Wat ging dat lekker! Zie je trouwens rechts-
boven een samenvatting van deze wedstrijd staan? Dat is nieuw. Heb ik alle relevante getallen en links naar kaart, video, splits en uitslagen in gezet. Alleen wil dit nog niet printen, maar daar vind ik wel wat op.
Terug naar de wedstrijd. Sowieso weer een mooi avontuur. Voor het eerst een sprint, korte afstandjes, veel posten, en in een “stedelijke” omgeving. Nou ja, stedelijk? We liepen over een schijnbaar verlaten militair kazerne-terrein. Tanks her en der, maar nergens mannetjes in groene pakken te zien. Door alle gebouwen en andere objecten was het echter uitstekend oriënteren. Soms was er geen kunst aan!
Gezellig meegereden naar de locatie, met 5 man in de auto. Dat verhoogt al de voorpret, en het is een stuk relaxed-er dan wanneer ik zelf, uiteraard net iets te laat, naar de start scheur. De hele auto zat zich al te verheugen.
Au! Een Sprint…
De langste afstand was, in vogelvlucht, 5800 meter. Best kort, dus ik dacht er nog even over om twee omlopen te doen. Maar het bleek maar goed dat ik dat niet deed, want sprint is ook echt sprint, en bij de finish voelde ik dat ik alles gegeven had. Pittig! En leuk, om zo hard te gaan. Misschien let ik de volgende keer tevoren wel beter op als ik mijn tas inpak, en stop ik mijn weg-schoenen er in in plaats van mijn nieuwe Inov-8’s met stalen noppen. Want die maken zo’n herrie op straten en stoepen, waar het hier vol mee lag.
Even had het er op geleken dat ik niet eens ging starten. Op weg naar de start-locatie namelijk, lette ik niet goed op, keek wat om me heen, verbaasde me dat mijn GPS-horloge maar 4 satellieten zag, en miste een laag hekje, waardoor ik voor ik het wist zijwaarts door de lucht vloog, hard op mijn heup landde, en een paar millimeter vlees van mijn elleboog bij wijze van kreukelzone op het asfalt achterbleef, verruild voor mos en modder in de wond. Au!
Tanden op elkaar, doorlopen naar de start, en niet zeuren. En warempel, zodra het piep-piep-piep-pieieieieieiep had geklonken van de start-timer, geen seconde meer aan gedacht. In elk geval geen 5, wat het verschil had gemaakt tussen een 7e en 8e plek.
Andere regels

Het was dus een sprint. Achteraf hoorde ik dat dat betekent dat er ook andere regels gelden. Eentje daarvan is dat je hekjes, laag of hoog, die op de kaart staan niet over mag. Als je goed kijkt zie je dat er twee lijn-diktes worden gebruikt. Zou dat het verschil maken? Het is lastig al rennend het verschil in lijn-dikte te beoordelen. In dit geval stond er een post net over een laag hekje heen. Je kon er omlopen, dat scheelde 3 meter. Maar je kon er vanaf de andere kant ook heel makkelijk bij,
zonder over het hekje heen te klimmen. Gewoon met de hand. Mag dat? Ik hoorde achteraf van niet. Hoeveel mensen zouden zijn omgelopen?
Ik vind het wel een gemene situatie, in dit geval. Als dit echt een punt van disqualificatie was, vind ik dat de baanlegger een overtreding hier ook wel uitlokte. De post zie je vanaf 100 meter al staan, je rent er recht naartoe, strekt je arm en legt de EMIT in, en rent verder. Dat de post over het hekje stond valt nauwelijks op. Wat vinden jullie?

En zijn er nog meer van dit soort regels? Ja, je kan ze hier, op de IOF site, nalezen. Dikke lijnen (met of zonder dubbele dwarsstrepen): muren, railings, pijplijnen en kliffen die verbodenzijn. Meren met een zwarte lijn er omheen: ook verboden. Tunnels eveneens, tenzij anders aangegeven. En je mag ook niet over gebouwen heen.
Dan zie ik nog een speciale kleur donker-groen en groen-geel. Laat er eergisteren nou net bij post 11 zo’n dicht begroeide aarden wal gelegen hebben, waar iedereen overheen is gegaan, aan het spoor te oordelen. Allemaal gedisqualificeerd! Of lijkt het groen alleen maar donkerder dan dat van langzaam bos?
Ook interessant te lezen dat ‘controls may not be placed inside caves’. Ik moet ineens aan post 5, 10 en 26 van afgelopen donderdag denken, met het ‘cave’ symbool in de postomschrijving.
Nog beter?
Terug naar mijn resultaat. Ik heb zelden zo goed gelopen. Misschien ben ik gewoon goed als het om snelheid gaat, en niet om zoeken in natuurlijk terrein. Maar 8e van een veld van 60 deelnemers smaakt naar meer. In plaats van op mijn lauweren te rusten vraag ik mij af: Hoe doe ik het de volgende keer nog beter?
-

