All posts by Jan-Gerard

Ook belangrijk (als je een stuk gelopen hebt bijvoorbeeld): het recept voor Keiserschmarrn

Ik heb er even naar moeten zoeken, maar ik heb het teruggevonden: Het goddelijke recept voor Keiserschmarrn (misschien wel als zodanig ervaren omdat bij -15 op in een berghut na op één dag twee topjes opgeklauterd te zijn met toerski’s aan), dat we op 2445 meter kregen van een Helga in de keuken van de Wiesbadener Hütte. Het is in het Duitsch, maar zo hoort dat ook denk ik bij dit gerecht.

  • Butter (1/2 voll Pfanne)
  • 2 Eier
  • 4 El. Mehl
  • Milch
  • Teig nicht zu dick u. nicht zu dünn.
  • Teig in heisses Fett geben
  • Wenn fest ist, umdrehen.
  • Mit Zucker bestreuen 2-3 El, und in grosse Stü schneiden.
  • 2-3 min Min. noch im Fett lassen.
  • Pfanne mo Deckel.

Kan het niet allemaal ontcijferen, maar ik denk dat het er op neer komt dat je wat dikker pannekoekenbeslag maakt, en vooral veel, heel veel boter gebruikt, en de suiker mee laat bakken, zodat het wat karamellig wordt. Met dank aan Heemsch die Helga aan heeft durven spreken of anderszins het recept heeft weten te ontfutselen.

Echter, als ik op internet zoek vind ik toch een wat ander recept. De eieren worden gesplits, en de eiwitten worden lost van de rest van het deeg/beslag stijf geklutst, en tenslotte pas met de rest gemengd. Ook zie ik vaak gewelde rozijnen terugkomen (al dan niet in rum). Maar het toevoegen van de suiker als de rest al gebakken is, waardoor het aan de buitenkant zit en karameliseert, vind ik toch wel uniek, en volgens mij erg lekker. We gaan het vanavond proberen.

Aangepast recept

Ik ben wat gaan experimenteren met de ingrediënten. Uiteindelijk ben ik uitgekomen op onderstaande hoeveelheden:

  • 1/2 liter melk
  • 4 eierdooiers (gesplits)
  • 250 gram bloem
  • 1 eeltlepel suiker
  • 1 hand vol gewelde rozijnen
  • 1 theelepel custardpoeder

Dit met de mixer gemengd. Vervolgens heb ik

  • 4 eiwitten

stijf geklopt en tenslotte door de rest van het beslag gespateld. In een pan met

  • voldoende hete boter

heb ik een laag van ongeveer 1 cm dik beslag in 3 minuten gebakken op matig vuur. Bovenop was het nog vloeibaar. Dit omgekeerd (gaat stuk, wordt knoeien, maar dat is niet erg), nog 3 minuten bakken, en vervolgens in ruwe stukken gescheurd. Toen

  • klontje boter, en
  • 2 eetlepels suiker

toegevoegd, en op hoog vuur, onder voortdurend schudden en spatelen, de suiker laten karameliseren. Maar doe dit kort en snel, anders worden de stukken deeg droog en te hard.

De eerste Schmarr werd beter dan de laatste; de laatste heb ik wat te lang(zaam) gebakken en was wat droger en harder. Het lekkerst zijn ze als ze van binnen nog wat zacht aanvoelen.

KOVZ training april 2012: Zelf de kaart tekenen

Zoals elke maand, tegenwoordig, was er ook nu weer een KOVZ training. En ik heb in de Bossen rond Joe Mann zeker wat geleerd vandaag.

We zijn zelf een kaart gaan tekenen en lopen. Althans, Peter had een kaart gemaakt, gewoon, zoals een normale O-kaart er uit ziet, met een omloop met 18 posten er op, maar die kregen we niet mee. Wel kregen we een A4-tje calque papier en een potlood, en zoveel tijd als we nodig dachten te hebben om de kaart over te tekenen.

En met die zelf-getekende kaart zijn we gaan lopen. Dat was het idee. Een kaart met minimale, en niet altijd even duidelijke en correcte details er op. Want je voelt de tijd dringen tijdens het overtekenen.

Dit was de kaart die we te zien kregen. Gelukkig lagen de posten nog op redelijk overzichtelijke plekken. Bij het overtrekken komt het vanzelf wel goed met de schaal, maar als je moet oriënteren op reliëf in plaats van paden, greppels en cultuurgrenzen wordt het toch lastiger om de juiste details over te nemen. Je ziet dat ik mijn eigen legenda ben gaan bedenken: donker bos werd gestreept, open terrein kreeg een

En dat is juist de kunst: laat weg wat je niet nodig hebt (of denkt te hebben) en teken alleen wat relevant is. Maar daarin zit, met weliswaar het risico dat je, als je verdwaalt bent, ook geen herkenningspunten meer hebt buiten de route, ook de kracht: grof- en fijn orienteren gebeurt als vanzelf, op basis van de routekeuze die je bewust of onbewust tijdens het tekenen van de kaart al hebt gemaakt.

En dit was wat ik belangrijk vond, en waarmee ik dacht alle posten wel te kunnen vinden. Op een paar plaatsen had ik al het aantal dubbele passen er bij gezet. Dat was tijdens het lopen wel prettig, maar of het netto tijd opleverde weet ik niet. Meten tijdens het lopen kan ook en kost over het geheel minder tijd.

Ik had dan ook vooral de paden getekend waar ik over ging lopen, met her en der een kortstukje zijweg om aan te geven dat ik een kruising moest nemen of juist passeren. En pas bij de post had ik detail als greppels, cultuurgrenzen, bos-type en relief ingetekend. Dat werkte best goed, en gaf tegelijkertijd op de lange stukken verder van de posten vandaan meer rust, want er was toch niets bijzonders om op te letten.

Wel heb ik meer dan anders passen lopen tellen, omdat er weinig andere betrouwbare details op mijn vereenvoudigde kaart stonden om de afstand te schatten. Doordat ik vooral routes over paden had gekozen kwam dat bijzonder goed uit, en klopte mijn pas-afstand behoorlijk goed.

En, omdat ik net zo goed meteen de optimale routekeuzes kon maken tijdens het tekenen, had ik op de kaart de post-cirkels al verbonden door lijnen over mijn geplande route in plaats van vogelvlucht-lijnen. Ook dat maakte het lopen in het veld een stuk makkelijker.

Daar staat tegenover dat ik wel behoorlijk laat vertrok, een aantal minuten na Roland en Olaf. Maar, of het kwam omdat ik de verkeerde post 2 heb gespot, ik was op wonderbaarlijke wijze als eerste terug bij de parkeerplaats. Kennelijk had deze tactiek gewerkt.

Post 2 gemist? Ja, voor het allereerst in mijn O-geschiedenis (van 442 dagen op de kop af), heb ik een verkeerde post geklokt. Nummer 2. In de vooronderstelling dat het wel een fout van mijzelf bij het overnemen van de kaart was, zag ik een post, en prikte hem. Dat hij aan de verkeerde kant van het pad lag, veel te dicht na de kruising kwam, en het veel verder naar de volgende kruising was dan op de kaart, deed er niet meer toe. Iets in mijn rekende er niet op dat er een nog meer posten zouden hangen dan die van onze omloop. Even niet op de alternatieve route van Nellie gerekend. Het blijft intrigerend om te zien hoe de perceptie van het brein met inconsistente informatie omgaat.

Een vergelijking tussen de getekende kaart en mijn gelopen route kan je hier, in mijn Doma Archief vinden. Je ziet dat ik niet overal de getekende paden heb gevolgd. Her en der bleek het bos zo open dat het zonde was niet door te steken. En ook omdat ik zo nu en dan het pad aan de andere kant van het perceel al kon zien, zodat ik vrij zeker was niet te verdwalen. Maar in dat opzicht kon ik een kortere route kiezen, over het algemeen, dan ik nu deed. Ik speelde vrij veel op zeker, en de volgende keer kan ik wat meer risico nemen, blijkt.

Maar juist daarom ben ik erg benieuwd naar de andere kaarten, of het daar ook mee was gelukt. Of dat het overtekenen zo persoonlijk is dat dat alleen met een eigen kaart lukt.

| kaart | JG | Olaf | Roland | Ralph | Nelly | (klik op de namen om de betreffende kaart aan/uit te zetten)

Confronterend nadeel van een camera op je hoofd…

Dat is natuurlijk pijnlijk: zien dat je iets wel gezien hebt maar niet gekeken (als in: gehoord maar niet geluisterd). Het is me overkomen. Ik wist niet wat ik zag toen ik laatst mijn headcam video van 19 januari, op de kaart Pijnven noord, aan het bekijken was. Ik herinner me dat ik daar bij post 2 hopeloos lang heb lopen zoeken. Ik was niet verdwaald, ik wist precies waar ik was, maar ik zag de wit-oranje postzak niet. En dan ga je zoeken, want misschien staat hij verkeerd. Of zit ik er zelf net naast. Wel een minuut of 3:20 heb ik rondjes gelopen. Je kan het op de kaart goed zien: Quickroute. Ik kwam van uit het oosten aanlopen, sneed een stukje af, en zo te zien, vlak voordat ik bij de post was, draaide ik naar links. Om dan te gaan rondfladderen. En uiteindelijk, nadat vanuit de tegenovergestelde richting naar de post was gelopen, zag ik de vlag. Tot zo ver het acceptabele stuk van het verhaal.

Maar kijk nu eens naar het onderstaande fragment:

Ik loop op de post af, in mijn ooghoek is hij even zichtbaar, rechts in beeld, wanneer het filmpje even stop, en ik loop er stomweg voorbij! Wat een blunder! Een beetje Sven Kramer die op de Olympische Spelen van 2010 de verkeerde baan nam. Alleen dan zonder coach die ik de schuld kan geven.En weer was het de camera die het pijnlijk hard vastlegde.

Dus nu dient de vraag zich aan: film ik de volgende keer weer, of laat ik het hier bij? Nou ja, de rest maakt het toch wel de moeite waard om terug te kijken.

De Bulten van Vierveld

Pittig, zo’n berg. Dat ben ik niet gewend. Af en toe een zandhoop, dat ken ik wel, maar dit was andere koek. Maar daarom niet minder leuk!

Bovendien heb ik naar eigen zeggen en in alle bescheidenheid fantastisch gelopen. Slechts 1’35” achter de nummer vier, en daarmee 7e, en 12’57” achter de nummer 1. Da’s niet verkeerd, op een totaal van 66’58”. Maar ik heb dan ook geen noemenswaardige fouten gemaakt, behalve dat ik dacht dat over de top van de berg sneller was dan er omheen, onderweg van 15 naar 16.

Wel een hoop werk, zo’n orienteringsloop. Het begint natuurlijk bij de kalender, waar je een wedstrijd in de buurt uitzoekt, vervolgens een carpool-afspraak maken, kijken of er nog geocaches onderweg of in de buurt liggen, spullen pakken, GPS-en opladen, nieuwe schaalverdeling op mijn duimkompas plakken (1:10000 volgens de website, maar het was 1 april, dus bij de start bleek ik 1:7500 te moeten hebben; puntje jammer), route plannen, kijken of er omleidingen zijn (of niet), en vroeg opstaan. Vervolgens naar de start rijden, inschrijven, een euro op zak steken voor toegang tot het domein, postomschrijving meenemen, verkleden, hartslagband om doen, trui uittrekken (geniaal, Hans, anders was het veel te heet geweest), en camera op mijn hoofd zetten.

Klaar? Bijna. Eerst naar de start lopen, stukje warmdraaien, GPS-logger resetten, wachten tot de start vrij is, kaart pakken, camera starten, GPS starten, EMIT inleggen, en gaan.

