CP, inclusief route plannen. Er hoefde relatief weinig ingetekend te worden.
Het totaalovezicht. De snelste teams maken niet per se de minste fouten.

N8-run 2024: de uitslag

De definitieve uitslag van de N8-run van 23 februari 2024 is er! Alles is 3x gecheckt en nagerekend. Er zijn een paar kleine wijzigingen opgetreden ten opzichte van de voorlopige uitslag die direct (nou ja, een kwartier) na 2:00 bekend is gemaakt. Excuses daar voor, maar het was best een uitdaging om 2054 in de haast neergekrabbelde getalletjes te checken.

Maar jullie hebben het fantastisch gedaan! Ons plan om te zorgen dat de snelste teams alle punten konden doen, binnen de deadlines, is ruimschoots gelukt, dank zij jullie met name enorm snelle eerste etappe, en ook efficiënte tweede. Ik hoorde dat er teams waren die hadden ontdekt dat je sneller de tweede etappe deels in tegengestelde richting kon lopen. Hartstikke leuk, dat soort slimmigheden zijn ook de opzet van de run.

Over de race zelf kan je hier meer lezen: N8-run 2024.

De Einduitslag

In de categorie Heren (in alle leeftijden) zijn de nummers 1-3:

  1. Team “Het is zoals het is” (Jurjen Kamphuis en Johan Brans) met 1980 punten
  2. Team “ZigZag” (Kasper Schutten en Niki Pruis), 1779 punten
  3. Team “Ruben en Tom” (Tom van Hemert, Ruben Verschoof), 1721 punten
Team “Het is zoals het is”. En dat klopt, ook in de definitieve einduitslag staan ze bovenaan.

Maar de Mixed/Dames categorie mag er zeker ook wezen, want in de overall ranking zijn de eerste twee mixed teams beter dan het tweede heren team. Dit blijkt typisch een race waar het niet alleen om snelheid gaat, maar ook om slimheid en out-of-the-box denken, waarbij diversiteit aan denkwijzen een pré is.

De categorie Mixed:

  1. Team “Dutch Direction” (Klaske Siegersma, Mike Fafieanie), met 1853 punten
  2. Team “The hungry Kiwis” (Olivia Ahlborn, Justin Szanto), 1819 punten
  3. Team “Rafje-Eend” (Maarten de Vries, Gelieke Steeghs), 1661 punten
V.l.n.r. “The hungry Kiwis”, “Dutch Direction” en “Rafje-Eend”.

Het valt al snel op dat de teams boven in het klassement behoorlijk dicht bij elkaar zitten. Je mag een punt niet helemaal als 1 minuut zien, gemiddeld deed men zo’n 7 minuten over een CP van 30 punten, dus dat is ongeveer 4 punten per minuut. De 127 punten voorsprong van de nummer 1 op de nummer 2 is dus ongeveer te vertalen naar 30 minuten. Maar de teams daar na zitten op nog geen 10 minuten van elkaar. Spannend dus!

En het blijkt dat niet zelden een schrijffoutje, of niet goed lezen, of 2 CP’s omwisselen op het antwoordblad een verschil in positie in de einduitslag kan maken. Maar dat is ook onderdeel van het spel: presteren onder stress en tijdsdruk.

Er komt nog een uitgebreider verhaal, met wellicht nog allerlei statistieken en verhalen en uitleg van de punten, maar ik wilde jullie de uitslag nog niet onthouden.

Onze sponsor voor de prijzen.

N8-run

Spannend! Wat zou het zijn? Iets in het duister (is het dan al wel donker?) met hoofdlampjes, oriënteren en punten scoren. Klinkt op zich voor de hand liggend. Behalve het donker lijkt het op de WOR‘s (’12 end ’13) en Midwinterruns (’13 en ’14). Maar er zijn wat extra regeltjes bij de N8-run:

  • de 7 uur om de 30 á 40 CheckPoints te vinden gaan pas om 19:00 in
  • we moeten ongezien blijven
  • we mogen geen eigen Lupine Big Betty R X14 hoofdlamp meenemen, maar krijgen er eentje van de Action
  • we horen pas vrijdagmiddag waar de start is
  • de afstand is geen 50 km maar eerder 15-25 km

Dus het zal mij benieuwen wat Team Darkness from Light City er van gaat bakken. Want zo heten we, Patrick en ik. En het hele feest vindt aanstaande vrijdagnacht, 3 oktober, plaats, ergens in de Achterhoek.

We gaan hier natuurlijk niet de strategie bespreken. Dat komt hooguit achteraf. Improviseren!

Lees je dit, en wil je ons komen verslaan? Schrijf je dan nog even snel in op de site van Time Out Door Events. Want zo te zien zijn er nog startbewijzen beschikbaar.