Bij post 5 maak ik ineens een gekke draai, nadat ik er aanvankelijk recht op af liep. Zag ik een andere loper? Nee, ineens een ondergrondse ingang. Dat zal hem wel zijn!? Kijk op de kaart, man! En vervolgens naar 6. Helemaal de kluts kwijt, loop ik recht op het heuveltje af, klim dwars door brandnetels een put in, ploeter er weer uit, en vind de post. Dat dan weer wel. Ik liep 4″43′ langzamer dan de winnaar. Op de 35’06”. Dat is dus iets meer dan 10%. Maar dat is gemiddeld. Een paar posten springen er echt uit. Naar 6, 15, 19, 25 en 28 liepen de snellere lopers 25 tot 60% sneller dan ik. Waarschijnlijk vooral omdat ik daar liep te klooien op zoek naar de post.
- Stel nou eens dat ik die net zo snel gevonden had als de rest. Dan had me dat 47″ + 7″ + 10″ + 20″ + 9″ = 93 seconde gescheeld. Anderhalve minuut. Daar win ik dus niet mee. Scheelde me 1 plaats, maar die had ik al gewonnen door 5 seconde sneller te lopen.
-

Dit is dan 19. Ik kom aan vanuit het westen. In een boogje naar de post. Maar daarna, wat doe ik dan? Slaat nergens op. Had ik harder kunnen lopen? 5’17″/km is langzamer dan wat ik op de halve marathon haal: dat is 4’18″/km. Maar ja, dit is wel ander terrein, dus of dat ooit gaat lukken is de vraag. Toch geeft het aan dat er ruimte is voor verbetering.
In elk geval loopt de winnaar vrijwel overal sneller dan ik, en dat komt niet altijd door mijn zoek-talent. Dus ik moet ook zorgen dat ik harder ga. Het is per slot van rekening maar een paar km, zo’n sprint.
-

24 had ik wat slimmer kunnen aanlopen. Ik zie dat ik vooral veel snelheid verlies, omdat ik, in het bos nog, al denk dat ik er ben en ga zoeken. Op weg naar 25 vertel ik me ook: mijn passen zijn korter dan gedacht, en ik houd al te vroeg in. Bovendien zijn er wat "interessante" putjes in de grond, op plaatsen vergelijkbaar met waar ik eerder een post vond. Het EMITten had ik dit keer aardig in de vingers. Tevoren post-nummer gecheckt en kaart gekeken voor vervolg, blijven kijken naar je hand bij inleggen, en EMIT oriënteren naar post vlak voor ik er was. Dus daar valt niet veel meer uit te halen.
- Had ik kortere routes kunnen kiezen? Dat ik nog een leuke vraag. Laten we dat eens analyseren.
Kortste routes
Terwijl ik aan deze alinea begin heb ik hoge verwachtingen. Maar nu ik beter kijk valt het aantal benen dat een spannende routekeuze oplevert vies tegen. Ik kan er maar 4 vinden waar ik een beetje twijfel bij heb. We meten het even na:
Op weg van post 1 naar 2 kan je op vier manieren lopen. Groen is in het plaatje de kortste optie (371 m), blauw en magenta (mijn route), zijn even lang (381 m), en rood is met 384 m het langst. Maar het scheelt hooguit 13 meter. Wat is dat nou?
Van 2 naar 3 zijn er ook twee mogelijkheden, maar hier is de groene met 245 m overduidelijk korter dan de rode route van 267 m.
Van 8 naar 9 kan je ook op meerdere manieren, maar het verschil lijkt duidelijker dan het is: 14 meter op een totaal van 282 m. Nou ja, dat is toch 5%, dus als je een paar procent wilt winnen is dit toch lonend. Bovendien kom je dan bij 9 op een gunstiger manier aanlopen, en zie je de post al staan, alhoewel dat tevoren nog niet zo duidelijk was.
Op weg van 9 naar 10 viel 8 meter te winnen (of te verliezen, zoals ik deed). Maar ik denk dat dat op de echte kaart wel eens mee zou kunnen vallen, omdat de gebouwen wat breder zijn dan hier getekend. Alleen heb ik nog geen handig tooltje gevonden om op bitmaps te tekenen (ik kan ze wel als GoogleMap overlay in mijn browser krijgen) en om lengtes van lijnen/routes te bepalen (tekenen op een Google map gaat wel, maar dan weer niet op een Custom-overlay), dus heb ik hier Mapsource voor gebruikt.
En tenslotte was er nog het been van 25 naar 26. Ook hier weer blijk ik de juiste keuze gemaakt te hebben, en heb de 5 meter kortere route gekozen. Poeh, wat knap! Op de 258 resp. 263 meter maakt dat nou niet ze heel veel uit.
Conclusie
Sprinten is leuk! En ik ben er best goed in. Door geen foutjes te maken kan ik 30% van het verschil verbeteren; ofwel 4% van mijn tijd. Misschien kan ik nog 5% harder gaan lopen, maar 10% zit er denk ik niet in; het is geen recht parcours over asfalt. En met mijn kortste-route inzicht hier boven valt er ook nog wel 0.2% te halen. Ik kom nog 1-2% te kort dan voor een 1e plaats. Wat een uitdaging!