Waarom is de start (het driehoekje op de kaart) altijd een eindje voorbij de eerste EMIT die de tijd registreert? En staat er op dat punt weer geen EMIT?

Waar heen? Dat staat op de kaart. Maar het is altijd even zoeken waar ik ben, en wat waar is. Telkens vraag ik me weer af waarom de start niet de start is, maar het een x-aantal meters lopen is naar het driehoekje op de kaart, terwijl daar geen EMIT-control staat. Gevoel voor de schaal krijgen is ook zo iets. En het terrein? Is het droog of zacht? Is zand mul of zijn paden in het voordeel? Woekert hier braam, brandnetel of prikkeldraad?

Veel meer hoef je tijdens de wedstrijd zelf niet te doen, behalve zo hard mogelijk gaan over de snelste route. En direct de posten vinden. En niet vallen, geen attributen verliezen, geen takken in je oog krijgen, geen fouten maken, goed risico’s inschatten, en genieten van de natuur die op volle snelheid aan je voorbijtrekt.

Tot je aan de finish komt. Even nog een eindsprint met Hans er uit persen, en dan uithijgen, GPS-horloge stoppen, camera uitzetten, teruglopen, EMIT uit laten lezen, uitslagen bekijken, biertje kopen, douchen en verkleden, nog een trappist, napraten, routes vergelijken, vrienden maken, leren. En passant een paar schoenen kopen bij A3, en een achteruitkijkspiegel-O-post-zak.

Thuis pak je je tas uit, gooit je spullen in de was, opent de Splitsbrowser pagina van het event, slaat de .csv file op voor later, copieert de regel met splits, leest je GPS uit met TraingCenter of GPSbabel, combineert met een Matlab scriptje de .tcx of .gpx file met de splits-regel zodat de tussentijden er in komen te staan, scant de kaart, combineert beide in Quickroute, calibreert de kaart, speelt wat met de instellingen, uploadt het resultaat naar je DOMA-server, laad de GPS-en op voor de volgende keer, sluit je camera aan, zet de .mov files op je PC, exporteert de route-gegevens uit Quickroute, past de RGMapVideo .ini files aan, synchroniseert de GPS- en film starttijden, start de conversie, en wacht 1 dag tot het resultaat af is. Intussen haal je die ene teek uit je lijf die mee is gelift, zet tijd, afstand, en hartslag op Attackpoint, en drinkt nog wat om de vochtbalans te herstellen. Maar daarna heb je ook wat:

En nog een dag later ben je er achter hoe je het filmpje, èn het geluid, op 4x de snelheid kan afspelen zodat het nog leuk te bekijken is.

Leermomenten

Ook vandaag heb ik weer het een en ander geleerd, ondanks dat, of misschien juist omdat, het behoorlijk goed ging.

  • Op hoogtelijnen letten: de punten waar ik veel tijd verloor waren dit keer niet bij het zoeken naar posten, maar op het gebruik van de hoogteverschillen onderweg. Beter op de kaart kijken kost tijd, maar verdient zich terug als ik had gezien dat van 16 naar 17 een pad weliswaar om leek, maar op dezelfde hoogte als de post uitkwam. Of op weg naar 16 had een ommetje om de top me hoogtemeters en steile flanken gescheeld. Om op de kaart, maar sneller in tijd. En op weg naar 15 had ik beter in het bos, maar op hoogte kunnen blijven, dan omhoog lopen naar het pad, en weer dalen naar de post. Of op weg van 5 naar 6 had de helling me direct naar de post kunnen leiden. Opletten dus! Maar goed, dit was mijn eerst loop met echt reliëf.
  • Niet laten afleiden door het moois in de natuur, maar focus op de route en het terrein.
  • Laat je opjutten door andere lopers, dat houdt de vaart er in. Maar alleen als je zeker weet dat je goed loopt.
  • Goed schoeisel kan helpen, zeker op heuvels als deze.
  • Conditie blijft belangrijk, vooral aan het eind, en bergop. Hoe train je dat in Eindhoven? Gebouw 8 op-en-neer?
  • Wat is mijn stijgsnelheid? Kan ik beter slalommen bergop (en af?!) of is de kortste route de snelste? Er zal wel een omslagpunt zijn (zo las ik ooit in the Scientific Journal of Orienteering).
  • Blijf vooruit lezen. Deed ik dit keer meestal wel, maar het moet gewoon routine worden.
  • Waarom staan de controls altijd andersom met hoe ik met mijn EMIT aan kom lopen? Anders vastpakken?
  • Prikkeldraad kan je overheen of onderdoor, als dat mag van de kaart. Dus niet te lang over nadenken, gewoon gaan.
  • Zorg dat als je een camera draagt, die goed zit en niet constant rammelt. Dat geeft zo’n onrustig beeld achteraf.
  • Een specifieke schaalverdeling op het kompas is leuk, maar dan moet de schaal wel kloppen. Een in-‘t-veld-verwisselbare-schaal zou idealer zijn. Maar mijn superlijm-op-duim-schaal op mijn andere hand bewees des te meer diensten.

Toch ben ik dik tevreden. Op naar de volgende O-loop!

Bloggen in Nederlands of Engels, that’s the question…

Ik vraag me af of ik deze blog niet in het Engels moet schrijven. I wonder whether I should write this blog in English or in Dutch. Orienteering is an international sport, and the North is everywhere (roughly) the same. Orienteering is een internationale sport, mijn publiek is uiteraard groter als ik in het Engels schrijf. I have a bigger audience when I writing in English. Aan de andere kant, het leest voor Nederlanders en Belgen wel weer lekkerder als ik het in het Nederlands houd. On the other hand, for the Swedish, it would be better if I would not write in Swedish, since that wouldn’t be readable at all (given my Ikea-only vocabulary). De vraag is dus: wie is mijn publiek or who is my audience?

Wie is mijn publiek?


En omdat ik ook een deel voor mezelf schrijf, gewoon om mijn gedachten op papier te zetten, denk ik dat ik het bij Nederlands houd. However, the bigger the audience, the bigger the motivation to write.
Mee eens? Of niet? Laat dan een berichtje achter onderaan deze pagina. Want ik wil best voortaan Engels typen.
De Google Ads heb ik weer van mijn site gegooid: niemand klikte ze aan, en het werd er niet overzichtelijker op. Leuk om eens te proberen, maar je moet wel heel veel bezoekers trekken wil dat wat opleveren. Wel kreeg ik meer hits om mijn blog-site zo lang ik Google betaalde (50 euro gratis introductie krediet) voor het plaatsen van links op andere sites.

Hackerdehack

Herken je dit? Je hebt een GPS track, van een tracklogger (in .gpx formaat) of van je Garmin horloge (in .tcx formaat), maar er zitten geen splits in, omdat je niet bij elke post op het knopje hebt gedrukt. En de club gebruikt niet Winsplits in combinatie met die ene specifieke server waar Quickroute mee praat, dus je kan de splits niet automatisch in Quickroute krijgen.

Herkenbaar? Je zult handmatig de tijden in moeten voeren, door op de juiste plaatsen op de kaart te klikken.

Of je schrijft een klein programmatje in Matlab (of gebruikt mijn code) om de .tcx files te voorzien van de splits die je eenvoudig van de Slitsbrowser pagina haalt (de regel in de Results Table met jouw naam er voor; copy – paste).

Heb je geen Garmin .tcx file, maar een generieke .gpx file van een tracklogger, maak er dan eerst een .tcx file van met GPSbabel.
gpsbabel -t -i gpx -f dit_track_bestand.gpx -o gtrnctr,course=0 -F het_nieuwe_bestand.tcx

En zo heb ik bijvoorbeeld deze kaart van Hamont gemaakt, met de controls direct op de juiste plek.

Er zit een slimmigheidje in de functie om te detecteren hoeveel tijdverschil er tussen de GPS gegevens zit en de start. Mocht dat niet werken, knip dan handmatig tevoren het stuk van de track tot vlak voor de start, en vlak na de finish af.

Mochten ze in QuickRoute het inladen van SplitsBrowser files ondersteuen, dan zal het wel op het QuickRoute Forum te lezen zijn. En dat is wellicht ook de plaats om om deze feature te vragen. Hoe meer mensen het hier over hebben, hoe groter de kans.

function splits2tcx(in_file,splits)
% om een extra neutralisatie-post in mee te nemen die niet in de splits zat, voeg een
% +0:17 (of andere tijd) toe op de plaats. 
 
% gpsbabel = 'c:\localdata\bin\gpsbabel\gpsbabel.exe'
 
% CHECK various splits strings
 
force_tcx_conversion = 1; % force gpsbabel to convert tcx to tcx (to fix for example Android Garmin Uploader files)
if nargin support for %s files not yet implemented.\n',fe);
    end
    if nok
        error('err-> conversion to .tcx file failed');
    else
        fprintf('done.\n'); % JHH
    end
end
 
fprintf('** acquiring splits **\n');
if nargin0) % absolute times
    if splits(1)~=splits(end)
        warning('I expected the total time (1st data point) to be equal to the finish time (last data point). Netralized leg compensation?');
    end
    splittimes = [0 splits(2:end)];
else % relative times
    splittimes = [0 cumsum(splits)];
end
 
fprintf('** using split times: "%s" **\n',reshape(strvcat(m2ms(splittimes'/60,1)',' '),1,[]));
 
fprintf('** reading tcx file: "%s" **\n',tcx_file);
t = []; tp = [];
d = []; dp = [];
ll = []; lp = [];
 
[fid,err] = fopen(tcx_file,'r');
if fid failed opening file "%s" for reading, with error: %s',tcx_file,err);
end
 
arm = 0;
while ~feof(fid)
    l = fgetl(fid);
    hms = sscanf(l,'%*[^&lt;]<time>%*[^T]T%d:%d:%dZ</time>');
    if ~isempty(hms)
        t(max(length(d),size(ll,1))+1) = [60*60 60 1]*hms;
        tp(max(length(d),size(ll,1))+1) = ftell(fid);
        arm = 1;
    else
        dm = sscanf(l,'%*[^&lt;]%f');
        if arm &amp;&amp; ~isempty(dm)
            d(length(t)) = dm;
            dp(length(t)) = ftell(fid);
            if length(d)&gt;length(t)
                l
            elseif length(d)&lt;length(t)
                l
            end
            arm = 0;
        else
            la = sscanf(l,'%*[^&lt;]%f');
            if arm &amp;&amp; ~isempty(la)
                ll(length(t),1) = la;
                lp(length(t)) = ftell(fid);
            else
                lo = sscanf(l,'%*[^&lt;]%f');
                if arm &amp;&amp; ~isempty(lo)
                    ll(length(t),2) = lo;
                else
                    ls = sscanf(l,'%*[^&lt;]');
                    if ~isempty(ls)
                        arm = 0;
                    end
                end
            end
        end
    end
end
if arm % last timepoint has no location or distance
    if ~isempty(d)
        t = t(1:length(d));
    elseif ~isempty(ll)
        t = t(1:size(ll,1));
    end
end
 
findmin = inline('min(find(a(:)==min(a(:))))','a');
if ~isempty(d)
    fprintf('%d timestamps; %d distances; %d splits; %d gaps\n',length(t),length(d),length(find(diff(t)==0)),length(find(diff(t)&gt;1)));
else
    fprintf('%d timestamps; %d distances; %d splits; %d gaps\n',length(t),length(ll),length(find(diff(t)==0)),length(find(diff(t)&gt;1)));
end
lapsplit = find(diff(t)==0);
t(lapsplit) = [];
ll(lapsplit,:) = [];
if ~isempty(d)
    d(lapsplit) = [];
    dd = diff(d);
else
    [x,y] = deg2utm(ll(:,1),ll(:,2));
    dd = sqrt(sum(diff([x y]).^2,2));
end
 
dd = dd(:).';
 
if 1
    %%
    dt = diff(t);
    if any(dt&gt;1)
        fprintf('missing track-points at: \n%s',sprintf('%d:%02d : %d [s]\n',[round(m2ms((t(find(diff(t)&gt;1))-t(1))/60)).';dt(dt&gt;1)]));
        %         if any(diff(t)&gt;2)
        %             error('only solves single missing points');
        %         end
        for ii = fliplr(find(dt&gt;1))
            dd(1:end+dt(ii)-1) = [dd(1:ii-1) repmat(dd(ii)/dt(ii),1,dt(ii)) dd(ii+1:end)];
        end
        t = t(1):t(end);
        %         t1(cumsum([1 (diff(t)&gt;1)+1])) = t;
        %         d1(cumsum([1 (diff(t)&gt;1)+1])) = dd;
        %         d1(find(~t1))   = d1(find(~t1)-1)/2;
        %         d1(find(~t1)-1) = d1(find(~t1));
        %         t1(~t1) = t1(find(~t1)-1);
    end
 