Hoewel dat toch ook nog ruim 5 minuten is. Waarvan misschien wel een derde in het EMIT-ten bij de posten gaat zitten, denk ik, met 30 posten, 3 seconde per post, anderhalve minuut. Blijft 3,5 minuut over aan stilstaan en mezelf oriënteren. Toch nog aardig wat eigenlijk. Want kennelijk had ik die tijd nodig om terug te vinden waar ik was, anders had stilstaan geen zin.
En dat is mijn verbeterpuntje voor de volgende keer: gewoon zo langzaam lopen dat ik precies weet waar ik ben, voor zover er geen stoplijn is, en gewoon geen fouten maak. Nul.
Zo dus startte ik op de kaart, liep een weg te vroeg in, en besloot weer passen te gaan tellen en goed op mijn kompas te letten. Vervolgens vergat ik dat deze kaart geen 1:10.000 was maar 1:7.500, terwijl mijn mm-naar-passen schaalverdeling die ik aan de punt van mijn kompas had geplakt geheel volgens de VVO-website aankondiging nog op 32 linkervoeten per 100 meter stond, oftewel 1:10.000. Dus ik liep 30% te ver door, kwam daar na de zijweg achter, en kon weer terug. Bovendien bleek het bruine lijntje dat ik voor een pad aan zag geen pad, maar een heuvelrug met daarnaast een greppel. Tja.
Toch maar geen passen tellen (of beter opletten), redeneerde ik gefrustreerd, en ik probeerde post 2 te vinden door naar het juiste relief te zoeken. Wat hopeloos mis ging. Onderweg naar 3 liep ik nog even in 7 sloten tegelijk (of waren het maar 5 blauwe lijntjes, die tot aan mijn knieën kwamen?). Maar daarna ging het een paar posten vlekkeloos.
En niet alleen omdat er meer lopers waren in de buurt, want ik die wist ik een tijdje achter me te houden.































Ik besefte dat ik niet scherp genoeg was om geen fouten te maken, en dan kan je ze maar beter vermijden. Maar het was al geschied: ik was moe geworden van de extra kilometers, en dan kom je in een vicueuze spiraal. Zo gingen er nog een paar dingetjes fout, en kwam ik redelijk uitgeteld bij de finish aan. Maar zo te zien wel opgelucht dat ik hem, zonder enige post te missen, had gehaald.
Eindelijk weer eens een nacht-OL gelopen. Leuk dat het was! Een stuk beter dan vorige week, ging het, en dat scheelt. Eigenlijk maar een enkele kleine foutjes gemaakt, maar allemaal acceptabel. Niet echt vanwege verkeerde route-keuzes.





En in die deelkaarten heb ik weer her en der commentaar toegevoegd. Het is wat werk, maar dan heb je ook wat.
Een beetje week ik af, maar ik had bedacht dat ik bij de bocht van de weg uit wilde komen, zodat ik kon tellen het hoeveelste pad ik reachtsaf in zou moeten, aan de andere kant van de weg. Post 1 was binnen, en nummer 2 was niet ver. Door de open plek te volgen kon ik ook die snel vinden. Maar toen liep ik even fout. 90 graden bijna. En omdat ik niet meer zeker was van mijn plaats op de weg, liep ik maar door tot een herkenbaar punt. Veel te ver zuidelijk voor de kortste route. En bovendien had ik mezelf een heuvelrug extra in de maag gesplitst. Maar gelukkig was post 3 weer makkelijk te vinden. Het pad naar 4 kende ik nog van 2 jaar geleden, toen ik hier 

Hiervandaan verder werd het makkelijk. Gelukkig maar, want ik begon aardig moe te worden. Of het was de hars uit de bomen waardoor mijn schoenen aan de grond leken te plakken, maar het ging stroef, heel stroef. Toch, omdat overal om me heen anderen liepen, die vanuit alle hoeken en gaten van het bos leken te komen, op weg naar dezelfde finish, kon ik gemotiveerd blijven. Maar toch wel minder scherp. Als ik op de splitsbrowser kijk heb ik hier, tussen de laatste vier, vijf posten, vrij veel tijd verloren, terwijl mijn routes toch niet zo slecht leken. Geen fouten gemaakt, maar ik merk wel dat vermoeidheid betekent dat je ook minder scherp tussen de bomen door manouvreert. En dat kost ook snelheid. 