%     comb = repmat(round(splittimes),2,1)+repmat([1:2]',1,length(splittimes));
%     window(comb(:)) = 1;
%     xc = xcorr(window,dd);
%     those = length(xc)-length(dd)-[0:length(dd)-splittimes(end)];
%     xcdt = detrend(xc(those),'linear',ceil(length(those)/2));
%     %plot(xcdt)
%     offset = findmin(xcdt);
%     figure(12345);
%     s1=subplot(211);plot(dd);line(offset,0,'marker','o','color','r');line(offset+splittimes,0,'marker','s','color','g');
%     s2=subplot(212);plot(xc(those));line(offset,xc(those(offset)),'marker','o','color','r');
%     set(s2,'xlim',get(s1,'xlim'));
    %%
    m = 2;
    comb = repmat(round(splittimes),m,1)+repmat([1:m]',1,length(splittimes));
    window = [];
    window(comb(:)) = 1;
    if length(window)&gt;length(dd)
        dd = [zeros(1,2*(length(window)-length(dd))) dd zeros(1,2*(length(window)-length(dd)))];
    end
    xc = xcorr(window,dd);
    those = length(xc)-length(dd)-[0:length(dd)-splittimes(end)];
    xcdt = detrend(xc(those),'linear',ceil(length(those)/2));
    %plot(xcdt)
    offset = findmin(xcdt)+floor(m/2)
    figure(12345);
    s1=subplot(2,4,1:4);plot(dd*3600/1000);line(offset,0,'marker','o','color','r');line(offset+splittimes,0,'marker','s','color','g');
    s2=subplot(2,4,5:6);plot([1:length(those)],xc(those));line(offset-floor(m/2),xc(those(offset-floor(m/2))),'marker','o','color','r');
    n = 20;
    x=reshape(offset+repmat(0*splittimes(:)',2*n+2,1)+repmat([-n:n nan]',1,length(splittimes)),1,[]);
    y=reshape(offset+repmat(splittimes(:)',2*n+2,1)+repmat([-n:n nan]',1,length(splittimes)),1,[]);
    s3=subplot(2,4,[7 8]);plot(x,dd(min(max(y,1),length(dd))));line(offset,0,'marker','s','color','r');
    %%
else
    %%
    [b,a] = butter(2,0.9);
    dd = filtfilt(b,a,dd);
    for ii = 1:(t(end)-t(1))-splittimes(end)+1
        td(ii) = 0;
        ti = ii+(1:splittimes(end))-1;
        for jj = 1:length(splittimes)
            deze(jj) = findmin(abs((t(ti)-t(1))-splittimes(jj)));
            td(ii) = td(ii)+dd(deze(jj));
        end
    end
    offset = t(max(find(abs(td)==min(abs(td)))))-t(1);
    %%
end
 
s = sprintf('Estimated offset of GPS (nr of seconds the GPS was started before the splittimer): %0.1f [s]',offset);
fprintf('%s\n',s);
 
new_offset = inputdlg(strvcat(s,'Keep this value, or enter a different offset (based on the graphs):'),'Corect estimated offset',1,{sprintf('%0.1f',offset)});
drawnow;
if ~isempty(new_offset{1}), 
    if isempty(str2num(new_offset{1}))
        error('err-&gt; invalid value: "%s"',new_offset{1});
    end
    offset = str2num(new_offset{1});
    s3=subplot(2,4,[7 8]);
    line(offset,0,'marker','s','color','m');
end
 
 
t_sync = t-t(1)-offset;
for jj = 1:length(splittimes)
    splittimes_sync(jj) = t_sync(findmin(abs(t_sync-splittimes(jj))));
end
splittimes_abs = splittimes_sync+t(1)+offset;
 
fprintf('** finished reading tcx file **\n');
 
frewind(fid);
[fp,fn,fe] = fileparts(in_file);
outfile = fullfile(fp,[fn '_splits.tcx']);
fprintf('** writing output file: "%s" **\n',outfile);
fod = fopen(outfile,'w');
[fod,err] = fopen(outfile,'w');
if fod failed opening file "%s" for writing, with error: %s',outfile,err);
end
 
distance_offset = 0;
 
phase = 0;
% phases:
% 0 header
% 1 first track header, until first point to be included
% 2 first trackpoints being included
% 3 other trackpoints being included
% 4 buffering last point of current lap
% 5 obsolete lap header
% 6 last trackpoint writing
% 7 trackpoints after last trackpoint
% 8 trailer
 
trackpointbuffer = {};
lap = 0;
while ~feof(fid)
    l = fgets(fid);
 
    if phase==0
        lp = sscanf(l,'%*[^&lt;]&lt;Lap%s'); % StartTime=%s');
        if ~isempty(lp) &amp;&amp; phase==0
            phase = 1;
            % do not parse from here
        end
    else
        lp = sscanf(l,'%*[^&lt;]%c');
        if ~isempty(lp) &amp;&amp; phase&gt;0
            phase = 8;
            % do parse trailer from here
        else
            lp = sscanf(l,'%*[^&lt;]&lt;Creator%s'); if ~isempty(lp) &amp;&amp; phase&gt;0
                phase = 8;
                % do parse trailer from here
            end
        end
    end
 
    if any(phase==[2 3 4])
        lp = sscanf(l,'%*[^&lt;]%c');
        if ~isempty(lp)
            if any(phase==[2 3]) % not if phase is 4, since then already a lap was included here
                phase = 5;
                % do not parse from here, until next lap started
            elseif phase==4 % buffered, but continue including lap
                phase = 3; % continue writing; lap is OK here
                trackpointbuffer = {};
                lap = lap+1;
            end
        end
    end
 
    laptext = [0 0];
 
    if any(phase==[4 5 6])
        lp = sscanf(l,'%*[^&lt;]%c');
        if ~isempty(lp)
            if phase==6
                % last point passed, no output anymore except trailer
                phase = 7;
                fprintf(fod,l);
                l = '';
                laptext = [0 1];
            elseif phase==4
                % copying last trackpoint for new track
                % inlude lap split
                fprintf(fod,l);
                laptext = [1 1]; % implicitly include trackpointbuffer
            elseif phase==5
                % skip first trackpoint after lap, since it is identical
                phase = 3;
                l = '';
            end
        end
    end
 
    hms = sscanf(l,'%*[^&lt;]<time>%*[^T]T%d:%d:%dZ</time>');
    if ~isempty(hms)
        timestr = sscanf(l,'%*[^&lt;]<time>%[^Z]Z</time>');
        if [60*60 60 1]*hms&gt;=splittimes_abs(1) &amp;&amp; phase=splittimes_abs(end) &amp;&amp; phase=splittimes_abs(lap+1) &amp;&amp; phase%f');
        if ~isempty(lp)
            if phase==2
                distance_offset = lp;
            end
            l = sprintf('            %0.7f\n',lp-distance_offset);
        end
    end
 
    if laptext(2)
        fprintf(fod,'         \n');
        fprintf(fod,'       \n');
    end
    if laptext(1)
        lap = lap+1;
        fprintf(fod,'       \n',timestr);
        fprintf(fod,'         %0.7f\n',diff(splittimes_abs(lap+[0:1])));
        fprintf(fod,'         Active\n');
        fprintf(fod,'         Manual\n');
        fprintf(fod,'         \n');
        fprintf(fod,'           \n');
    end
    if phase==4
        if all(laptext)
            fprintf(fod,'%s',trackpointbuffer{:});
            trackpointbuffer = {};
            phase = 3;
        else
            trackpointbuffer{end+1} = l;
        end
    end
 
    if any(phase==[0 2 3 4 6 8])
        fprintf(fod,'%s',l);
    end
 
end
fclose(fod);
fclose(fid);
fclose('all');
 
fprintf('** finished successfully: splits were included in tcx file **\n');
 
 
 
 
function times = readtimes(in)
times = [];
offset = 0;
for ii = 1:length(in)
    this = sscanf(in{ii},'%d%*[.:]%d%*[.:]%d');
    if length(this)==2
        if in{ii}(1)=='+'
            offset = offset+[60 1]*this;
            times(end+1) = times(end)+offset;
        else
            times(end+1) = [60 1]*this+offset;
        end
    elseif length(this)==3
        if in{ii}(1)=='+'
            offset = offset+[60*60 60 1]*this;
            times(end+1) = times(end)+offset;
        else
            times(end+1) = [60*60 60 1]*this+offset;
        end
    end
end
 
 
% function strs = split(str,sep,include,num)
% % SPLIT - split a string in substrings by separator
% matches = [1 strfind(str,sep)+1 length(str)+2];
% for ii = 1:length(matches)-1
%     strs{ii} = str(matches(ii)+(ii&gt;1)*(size(sep,2)-1):matches(ii+1)-2);
% end
 
 
 
function  [x,y,utmzone] = deg2utm(Lat,Lon)
% -------------------------------------------------------------------------
% [x,y,utmzone] = deg2utm(Lat,Lon)
%
% Description: Function to convert lat/lon vectors into UTM coordinates (WGS84).
% Some code has been extracted from UTM.m function by Gabriel Ruiz Martinez.
%
% Inputs:
%    Lat: Latitude vector.   Degrees.  +ddd.ddddd  WGS84
%    Lon: Longitude vector.  Degrees.  +ddd.ddddd  WGS84
%
% Outputs:
%    x, y , utmzone.   See example
%
% Example 1:
%    Lat=[40.3154333; 46.283900; 37.577833; 28.645650; 38.855550; 25.061783];
%    Lon=[-3.4857166; 7.8012333; -119.95525; -17.759533; -94.7990166; 121.640266];
%    [x,y,utmzone] = deg2utm(Lat,Lon);
%    fprintf('%7.0f ',x)
%       458731  407653  239027  230253  343898  362850
%    fprintf('%7.0f ',y)
%      4462881 5126290 4163083 3171843 4302285 2772478
%    utmzone =
%       30 T
%       32 T
%       11 S
%       28 R
%       15 S
%       51 R
%
% Example 2: If you have Lat/Lon coordinates in Degrees, Minutes and Seconds
%    LatDMS=[40 18 55.56; 46 17 2.04];
%    LonDMS=[-3 29  8.58;  7 48 4.44];
%    Lat=dms2deg(mat2dms(LatDMS)); %convert into degrees
%    Lon=dms2deg(mat2dms(LonDMS)); %convert into degrees
%    [x,y,utmzone] = deg2utm(Lat,Lon)
%
% Author: 
%   Rafael Palacios
%   Universidad Pontificia Comillas
%   Madrid, Spain
% Version: Apr/06, Jun/06, Aug/06, Aug/06
% Aug/06: fixed a problem (found by Rodolphe Dewarrat) related to southern 
%    hemisphere coordinates. 
% Aug/06: corrected m-Lint warnings
%-------------------------------------------------------------------------
 
% Argument checking
%
error(nargchk(2, 2, nargin));  %2 arguments required
n1=length(Lat);
n2=length(Lon);
if (n1~=n2)
   error('Lat and Lon vectors should have the same length');
end
 
 
% Memory pre-allocation
%
x=zeros(n1,1);
y=zeros(n1,1);
utmzone(n1,:)='60 X';
 
% Main Loop
%
for i=1:n1
   la=Lat(i);
   lo=Lon(i);
 
   sa = 6378137.000000 ; sb = 6356752.314245;
 
   %e = ( ( ( sa ^ 2 ) - ( sb ^ 2 ) ) ^ 0.5 ) / sa;
   e2 = ( ( ( sa ^ 2 ) - ( sb ^ 2 ) ) ^ 0.5 ) / sb;
   e2cuadrada = e2 ^ 2;
   c = ( sa ^ 2 ) / sb;
   %alpha = ( sa - sb ) / sa;             %f
   %ablandamiento = 1 / alpha;   % 1/f
 
   lat = la * ( pi / 180 );
   lon = lo * ( pi / 180 );
 
   Huso = fix( ( lo / 6 ) + 31);
   S = ( ( Huso * 6 ) - 183 );
   deltaS = lon - ( S * ( pi / 180 ) );
 
   if (la&lt;-72), Letra='C';
   elseif (la&lt;-64), Letra='D';
   elseif (la&lt;-56), Letra='E';
   elseif (la&lt;-48), Letra='F';
   elseif (la&lt;-40), Letra='G';
   elseif (la&lt;-32), Letra='H';
   elseif (la&lt;-24), Letra='J';
   elseif (la&lt;-16), Letra='K';
   elseif (la&lt;-8), Letra='L';
   elseif (la&lt;0), Letra='M';
   elseif (la&lt;8), Letra='N';
   elseif (la&lt;16), Letra='P';
   elseif (la&lt;24), Letra='Q';
   elseif (la&lt;32), Letra='R';
   elseif (la&lt;40), Letra='S';
   elseif (la&lt;48), Letra='T';
   elseif (la&lt;56), Letra='U';
   elseif (la&lt;64), Letra='V';
   elseif (la&lt;72), Letra='W';
   else Letra='X';
   end
 
   a = cos(lat) * sin(deltaS);
   epsilon = 0.5 * log( ( 1 +  a) / ( 1 - a ) );
   nu = atan( tan(lat) / cos(deltaS) ) - lat;
   v = ( c / ( ( 1 + ( e2cuadrada * ( cos(lat) ) ^ 2 ) ) ) ^ 0.5 ) * 0.9996;
   ta = ( e2cuadrada / 2 ) * epsilon ^ 2 * ( cos(lat) ) ^ 2;
   a1 = sin( 2 * lat );
   a2 = a1 * ( cos(lat) ) ^ 2;
   j2 = lat + ( a1 / 2 );
   j4 = ( ( 3 * j2 ) + a2 ) / 4;
   j6 = ( ( 5 * j4 ) + ( a2 * ( cos(lat) ) ^ 2) ) / 3;
   alfa = ( 3 / 4 ) * e2cuadrada;
   beta = ( 5 / 3 ) * alfa ^ 2;
   gama = ( 35 / 27 ) * alfa ^ 3;
   Bm = 0.9996 * c * ( lat - alfa * j2 + beta * j4 - gama * j6 );
   xx = epsilon * v * ( 1 + ( ta / 3 ) ) + 500000;
   yy = nu * v * ( 1 + ta ) + Bm;
 
   if (yy&lt;0)
       yy=9999999+yy;
   end
 
   x(i)=xx;
   y(i)=yy;
   utmzone(i,:)=sprintf('%02d %c',Huso,Letra);
end
 
 
 
 
function ms = m2ms(m,textout)
% min to min:sec
% if second argument is true, then text is output
 
if nargin1 &amp;&amp; ~~textout)
    if any(ms(:,1)&gt;=60)
        f = '%d:%02d';
        hms = [floor(ms(:,1)/60) mod(ms,60)];
    else
        f = '%02d';
        hms = ms;
    end
    if any(abs(m*60-round(m*60))&gt;1e-3)
        f = [f ':%06.3f'];
    else
        f = [f ':%02.0f'];
    end
    if ~nargout
        fprintf([f '\n'],hms.');
        clear ms;
    else
        ms = num2str(hms,f);
    end
end

Wie weet maak in nog een keer een .exe file hier van, of een online tool zodat je op mijn website jouw gpx/tcx files van splits kan voorzien. Laat hier onder, als commentaar, opmerkingen, wensen of suggesties achter. Mocht je handig zijn met Perl, PHP, Python, of zo, dan kan je wellicht deze, op zich redelijke simpele, code herschrijven.

Super gelopen in Hamont

Alweer een week geleden, intussen elke avond denkend dat ik wel even een leuk verslagje ging typen, was het dat ik door regen, sneeuw, maar ook schitterende zonneschijn, gelopen heb in Hamont. Nou ja, ik kende het gebied beter als Beverbeek. Want ik was er al ooit, wat zeg ik, dikwijls, geweest om diverse geocaches te loggen. Zoals je hier rechts kan zien.

Het lopen deze ochtend had ik me erg op verheugd. Een beetje om te compenseren wat er de vrijdag hier voor allemaal minder lekker was gelopen. Maar ook omdat ik gewoon enorme zin had om te gaan oriënteren.

En lekker ging het ook! Tot de laatste paar posten geen fouten gemaakt, overal alles gevonden, soms flink doorgestoken, maar dankzij mijn kompas, en het tijdig herkennen van de juiste stoplijnen, telkens recht op het doel afgelopen.

Het laatste stukje alleen, waar de posten nogal dicht op elkaar lagen, en kriskras mensen uit het gebladerte verschenen, me wat laten afleiden en minder geconcentreerd, liep ik een paar punten voorbij, om na wat zoekwerkt, toch te klokken. Kijk maar op de Quickroute kaart, bovenaan.

Maar de tijd was helemaal niet slecht. Ik had in de langste categorie meegelopen, wat zeker niet te veel kilometers waren, maar wel met als nadeel dat daar ook de jonge snelle mannen meeliepen. Nou ja, een paar posten voor het eind werd ik ingehaald door de nummer 2, maar toch wist ik voor hem te finishen. Het kan dus wel. Zou ik ooit eens eerste worden? Dit is in elk geval de Splits-score van deze wedstrijd.

Ik heb ook weer een videofilmpje gemaakt. Aanvankelijk wilde ik er later commentaar bij inspreken, maar we zijn alweer een week verder, en als ik me dat echt voorneem komt hij nooit af. Dus verzin verder je eigen commentaar er bij, of luister naar wat ik onderweg tegen de camera zeg (voor zover dat verstaanbaar is). Of kijk gewoon naar de schitterende omgeving, en de sneeuwvlokken op 2/3 van de tijd.

Veel plezier met kijken, en als je opmerkingen hebt kan je die altijd hier onder plaatsen. Ideeën voor ruitenwissers op mijn HeadCam worden ten zeerste gewaardeerd.

Nacht-OL in Ham, waar ze “handboeken” schrijven

N.B. De linkjes naar de filmpjes naast de filmprojector icons zijn links naar mijn eigen server, en een stuk trager dan de YouTube frames.

Op http://hamok.be/techniek/orientatielopen/ staat alles wat je wilt weten (met dank aan Luc Cloostermans, weet ik nu *).  Wat ik niet wist was dat het bos in Ham behoorlijk vol staat. Met bomen (duh), maar ook doorntakken (inmiddels zonder bramen maar met stekels), kreupelhout, en bijzonder veel dunnen stammetjes. Ook op de witte stukken kaart. En des te groener was ik zelf na afloop, mijn armen, benen, en zelfs op mijn hoofd. Groen voelde ik me ook, want ik heb toch een paar behoorlijke beginnersfouten gemaakt.

Foutjes

Kijk maar eens naar deze kaartjes. Vooral de route van 1 naar 2 was erg slordig. Ik zou nu, als ik toch eenmaal op de verharde weg was beland, die hebben gevolgd, en het pad rechtstreeks naar post 2 hebben gekozen. Waarom ik dat niet deed, en ging dolen, weet ik niet. Ik kwam onderweg Thomas van der Kleij tegen, en dacht dat hij al van 2 vandaan kwam. Dus ging ik de kant op waar hij uit kwam. Fout!

Zie hier het filmfragment:

En dan het stuk van 22 naar 23! Ik ben gewoon over de post heengelopen, volgens mijn GPS, en ben vervolgens gaan dolen. Nou ja, op zich verstandig om een referentie te zoeken, maar waarom ik nou helemaal een rondje heb gemaakt?

De hele route kan je hier zijn, in mijn Quickroute archief.

Als ik naar de splits kijk ging het nog niet zo slecht. Kon beter, maar ik ben niet ontevreden. Het beste wat ik kan doen is de balans opmaken, en er van leren. Want ik ben niet heel overdreven tevreden over mijzelf. Vermoedelijk had ik verwacht dat met mijn nieuwe hoofdlampje het lopen vanzelf zou gaan.

Leermomenten

Drie dingen gingen mis:

  • het niet vinden van punten (door te grote risico’s nemen op de verkeerde momenten),
  • minder optimale routekeuzes (door niet goed genoeg op de kaart te kijken), en
  • tijdverlies door stilstaan om op de kaart te kijken, deze te plooien, veters te strikken, hoofdlampje her aan te sluiten, en te zoeken waar ik ook alweer was op de kaart.

Wat doe ik er aan? Er zit wat tegenstrijdigs in. Enerzijds maak ik wat foutjes die toe te schrijven zijn aan het niet-de-tijd-nemen om goed op de kaart te kijken, om de juiste, snelste danwel veiligste, route te kiezen (en juist de afweging tussen die twee vergt goed kaart kijken). Anderzijds moet het sneller, minder tijd kaartlezen en harder lopen. Want Quickroute is onverbiddelijk: 25% van mijn tijd heb ik langzamer dan 15 min/km gelopen, geschuifeld of stil gestaan. Niet goed. En dat kwam niet doordat het af en toe behoorlijk glad was.

  • Stress is niet goed. Het gevoel dat ik door moet lopen, ook als ik even niet weet waar heen, moet onderdrukt worden! Beter dan stilstaan? Niet die keer dat ik lijnrecht de verkeerde kant op van de post rende. Gelukkig maar 30 meter.
  • Kaartlezen tijdens het lopen, dat zou tijd schelen. Ik heb een GPS track van Ralph Kurt gezien. Die gaat maar door. Ooit vertelde hij me dat hij geoefend heeft door de krant te lezen tijdens het joggen. Moet ik ook maar eens gaan doen.
  • Terrein inschatten is een vak. Meer dan eens bleek “wit” bos door doorntakken en talloze jonge stammen onbegaanbaar, en was “groen” bos prima doorloopbaar op begane grond niveau. Dat had ik na een paar keer mijn neus stoten toch moeten weten. Gaat doorsteken vaker fout dan goed? Pak dan in het vervolg de paden. Meer dan 40% om is het zelden, en meestal 20% sneller. Als je voor dat tijdverlies wel de zekerheid hebt de post te vinden is het geen slechte deal.
  • Ik moet gedisciplineerder mijn kaart vasthouden. Niet steeds overpakken naar de andere hand, en mijn vinger, de punt van het kompas, de nul van mijn schaal, wat dan ook, op de juiste plek houden. Zodat ik direct, bij een blik op de kaart, zie waar ik ben. Misschien moet mijn schaaltje van het kompas, zodat die het zicht niet beperkt.
  • De Verkeerslichten Methode gebruiken om op het juiste moment vol gas te geven als het niet kritisch is om mijn positie op de kaart exact te volgen. En zorgvuldig te werk gaan als het lastig wordt. Ook al komt een gokje vaak wel goed, als het mis gaat kost het veel tijd.

Materiaal

En ik heb nog wat opmerkingen over mijn gebruikte materiaal. Dat overigens steeds meer wordt, in aantal. (Het begon zo mooi, mijn eerste OL vorig jaar, met alleen een kompas en wat kleren, en een zaklamp. Maar inmiddels heb ik een duimkompas, een GPS-horloge, een hartslagband, een hoofdlamp, een accu, een GPS-tracker, een passen-schaalverdeling, een headcam, scheenbeschermers, een postomschrijvinghoesje, en een fluitje. Wat een ballast!)

  • De schaalverdeling die ik op mijn kompas heb mijn geplakt, uitgemeten in passen ik gemiddeld terrein, zit in de weg. Ik merk dat ik af en toe mijn kaart van hand wissel omdat hij onder m’n kompas niet handig leest. Toch een andere schaal? Hij is ook wel weer handig. Hier moet ik maar weer eens mee experimenteren.
  • Hoofdlampje is top. Veel licht, dimmen is onzin, hoe meer licht hoe beter, en hij strooit  bovendien veel rest-licht in het rond, wat ideaal is om het pad pal voor je neus te zien, takken die je moet ontwijken over 0.2 s, en de kaart te lezen zonder jezelf te verblinden. Maar het is wel onhandig dat onderweg drie keer mijn stekkertje door een tak uit de accu werd getrokken, zodat ik plotsklaps in het stik-donker stond. Een knoop in het snoer, rondom de interconnectie, is de oplossing, maar niet elegant. Volgende keer snoer onder mijn shirt, of iets met tape of klittenband.
  • Die accu (4×18650 Li-ion = 4400 mAh) is een blok aan het been. Of aan het heuptasje. Dat alle kanten op slingert. Niet fijn. Nog een 2e generatie houder voor verzinnen. Heb ik mooi weer wat te doen.
  • De elastische hoofdband waaraan zowel mijn lampje als mijn camera hangen, ziet wat strak. Volgende keer koop ik 1 cm meer elastiek. Tja, met €0,40 naar de fourniturenzaak in de wijk fietsen is misschien wat optimistisch geweest.
  • Het is niet zo handig als je camera voortijdig uit gaat. Tape-je over de schakelaar? Of gewoon reageren als het piep-piep-ik-ga-uit toontje klinkt?

Headcam video

Ik had mijn Contour Roam weer meegenomen. Helaas ging hij 8 minuten voor de finish uit toen ik tegen een boom liep. Gevoeld, knop leek nog aan, maar dat bleek niet zo te zijn. Jammer. Ik ga nog kijken of een nacht-video bruikbaar is, of of ik RGmapVideo aan ga slingeren.

Een stukje camerawerk in het donker:

Bier

Erg leuk nog een biertje gedronken na afloop. Gezellige kerels van Hamok (bijna hebben ze een Hamok-softshell aangesmeerd -mooi spul, daar niet van, maar eerst maar eens een KOVZ kloffie aanschaffen-) en KOL die graag wilden dat ik met een te hoog promillage naar huis reed. En daar hoorde ik dat er van het O-handboek ook een papieren off-line versie bestaat. En dat sommige woorden in het Vlaams iets heel anders betekenen dan in het Nederlands 🙂

Attackpoint

De grote vraag is of ik genoeg discipline heb om na elk stukje hardlopen de gegevens in te voeren op Attackpoint, maar het is een mooi streven.

Ik kende de site al wel langer, maar werd geprikkeld door een mail van A3, gisteren:

Beste KOVZers,

Er wordt de laatste maanden door een redelijke groep lopers dankbaar gebruik gemaakt van de inspanningen van Peter. Of te wel, er wordt flink getraind. En dan hoor ik ook nog eens dat een steeds grotere groep KOVZers aan looptraining doet. Hartstikke goed natuurlijk, zo gaan de prestaties lekker vooruit.

Een volgende stap is het registreren van je trainingen, attackpoint (een online gratis trainingslogboek) is daar een goed hulpmiddel voor. Ik hoor een aantal mensen al denken ‘wat is daar nou het nut van’? Dat kan meer omvattend zijn dan je denkt, hieronder een paar van de vele voordelen:

  • Je kunt als je een b.v. blessure oploopt terug kijken wat je anders/meer hebt gedaan dan normaal. Dat geeft je een handvat voor de toekomst (rustiger opbouwen)
  • Je kunt als je uitstekend in vorm raakt terug kijken hoe je dat gefikst hebt en dat in een volgend seizoen nog eens over doen.
  • Het is soms voor jezelf een motivatie om toch te gaan trainen.
  • Het kan voor anderen een voorbeeld/stimulans/motivatie zijn om ook te trainen.
  • Je kunt reageren op een log van andere lopers en ze een hart onder de riem steken of je bewondering uitspreken.
  • Als je ook nog eens aanmeld bij de KOVZ en NOLB groep en kijkt wat en hoe anderen het doen is het ook nog eens saamhorigheids bevorderend, lekker voor onze vereniging.
  • en nog veel meer…………kijken dus.

Waar kun je je aanmelden? http://www.attackpoint.org Je kunt daar al je gegevens invoeren en vergeet niet om ook lid te worden van de KOVZ groep!! (een aantal KOVZers zijn al actief maar hebben zich nog niet bij onze groep aangemeld) Benieuwd wie zich al wel in de KOVZ groep hebben gemeld? Meld je snel aan, ook als je alleen af en toe een wedstrijdje loopt en alleen maar de KOVZ trainingen af en toe meeloopt.

O-groeten,
Adrie.

Twee maanden later: Inmiddels heb ik vrijwel alles wat ik sneller gelopen heb dan stapvoets, sinds oktober vorig jaar, in Attachpoint gezet. En ik houd het nog steeds bij. Het is inderdaad motiverend om weer een paar kilometers en uren te kunnen noteren. Alsof het lopen een 2e nut heeft, behalve dan een vluchtige vermoeiing en wat langer blijvende conditieverbetering. Alsof je een geocache logt, zo iets. Maar dan minder nutteloos.

Met andere woorden: ik ben verkocht.

Training VI: hoogtelijnen

(Het duurde even voordat ik deze post op mijn Blog plaatste, maar ik had eigenlijk andere plannen: RouteGadget kaarten maken en hier linken waarop iedereen zijn route kon intekenen).

RouteGadget

Eerst maar even daar over. Het idee was simpel: net als bij de Sylvester op de Boshoverheide, waarvoor ik een RouteGadget kaart op mijn site had gezet, zou ik dat ook voor de laatste training doen. Het resultaat is deze kaart waar iedereen die trainde zijn kaart op kan bekijken. Maar naast bekijken bedacht Peter dat het leuk was als iedereen ook zijn route in zou kunnen tekenen. En daar is RG ook voor gemaakt, eigenlijk. Maar intekenen en uploaden vanaf GPS lukt niet. Twee avonden mee gestoeid, maar niets werkt. Intekenen lukt wel, de route wordt ook opgeslagen, maar niet getoond.

En dat is nou het leuke van zo’n weblog: je hebt het gevoel dat er iemand over je schouder meekijkt. En dus doe je extra je best (wat je er ook vanaf ziet stralen bij de headcam filmpjes, natuurlijk -knipoog-). Ik kon het niet laten om, nadat ik voorgaande paragraaf had getypt, toch even te kijken wat er mis ging. En weldra had ik het gevonden. De gesimuleerde splits (ja, bij de training gebruiken we geen Emits, dus die files moest ik met Matlab genereren) werden niet goed ingelezen. Er stond wel wat, wat juist het verwarrende was, maar niet iets dat klopte. En nu werkt het wel! Dus jullie kunnen, 2 weken na dato, alsnog je route intekenen.

Hoogtelijnen

Dat was waar deze training over ging. Eerst gaf Peter uitleg over hoe je hoogtelijnen moet lezen. Het lijkt triviaal, maar dat is het niet. En juist omdat Peter zelf kaartenmaker is, wist hij heel goed uit te leggen hoe het terrein er door het oog van een tekenaar uitziet, wat natuurlijk ook is hoe het vervolgens op papier komt te staan.

Opmerkelijk is dat, in relatief vlak terrein als Nederland, de hoogtelijnen vooral overeenkomen met de zichtbare reliefvormen. Ze geven dus niet noodzakelijk 15, 16, 17, meter boven N.A.P. aan, om maar wat te noemen als het hoogtelijneninterval 1 meter is, maar de vorm van wat je 1 meter boven het maaiveld uit ziet steken als je in het landschap staat. Of 2 meter er boven, etc. Goed om te weten. Wat je op de kaart ziet staat er zo omdat de kaartenmaker dat op het ook ook zo zag.

In de echte bergen zal dat natuurlijk anders zijn, daar spelen de hoogtelijnen een hele andere rol, en zijn de hoogteverschillen veel nadrukkelijker aanwezig.

Oro-hydro kaart

Geheel in het verlengde daarvan waren ook de kaarten waar we deze training op liepen (voor een aantal lopers) aangepast. Dat waren zogenaamde oro-hydro kaarten, kaarten met alleen hoogtelijnen en water. En de route langs de posten natuurlijk. Zeg maar een kaart waarbij alleen de bruine, blauwe, en magenta inkt niet op was. Je krijgt dan zo iets:

En ik moet zeggen dat me dat helemaal niet tegen viel. Juist omdat je niet wordt afgeleid door bos en pad en hei, maar alleen naar de vorm van de ondergrond kijkt, wordt het best overzichtelijk. Natuurlijk waren de posten er ook wel een beetje naar geplaatst, zodat je niet midden in een vlak terrein moest zoeken naar kenmerken die niet op de kaart stonden, maar toch had ik het lastiger verwacht. Daar kwam nog bij dat het behoorlijk besneeuwd was. Wat het bovendien wel extra mooi maakte.

Het hydro-aspect van de kaart kwam wat minder naar voren, ook omdat de grond en alle watertjes stijf bevroren waren, en bedekt met sneeuw. Maar dat was misschien maar goed ook, want als je alleen hoogtelijnen op de kaart hebt kan je zo in zeven sloten tegelijk lopen.

Al kan je over zo’n hoogtelijn ook behoorlijk struikelen, zoals in het onderstaande filmpje:

VK Lang (maar niet lang genoeg)

Goed en niet goed. Lekker en onvoldaan. Leerzaam en stomme fouten. Wat zal ik er van zeggen.

Volgens mij heb ik op zich niet slecht gelopen. Liep mee in de competitie, want ik had me voor-ingeschreven, dus de andere lopers in deze categorie (H35, omloop 2) waren vast niet de minste. Maar goed, met 17e (1:08:33) van de 22 was ik niet de beste (45:20). Kijk maar naar de uitslagen (class 2).

Vijf keer heb ik significant langer lopen zoeken. Als ik die posten net zo snel als de snelste was geweest had me dat 11:37 gescheeld. En dan was ik gewoon 9e geworden. Natuurlijk klopt deze redenering niet, maar goed, beetje fantaseren over hoe het zou gaan als ik geen fouten zou maken kan natuurlijk geen kwaad. En dan nog een beetje harder lopen…

Leermomentjes

Uiteraard gingen GPS-horloge, kompas, en schoenen mee, maar dit keer had ook een head-cam op mijn hoofd. Ik ben nog niet klaar met het verwerken van de video, maar dat komt nog binnenkort. Kijken of ik daar ook wat van kan leren. De Quickroute kaart staat er al vast op.

Maar de aandachtspunten zijn volgens mij:

  • Geen fouten maken, oftewel, afremmen op de juiste moment. Ik heb de neiging om soms als een kip zonder kop te gaan hollen als ik vind dat ik wat vertraging heb opgelopen, bijvoorbeeld bij een post die ik niet kon vinden. En juist dan is de keuze voor het daaropvolgende traject wel eens niet zo handig.
  • Vuistregeltjes voor mijzelf opstellen voor doorsteken of niet. Een pad loopt lekkerder, maar een vierkant doorsteken scheelt wel 40% in afstand. Dat maakt een hoop gedraaf over takken en rond bomen en door kuilen goed. Over onverharde paden liep ik gemiddeld 4:34, over vlak bos 5:37, en in heuvelachtiger terrein 6:32. Maar je rekent zo uit dat 5:37/√2 = 3:59, wat 35 seconden sneller is dan 4:34 over paden, maar om een vierkant perceel heen. Doorsteken dus!
  • Wel had ik dit keer maar 10% van de tijd stilgestaan, bij posten maar ook onderweg om op de kaart te kijken. Dat is wel eens meer geweest. Nou heeft een VK-Lang lange benen, dus relatief veel lopen en weinig zoeken, maar toch ook wel een verbetering.

Maar al met al zou je kunnen zeggen dat als de benen langer waren geweest, het beter was gegaan, omdat er dan minder fouten en meer meters te maken waren. Vandaar de titel. Er is nog genoeg te verbeteren: leuk!

Inmiddels heb ik mijn Headcam Video online weten te zetten. Je kan hem hier onder bekijken, of groter op JG’s 1st Orienteering Headcam video, VK Lang, Pijnven Noord, 29-Jan-2012 (op YouTube), of op Vimeo (iets lagere kwaliteit).

Training V

Wat een feest! Alweer de 5e training dit seizoen! Laat ik er 2 gemist hebben, maar des te blijer was ik er weer een keer bij te kunnen zijn. Genoeg gejuicht, over naar de inhoud:

Het altijd weer verrassend wat Peter verzonnen heeft. Dit keer een samenvatting van alles van de afgelopen trainingen, verpakt in een voor ieder individuele kaart. Met controleposten er op, maar ook met ontbrekende posten. Waarvan je niet wist waar ze stonden. behalve dat ze ergens op een ingetekende route lagen, misschien op een logische plek, maar wellicht ook niet. En dat betekende dat je die routes, kronkelige lijntjes, zo nauwkeurig mogelijk moest volgen.

En ondertussen je ogen open houden, want zo’n extra post kon best in een kuil of greppel staan.

Om het niet te makkelijk te maken –alsof het dat al was– was op sommige plaatsen de kaart uitgewist. Een post daar kon je alleen vinden door nauwkeurig de koers te peilen en de afstand te schatten, door middel van passen tellen. En stoplijnen te gebruiken.

En dan waren er ook nog eens de ingetekende posten die nooit mooi op een lijn lagen, zodat de volgorde zelden voor de hand liggend was, waardoor je onderweg menigmaal moest tomtommen en kleine handelsreizigersprobleempjes oplossen. Leuk! (Zal ik in Matlab de optimale route uitrekenen?)

Kortom, het was blijven nadenken, en telkens schakelen tussen verschillende mindsets. Dan weer zorgvuldig kijken, dan weer meters maken en zoeken volgens de O-wedstrijd-routine, en dan weer even pas op de plaats maken om de tactiek te bepalen voor de volgende groep posten.

Achteraf had ik wel een chaotisch gevoel. Rommelig. Maar tegelijkertijd ook wel goed, want

Verbeterpunten:

  • kaartlezen tijdens rennen
  • anticiperen
  • fouten voorkomen
  • risico onderkennen
  • sneller posten passeren
  • kaartcontact houden

juist daardoor merk ik dat er een riskante routine begint te slijpen in mijn gedrag, waardoor je minder opmerkzaam wordt voor verbeterpunten. Kortom: fris blijven is het devies.

Al met al was het weer schitterend uitgewerkt door Peter: iedereen had een eigen kaart voor zijn eigen niveau, met een andere totale lengte en moeilijkheidsgraad. Wat een werk!

Er waren 2 nieuwe lopers bij, Toine (2 wedstrijden inmiddels, en net lid geworden) en Vasco (eerste keer; wie weet…). Dat gaat goed!
Naderhand ben ik met Toine nog een serie posten gaan ophalen, ook om nog wat extra kilometers te maken voor de conditie. Maar bovendien konden we mooi nog even napraten. Wat vervolgens werd voortgezet in het Joe Mann paviljoen. Dat is het mooie van deze locatie, tussen Son en Best, een goede gelegenheid voor nog een sociale noot.

Iedereen kon zijn route, ingetekend op zijn kaart, laten beoordelen door Peter, of het wel de beste keuze was, en wat er te verbeteren viel. Terwijl ik dit schrijf bedenk ik dat ik zojuist als verbeterpunten vooral snelheidsgerelateerde dingen opschreef, maar dat het hier vooral om de routekeuze gaat. Dus misschien houd ik me wel met de verkeerde dingen bezig. We zullen het zien. Daar is het een training voor.

Rennen in de nacht

Nee, het was geen nacht-OL. Helaas, want die zijn erg leuk. Maar jammergenoeg worden ze niet zo vaak georganiseerd op nachten dat ik kan. 3/2 in Postel (28 min.) ben ik aan het skiën, of zijn ze toch wat ver van huis, 10/2 (68 min.) in Halen, 17/2 in Ham (53 min.), 24/2 bij Westerlo (58 min.), 2/3 bij Grobbendonk (51 min.), en dan 19/10 bij Herentals (49 min.), 9/11 bij Aarschot (78 min.), 23/11 bij Balen (43 min.), 30/11 bij Retie (27 min.), en ten slotte 7/12 bij Hechtel (39 min.). Nou ja, je moet er wat voor over hebben, dus alles binnen het uur denk ik toch even over na.

Maar goed, waar het om ging, is dat ik gisteravond weer 15 km ben gaan rennen in het donker. Mijn hoofdlampje ligt nog op de knutseltafel, en is nog niet klaar om mee te nemen, dus ik heb het bij straatverlichtte straten gehouden, en een zaklampje meegenomen. Motivatie was dat ik die dag een cache moest loggen, om mijn kalender vol te krijgen. Mooie gelegenheid, en het feit dat je een doel hebt helpt wel in het donker.

Toch heeft het ook wel wat, vooral omdat je het gevoel hebt dat de wereld van jou alleen is. Je ziet vrijwel niemand in de stad, en te voet kan je ook gaan staan en gaan waar je wilt. Je hebt altijd vervoer bij je, als het ware.

15 km is inmiddels een fluitje van een cent. Op het eind viel er nog best wat te versnellen, terwijl ik al gemiddeld 4:25/km liep. Wat ik dan weer weet dankzij mijn “nieuwe” Garmin Forerunner 305, een heel oud model GPS, maar nog wel een waar je zo’n beetje alles mee kan. Ik kwam er zelfs achter dat ik zelf waypoint symbolen kon aanmaken en naar de GPS sturen. Handig!

Leukste stukje van de route was nog wel de atletiekbaan waar ik op terecht was gekomen. Ik wilde een stukje doorsteken langs de sportvelden ten noorden van de TU/e, en stond ineens op een rode (voor zover dat in het donker te zien was) rubberen 400-meter baan. Uiteraard even een sprintje getrokken, om naar rechts af te buigen, en het hek weer uit te lopen.

De Zwarte Weg lag in het zonnetje

Dat was lekker! Mooie loop, heel mooi! Gevlamd, van begin tot eind. En heel verrassend terrein. De dag begon al met een mooie estafette-carpool: Ralph → J-G → Hans → Leopoldsburg (dat ik steevast als Leopoldsbrug las), waarbij we onderweg de tactieken doorspraken. Nou ja, Ralph vertelde ons wat de tactiek was. Nog een voordeel van samen rijden: het lijkt minder ver. Want aanvankelijk vond ik bijna een uur rijden naar een OL best lang (kijk op deze pagina voor actuele reistijden: erg handig), maar met drie vloog de tijd.

Bekijk grotere kaart

En dan Leopoldsburg zelf: heel apart plaatsje. Het straten en veldjes plan, zonder veel gebouwen, doet vermoeden dat hier in een militair verleden enorme kampementen hebben gestaan, of legers met tenten en paarden en tweedekker-vliegtuigjes en pantservoertuigen hebben gestaan. Later die dag zouden we nog meer gerelateerde herinneringen uit het verleden tegenkomen.

Tijdens het verkleden in de riante sporthal: wat doe je aan? Het lijkt koud, dus een thermo, een shirtje, en een windjackie? Die laatste ging vlak voor de start uit: veel te heet. Hoewel ik toch niet omloop 1, maar 2 ging doen, zodat ik naderhand met Ralph zou kunnen nakaarten (mooi woord, met Oriëntatiolopen in de context).

Eerst een open traject. (Is traject een mooie vertaling van het Engelse Leg?) En nog één en nog één. Een hele lange, maar het einddoel was al zichtbaar: een rijtje bulten op een rechte lijn, in het verlengde waarvan het CP lag. (Vanaf nu ga ik CP schrijven voor controlepost). Makkelijk te vinden, en de daarop volgende ook. Toen maakte ik een fout: ik zag iemand voor me, en dat werkt dan toch als een magneet.

Wat slordig van de kaartmaker, dit bosje is al dagen geleden gekapt. Maar ik stond zelf 200m verkeerd.

Ik ging er achteraan, gewoon om hem in te halen. Fout! Hij liep te noordelijk, en ik, geconcentreerd op mijn snelheid en de zijne, maar het kompas vergetend. Precies waar ik een dichter bos op de kaart zag staan lagen omgezaagde stammen. De eerste reactie was: wat slordig van de kaartmaker, dit bosje is al dagen geleden gekapt. Maar ik stond zelf 200m verkeerd. Iemand floot naar iemand anders, ik hoorde het, en stond 20 seconde later bij de CP.

Toen weer wat stukjes door het bos, allemaal heel snel ging het. Allemaal volgens par. En daar was weer het open veld. Volkomen van boven naar onder op de kaart, een heel lang stuk, maar prachtig. Die lange benen zijn waar ik secondes op win, zag ik ook in de Splits, achteraf. En de korte benen waar het om routine, memoriseren, techniek gaat, daar kan ik nog veel op winnen door te verbeteren.

Vlak bij de volgende post werd me ook duidelijk wat de kleine zwarte kruisjes op de kaart waren: verlaten pantservoertuigen. Eerst dacht ik dat er tijdens onze loop een oefening aan de gang was, maar al het ijzer was verlaten, verroest, en deuren ontbraken. Dit hoorde bij het terrein. En dus stond het ook op de kaart. Maar ter plekke was het wel een bizar plaatje, deze ijzeren karkassen, die nog net voor ze stierven de schaduw van een van de eenzame bomen op deze heide leken te hebben opgezocht.

En vlak daarna werd het nog leuker. Op de kaart Lekker verwarrendwas het al een chaos van lijnen, die dezelfde post drie of vier keer aandeden, maar in het echt was het nog veel leuker: de verschillende omlopen hadden ook nog eens eigen CP’s hier staan, waardoor overal en nergens mensen liepen. Om dan ineens weer te verdwijnen. Want in dit stukje bos lag het vol met loopgraven. Eerst verbaasde het me wat een diepe greppels hier liepen, maar toen het netwerk toch wel hele systematische patronen vertoonde, werd duidelijk wat het waren. En het effect was hilarisch: als konijnen in de schiettent op de kermis kwamen uit het niets op willekeurige plekken renners omhoog, en anderen verdwenen weer even snel.

Kennelijk ging ik er zo in op dat ik de volgende post, buiten het loopgravengebied, spontaan niet kon vinden. Had ik Ralph al die tijd achter me weten te houden (hij was 6 minuten later gestart), hier ineens haalde hij me in, maar ook hij kon de post niet vinden. Pas toen ik nog een keer goed op de kaart keek zag ik dat het geel van het zand er in twee tinten was: de zandpaden stonden er wel degelijk op. En zo vonden we tegelijk de post.

Vervolgens volgde een haasje-over jacht naar de finish. In eerste instantie schoot Ralph er vandoor, maar ik haalde hem langzaam in op het rechte eind. Tot ik besloot een andere route te kiezen, en door te steken waar hij het pad pakte. Op zich maar marginaal sneller, maar vervolgens liep hij de post te zuidelijk voorbij, en liep ik er recht op af. Tot de finish wist ik die positie vast te houden.

Wat ik wel merk is dat het een stuk sneller loopt als je iemands adem in je nek voelt. Dat is een stuk opzwepender dan wanneer je om 9:00 start, vòòr bijvoorbeeld de Sylvester::Boshoverheide echt van start gaat, en er nog niemand om je heen te zien is. En het is een stuk veiliger dan achter iemand aan lopen. Want zelf maak je uiteraard minder fouten dan die ander. Toch? Of je wilt of niet, iemand die voor je loopt werkt als een magneet: je trekt er altijd heen, ook al weet je dat jouw koers bewust afwijkt van de zijne. In dit geval ben ik van overtuigd dat zowel Ralph als ik zelf harder liepen omdat we in elkaars buurt waren.

Naderhand zijn we nog even langs een Geocache in de buurt gelopen. Wat niet moeilijk was, want het stikt er in Leopoldsburg van. Dus hier kom ik vast nog eens terug.

Gelukkig was ik mijn Garmin Forerunner 305 niet vergeten te starten bij de start, want –daar kwam ik laatst achter– hij logt geen track als je niet op start drukt. Klinkt logisch, maar ik ging er van uit dat hij, zo lang er GPS ontvangst was, ook de positie zou opslaan. Niet dus. Maar omdat het nu wel gelukt was heb ik weer een Quickroute kaart gemaakt. En anders zouden er altijd nog de Splitsbrowser uitslagen zijn.

Reistijden in de NOLB en VVO kalenders.

Ik ken niet alle plaatsen in Nederland en België uit mijn hoofd.

Installeer:
O-reistijd
(Greasemonkey
vereist)

Daarom wilde ik eenvoudig de afstanden, en vooral de reistijden, naar plaatsen toevoegen aan de kalenders van NOLB en VVO met komende Oriëntatielopen. Het leek me handig om snel te zien waar bepaalde plaatsen op de diverse O-kalenders liggen.

Ik heb daarom een Greasemonkey-scriptje geschreven, dat in onder andere Firefox, maar ook in sommige andere browsers, werkt. Zodra je dat hebt geïnstalleerd worden automatisch de afstanden en tijden opgezocht via Google, en getoond. Zoals hier onder voor de VVO kalender:

VVO kalender, met tijden er bijEn iets vergelijkbaars gebeurt er met de NOLB kalender:NOLB kalender, met reisafstanden

Je kan zelf het vertrekpunt ingeven in de balk direct boven de tabel (dat kan zowel een coördinaat, als een adres of plaatsnaam zijn), en je kan de reistijd opgeven (in minuten) waaronder de reistijden (groen) gemarkeerd worden.

Installatie

Installatie is heel eenvoudig.

  • Je hebt een browser nodig die Add-ons ondersteunt, zoals Firefox.
  • Vervolgens installeer je Greasemonkey, als je dat niet al hebt. Bijvoorbeeld via deze link naar Greasemonkey, maar anders is het ook via Google te vinden.
  • Tenslotte installeer je mijn script, door op deze link naar O-reistijd te klikken.
  • Als je vervolgens een van de kalenders van de NOLB of VVO opent, krijg je automatisch de tijden en afstanden te zien. Je kan je eigen locatie instellen, en die wordt vanzelf onthouden.

Makkelijk, niet? Als je vragen of suggesties hebt, mail me dan via deze O-blog, of plaats een opmerking onderaan deze pagina.

Helpen op de Boshoverheide

Na een jaar lang leuk meegelopen te hebben op de organisatie-, baanleg-, inschrijf-, en postinhaalinspanningen van anderen, leek het me een mooi moment om zelf ook eens wat handen uit de mouwen te steken. En dat in combinatie met zelf meelopen, leek me een mooie combi, voor een voldaan, tevreden, en uitgeput gevoel.

Tevreden

Voldaan en uitgeput was ik, tevreden iets minder. Laat ik over dat laatste beginnen, dan hebben we dat gehad.Een klein beetje fout gelopen... Hoe kan ik nou ontevreden zijn? Schitterend weer, mooie baanlegging, afwisselende gebied waar ik nog niet eerder was geweest (om te rennen; een Geocache had ik er al wel eens gevonden), ik kon starten voor de meute, dus nog geen paadjes en lekker zelf zoeken, kortom, geen vuiltje aan de lucht. Maar dan merk je dat slaapgebrek duidelijk zijn weerslag heeft op de concentratie en alertheid. Vooral dat laatste. Fysiek merk ik daar weinig van, maar ik word er wat gemakzuchtig van in mijn hoofd, wat zich uit in minder goed kaartlezen (wel kaartkijken, maar niet zien), vergeten vooruit te lezen, risico’s te nemen waar het niet verstandig is, en soms gewoon verkeerde beslissingen nemen. Kan gebeuren aan het eind van de loop, als je moe bent en minder zuurstof/suiker hebt, maar niet op weg naar post 5. En toen gebeurde wat je hier boven ziet: helemaal fout gelopen, wat ik op het kompas al ruim had kunnen zien aankomen, maar dat pas doorhebben als er een auto blijkt te rijden dwars door het zand; of liever gezegd, de weg liep waar ik hem niet verwachtte, en ik zat zelf 500 meter van de kaart. Een “37 graden fout”. Ooit van gehoord?

En even later ging het weer mis. Terwijl ik me net steevast had voorgenomen geen Nog een moeilijk momentje.onverantwoorde risico’s meer te nemen, liep ik op weg naar post 9 wat plompverloren het bos in, beetje op kompas, terwijl het terrein geen rechte lijn toeliet. Dat ging fout. De post pal voorbij gelopen, nog een keer terug, rondje er omheen, vanaf de andere kant geprobeerd, weer terug, nogmaals vanaf de noordelijke kant, en eindelijk, bij een boom die me best bekend voorkwam, vond ik de vlag.

Verder ben ik wel redelijk tevreden, want verder geen fouten gemaakt. Die eerste 10 minuten, en daarna nog eens 13 minuten verloren, betekent dat ik in plaats van 1:10 ook 47 minuten had kunnen lopen. En dat zou best een mooie tijd geweest zin, 5 minuten achter de snelste. Dus eigenlijk heb ik het bijzonder goed gedaan (behalve die twee momenten dat ik heb lopen snurken).

Wat me wel opviel was dat het toch wat extra energie gaf toen ik wat lopers om me heen begon te zien. Dat is toch wel een prikkel die je harder doet lopen dan je al deed, ook al gaan ze naar hele andere posten dan jij zelf. Kijk maar in de grafiek hier onder, waar op 2/3 van de route mijn harsslag toch wel significant omhoog gaat (en ik ook minder stop, zo te zien).hartslag

Voldaan!

Dat ben ik zeker. Goed gevoel om ook eens wat terug gedaan te hebben voor de O-community. Ik was wat zenuwachtig voor mijn eerste keer achter Helga, (de PC waarop de uitslagen- en inschrijvingen software draait), waar ik nog nooit mee gewerkt had, maar ik kon stoelen op een leven lang ervaring met onvoorspelbare software en kennis van bits. Vrij snel had ik door hoe het werkte, zeker omdat Lieke me een stoomcursus gaf en in alle bijzondere situaties (gemiste posten, verkeerde EMIT nummers, ontbrekende lopers, andere omloopkeuzes, etc.) een uitweg wist. Onder de indruk was ik van de software toen die ook plaatjes van de backup-kaartjes kon laten zien al meteen al toonde welke putjes vermoedelijk zouden ontbreken; wat zonder uitzondering ook zo was, want sommige lopers missen echt glashard een post.

Daarna nog 11 posten ingehaald, wat best wat acrobatiek vergt, als je met inmiddels 8 postzakken en evenveel EMIT’s-op-paaltjes onder je armen op een spiegelglad stuk mossig zand belandt, en, zoals in een tekenfilm, je benen alle kanten op zwiepen voordat je hard onderuit gaat. Komisch. Als ik het niet zelf was geweest. Inmiddels was het ook begonnen te regenen.

Uitgeput

Uitgeput was ik wel, aan het eind van de dag. Niet dat de doos met kaarten die ik naar de start had meegenomen (en waarmee ik in eerste instantie een kilometer de verkeerde kant

Je kan netjes de spoorwegovergang volgen. Dat heb ik niet gedaan (maar ik sta dan ook niet op de foto).

op was gelopen, wat, als ik definitief verdwaald was, een acuut probleem voor deze Sylvester-dag had opgeleverd) zo zwaar was, maar de combinatie van zelf meedoen, een paar keer flink fout lopen en gefrustreerd raken, en vervolgens een stress-test ondergaan met 350 lopers die allemaal staan te dringen om hun EMIT uit te lezen en waarvan een op de tien iets bijzonders heeft terwijl je met een volkomen vreemd software-pakket zit te worstelen en toch op dat moment het aanspreekpunt bent van de hele organisatie, dat vergt wat. Het posten inhalen was een welkome ontspanning (waarbij ik terloops nog even een Geocache vond die toch op de route lag). Maar uitgeput raken is helemaal niet erg; zelfs lekker zo nu en dan. Een goed excuus om uitgebreid bier te gaan drinken in Utrecht met een vriend die voor twee jaar naar India gaat.

Uitslagen

Het worden steeds meer links: Allereerst de officiële Splits, in Splitsbrowser. Vervolgens er mijn eigen kaart die ik in Quickroute heb gemaakt en naar mijn eigen DOMA site heb ge-upload. En dan is er nog de Routegadget kaart: een verhaal apart.

Het leek me leuk als het gebruik van Routegadget, een online-tool waarop iedereen (met internet) zijn route kan intekenen of via een GPS-track kan uploaden, meer gebruikt zou worden. Pas dan wordt het zinvol en kan je verschillende lopers met elkaar vergelijken. Dus wilde ik het makkelijk maken, alle uitslagen live, op de dag zelf, ter plekke, op een laptop zetten, zodat men meteen na afloop zijn route kon intekenen. Maar dat liep toch niet zo soepel. Terwijl ik zelf ook achter de inschrijftafel zat had ik natuurlijk geen tijd om te helpen uit te liggen hoe Routegadget werkt. En om te vertellen wat de bedoeling überhaupt van die laptop daar was. Weer wat geleerd voor de volgende keer:

  • Als je zo iets doet, zorg dat je de tijd hebt om uit te leggen wat de bedoeling is.
  • Zorg dat de uitslagen direct vanuit de EMIT-PC op de Routegadget laptop staan, want wie zijn uitslag heeft komt niet meer terug.
  • Zet een paar connectors neer, voor de diverse GPS-toestellen, zodat meteen de tracks kunnen worden ingelezen. En maak een paar scriptjes die via GPSbabel meteen de juiste selectie maken van alle datapunten.
  • Op zich kan iedereen zijn route intekenen; wie hem heeft gelopen heeft zelf toch al de kaart. En zou die ook kunnen doorgeven aan iemand die nog moet starten. Maar zorg dat anderen die nog moeten lopen de kaart op het scherm niet kunnen zien, om het niet te makkelijk te maken.

Routegadget : Boshoverheide/Sylvester 2011

The issue with the database has been resolved. You can now upload your GPS tracks, or draw your route on the map manually. If you have questions, send me an email: jg.2011 at xs4all.nl

Pictures of the event can be found on www.conniesinteurfotografie.com.

This page is in English, for all the foreign competitors. Sorry, but I don’t speak all the other languages that have subscribed for this event.

Routegadget

With Routegadget, you can view the actual routes on a map. The different courses are pre-loaded, and the results, the Splits, are pre-loaded. You can make the different runners actually run on the map, with there respective pace on each leg.

But even better, you can edit your own route. That is the main advantage. We get the most out of it when more and more people enter their route. You can show your brilliant path-finding to others, and learn from the route decissions of the best runners.

There are two ways to enter a route:

  • By oploading a GPS track (GPS watches are not always allowed, but non-interactive GPS-trackes without a screen can be used in general). This particular Routegadget map has been georeferenced which means that your GPS data will fall right on place. Very easy.
  • By entering it manually with you mouse. Draw a line by clicking on the points you passed, and that is it.

The routes are directly visible to others. I have even prepared a laptop to allow entering your breadcrumb-track during the event (after the last participant has started).

After 13:30, at December 29th 2011, the site will be enabled. THIS IS THE LINK TO THEM MAP .

Pay attention: Wait until the map has fully loaded until you click on anything, otherwise Java might crash. And starting RouteGadget or SplitsBrowser twice can cause problems as well.

To view the maps, you need Java. Quite often, this has been installed in your browser already, but otherwise you can download it here. Then, after you clicked the link to RouteGadget, the map will be loaded. You can select the desired language on the top-right of the screen.

  1. Wait until the map has become visible.
  2. Select one or more competitors.
    1. Therefore, click on the popup underneath Choose competitors.
    2. Select a course from the list. The controls of the course will be plotted on the map.
    3. The names of the competitors will be shown underneath the selected course. The order of the names may be random.
    4. Select competitors by clicking on them, one at a time. You can use the button Deselect all on the bottom of the screen to clear your selection.
  3. Then click, on the bottom of the screen, on View routes. Now, the routes of the runners are shown, when the selected competitors have entered them but GPS-upload or manual drawing.
  4. With the + and – buttons, you can zoom in and out of the map. (Smooth scaling indicates the method Java uses to render the zoomed map, sharper or less sharp.) With your right mouse button, you can drag the map.
  5. You can start an animation with the selected runners. First, select the course, then the competitors, like described above, then FIRST click View routes and THEN View animation. Then animations starts when you press Start (bottom right of the screen). You can stop it, and make it go faster or slower. Note that you have to drag the map to the start position to see the animation, when the first control is not yet visible on your screen.

Upload

Upload a GPS track by clicking on “GPS” in the top right of the screen. Then select the file format to upload. You must first have downloaded the data from your GPS. (If you have trouble getting the data from your GPS, send me an email, maybe I can help you.) The track you upload should only contain the race. That means that you will have to edit the track in your favourite software (e.g. Mapsource, TrainingCenter, Basecamp, etc) to cut off the points before and after the actual race.

Then select the file (use Browse to browse your local storage), and click OK. In principle, the map has been georeferenced, you your track should be fitting immediately. Otherwise, drag the three blue handles until your track matches the map.

Follow the instructions after the upload. Select course and competitor name. When done, click the link to return to the map. Now, your track should be visble, among the others.

Draw your route

If you don’t have a GPS track, you can manually draw your route. This works quite easy. Click on Draw your route, select your course and your name, and start drawing. The straight-line course is already shown in magenta.

  • Drag the map to the start location.
  • The first leg is highlighted in blue. Your track is in red, but now, it is still only a dot.
  • Point on the location you moved to after the start. Click on the map. Now, the actual track is shown in red, and a blue line indicates the direction to the next control.
  • Continue until you reach the first control. Now the next leg is highlighted in blue.
  • Just continue those steps. Remember to drag the map with the right mouse button.
  • If you made a mistake, you can take steps back, by clicking the Undo button on the top right of the screen, next to Draw your route.
  • When you have reached the finish, click on Save route, and follow the further instructions.

When done, click the link to return to the map. Now, your track should be visble, among the others.

That is it. Now enjoy the results, as more competitors draw their trails, and analyse the differences in speed, to learn for a next race.

Linschotenloop 2011

Geen sneeuw dit keer, en ook geen hagel. Want dat hoort er eigenlijk bij, is mijn ervaring van de afgelopen twee keer. Maar wel had ik weer een kerstmanmuts op mijn hoofd, zoals je op de foto hier naast kan zien. En dat ding is mijn geheime wapen, want de vorige keer bij een rondje Linschoten liep ik een zo lekkere tijd dat ik er acuut van overtuigd was dat ik ooit nog onder de 1:30′ kon lopen. Dit keer was dat niet mijn streven, trouwens, en ik, en ook Maarten, hadden dan ook nauwelijks getraind. Of dat was eigenlijk de reden waarom we 1:40′ al lang een mooie tijd vonden. Bij de start, want al snel bleken we harder te kunnen. 1:38′? Zat er wel in.

We waren er vrij zeker van dat we dat gingen halen. Ik had dit keer mijn Garmin Forerunner 305, een pols-GPS met het formaat van een koelkast, om mijn arm.

De route

En ik had de dag tevoren via runnermaps.nl de route naar deze GPS gestuurd. Je kan daarbij aangeven welke tijd je wilt gaan lopen, en zo weet het apparaat precies waar je wanneer zou moeten zijn. Daar laat hij dan een virtual partner opdraven, en je ziet continue hoe ver je voor (of achter) deze imaginaire gast loopt. Wat een looser was dat, zeg. Hij deed het in 1:40′, maar sukkelde steeds een paar honder meter achter ons aan, en op een gegeven moment zelfs meer dan 300 meter. En dat motiveerde enorm. Nou was dat ook wel nodig, want het laatste stuk was er een met tegenwind, langs een eindeloze dijk, met allemaal mensen die een beetje inzakten qua snelheid. Maar gelukkig hadden we voldoende voorsprong om hem achter ons te houden, en met 1:38:56 gingen we over de streep. (Zelf sta ik niet tussen de uitslagen, want ik was mijn chip vergeten, maar des te meer reden om het hele stuk samen met Maarten te lopen en tegelijk over de streep te gaan.)

Voor Maarten een PR! Voor mij een geweldig lekker dagje lopen, met na afloop ineens het gevoel dat ik een Hele ook wel eens zou kunnen. Niet op mijn sokken, maar het lijkt ook weer niet onmogelijk zonder allemaal dingen kapot te maken. Dus wie weet wordt dat de volgende uitdaging samen.

Analyses

Uiteraard heb ik weer van alles gelogd en geanalyseerd. Allereerst kan je op Quickroute leuk de route volgen en vooral het snelheidsverloop zien. Ook heb ik het eens op de Garmin site gezet: Linschotenloop 2011 door jan-gerard op Garmin Connect. Maar ook voor het eerst heb ik naar mijn hartslag gekeken. Niet onderweg, want zo veel viel er niet direct op te merken, maar als je dan achteraf een grafiek maakt zie je toch best aardige dingen. Hartslag tegen TempoEr zit een duidelijk trend in mijn hartslag uitgezet tegen het tempo. 20 seconde sneller op de km, kost me 3 bpm. Nou ja, zo iets. Het kan ook 5 seconde/km/bpm zijn. Op het eind, de laatste 5 km, hebben we tegenwind, maar houden de snelheid vol, en daarmee gaat de hartslag, vanwege de extra inspanning, omhoog bij gelijk tempo. Dat zijn de hoger liggende punten in de grafiek. Maar nog steeds liggen ze niet boven de 170 bmp gemiddeld. En dat terwijl mijn maximale hartslag toch 185 bpm blijkt te zijn (na een uur hardlopen en vervolgens 2 minuten voluit gaan).

Gielsbos

Tijdje terug was dit alweer, dus een kort verslagje. Wat ik nog weet is dat ik mijn kerstmannenmuts op had, om vast te oefenen voor de have marathon de week er op. En dat het weer erg mooi was, dus de muts was volkomen overbodig. Met een collega zijn we er heen gereden, voor hem de 2e O-loop, voor mij de 8e.

Lekker ging het. Voor mij betekent dat dat ik geen fouten heb gemaakt, althans, niet bewust. Achteraf kan altijd blijken dat jouw keuzes niet de snelste waren, maar als zo lang je onderweg bent je vindt dat je alles goed doet, dan ben je na afloop tevreden en voldaan. Ik wel.

Nou was alles ook goed te vinden. Niets verstop in kuilen, achter heuvels, en het terrein was ook redelijk macroscopisch, zeker vergeleken met de Oostelbeersche heide, laatst. Wel waren er enkele obstakels: een weg en rotonde die verboden terrein waren, een vakantieparkje met privé percelen, en nog wat kleinigheden. Verraderlijk was het prikkeldraad her en der. En er was op een aantal plaatsen veel onderbegroeiing, wat het lopen soms moeilijk maakte. Open bos was toch wat minder open, op die manier. Na een paar conflictjes met braamtakken dacht ik het te weten. Nog één keer, op het eind, ging ik vol onderuit omdat ik bleef hangen aan een stugge doornige tak.

Op het eind, na de één-na-laatste CP, wilde ik nog een sprintje in zetten. Aan mijn  veiligheidsbril lag het niet, want die had ik halverwege al af gezet omdat die volkomen beslagen was; dat doen we niet meer. Maar toch ging het behoorlijk fout. Te snel willen lopen, het overzicht verliezen, doorsteken waar het toch niet kan, dat is niet goed. Toch een goed gevoel over-all.

De Splitsbrowser resultaten staan uiteraard weer online, evenals mijn Quickroute kaart.

Wat ik volgens mij van deze loop kan leren is het beter inschatten van de verschillende terreinsoorten en de bijbehorende snelheden. Nog best vaak kies ik voor doorsteken, maar eenmaal van het pad af blijkt het toch tegen te vallen. Of op andere plaatsen zou het toch veel hebben gescheeld als ik was doorgestoken. Ik merk dat bij vermoeidheid het pad me sterker trekt, terwijl je verwacht dat dan de kortste route meer aantrekkingskracht uitoefent. Is dat terecht? En ik ga soms 20 meter voor een kruising doorsteken, het hoekje afsnijden: Olifantenpaadjes heten dat, of desire lines in het Engels. Dat is niet logisch! Of je steekt het hele perceel door, als dat minder dan 30% extra weerstand oplevert (bij een vierkant perceel), of je loopt over het pad, als het perceel te veel vertraagt, maar half-half is onzin. En toc…